-26-
V.V.D.
Wij zijn het op één punt met de heer Dirven zeker eens. De financiële
positie van onze gemeente is uitermate gezond. Daar gaat het nu juist
om: het college wenst in een voorzichtig beleid deze positie te hand
haven. Wij menen in de beantwoording aan de P.v.d.A. dit voldoende
aangegeven te hebben.
V.V.D. en ook de P.v.d.A. komt aan de bak, met het volgende: Behoefte
aan voorzieningen voor net kleuter- en lager onderwijs in de komende
jaren. Leegstand van klaslokalen en aanwending daarvan voor andere doel
einden
Met de weergave door de V.V.D.-woordvoer van deze subtiele zaken, kunnen
wij ons in het algemeen verenigen. Hij weet echter evengoed als wij dat
deze zaken niet van vandaag of gisteren zijn en dat wij de verdere ont
wikkelingen terzake nauwgezet zullen moeten volgen. Dit laatste zal
hierna via een recent voorval worden aangetoond: afruil Vijverstraat
3 tegen Schoolstraat 41 (huidige dépendance Apolloschool) in verband
met het gestalte geven aan een bibliotheek naar normen van het biblio
theekwezen.
Naar de definitieve afloop van leegstand op langere termijn kan eenieder
slechts gissen. Enkele niet-voorspelbare factoren spelen hier een be
langrijke rol, zoals: de bevolkingsgroei van Prinsenbeek in de komende
jaren, eventueel door de rijksoverheid aan te kondigen bezuinigingen in
onderwijssectoren, bij voortduring van de economische recessie in de
komende jaren, de voortgang in onze gemeente van de woningbouw in de
naaste toekomst, en de wijze waarop in 1985 of later aan de integra
tie kleuter- en lager onderwijs gestalte dient te worden gegeven. Wat
doet men voorts vanuit Den Haag san het aantal leerlingen per klas in
verband met het op helaas op wachtgeld komen van een groot aantal on
derwijskrachten. Het is niet denkbeeldig dat de huidige minister van
Onderwijs dat aantal verlaagt. Aan de hand van het bekende onderwijs-
rapport Veen (uitgave februari 1981) komen wij tot een andere eindcon
clusie dan de V.V.D.-woordvoerder. Wij zijn het wel met zijn visie eens
dat inderdaad alle kleuterklassen (dus alle kleuterscholen) ontvolkt
dreigen te geraken.
Waar hij echter stelt dat in 1985 van 27 leegstand-lokalen sprake zal
zijn, komen wij aan de hand van het rapport Veen tot een aantal van
15 a 17 lokalen.
Wij verwachten dat het niet altijd even gemakkelijk zal blijken om voor
bedoelde rest-lokalen een andere- en geschikte bestemming te vinden.
Overigens is dat mede een zorg voor het bijzonder onderwijs. Het zal in
de praktijk blijken dat net niet gemakkelijk zal zijn in een in gebruik zijnde
school één of meerdere lokalen een andere bestemming te geven. En aan de
peuterspeelzaal betere ruimte beschikbaar te stellen zal zeker een gerichte
doelstelling in dit verband zijn.
Men moet ook niet uit het oog verliezen dat de scholen en zéker de geïnte
greerde scholen van straks, behoefte hebben aan: vaklokalen, speelloka
len, gemeenschapsruimten. Mogelijk is het zelfs- dat een extra-behoefte
aan lokalen nodig zal zijn voor het individueel enderwijs binnen de
nieuwe schoolverbanden per 1 augustus 1985 of 1986.
De geschetste ontwikkelingen met betrekking tot de Engelbewaarder en
Klavertje Vier blijven onze aandacht houden.
De vervanging van de office-computer in 1982 is reeds aangekondiqd in
het investeringsschema 1979. Toen werd een aanschafprijs opgenomen van
f. 75.000,De thans geraamde prijs van f. 78.000,is uit gebleken