onder e wordt verwezen naar het
antwoord van burgemeester en wethou
ders op de algemene beschouwingen
bij agendapunt 15. Verder wordt voorge
steld stuk m voor nader advies en
stuk n ter afdoening in handen van
het college te stellen.
4) Eventuele mededelingen over de Gewestraad Breda.
Aangezien er geen vergadering heeft plaatsgevonden zijn er geen mededelingen,
te doen.
5) Voorstel tot het voteren van een krediet in verband met een geleden vermo
gensschade door de heer N. Baaij, Groenstraat 99b, alhier, vanwege een
ten onrechte verleende vergunning voor de bouw van een loods.
De heer van der Kooij zegt dat het hem wel duidelijk is dat het krediet
van f. 7.000,— gevoteerd moet worden. De gemeente zal aan haar juridische
verplichtingen moeten voldoen, en de V.V.D. zal dat geenszins in de weg
staan. Zijn fraktie vraagt zich wei af hoe de toedracht van de zaak in
1979 was en hoe deze fout gemaakt kon worden. Hij heeft daar eerder vragen
over gesteld in de commissie financiën en die zaak is redelijk uitvoerig bespro
ken. iMaar het is vreemd te moeten constateren dat daar in het commissiever
slag vrijwel geen aandacht aan wordt besteed. Er staat uitsluitend in dat
dat een onrechtmatige overheidsdaad was, maar dat wist zijn fraktie al.
De achtergronden waardoor deze fout kon optreden blijven in een schaduw,
teneinde herhalingen van deze en van vergelijkbare situaties te voorkomen
is het naar zijn mening noodzakelijk om klaarheid in deze procedure te bren
gen. Daaraan aansluitend vraagt hij of het college zijn fraktie kan verzekeren
dat een zodanige procedurele controle is ingebouwd dat deze en soortgelijke
fouten niet meer kunnen optreden. Bovendien vraagt zijn fraktie het college
er bij de verzekering nogmaals op aan te dringen om de collectief verzekerde
som te verhogen, zodat dit soort bijbetalingen in de toekomst achterwege
kunnen blijven.
De voorzitter zegt dat de toedracht van deze zaak in 1979 vrij ingewikkeld
was. Het betreffende perceel lag in het bestemmingsplan Buitengebied dateren
de uit de jaren '60. Daarna heeft de raad besloten om dit perceel de bestem
ming te geven van industrieterrein. Dat is gebeurd bij de herziening van
het bestemmingsplan in 1972. Daaraan hebben gedeputeerde staten de goedkeu
ring onthouden. Toen viel dit perceel weer terug in de oude bestemming
en is weer agrarisch gebied geworden. Betrokkene heeft daarna een aanvraag
ingediend om een schuur te zetten in zijn hoedanigheid van landbouwer.
Het gemeentebestuur had dit kunnen honoreren via een artikel 19 proce
dure. Dus eerst publiceren en daarna van gedeputeerde staten de goedkeuring
krijgen waarna de bouwvergunning afgegeven kon worden. Welke fout is nu ge
maakt? Men ging er van uit dat het hier een agrarische bestemming betrof.
Die was er in rechte niet maar in feite wei. Het perceel zweefde noch agra
risch noch industrieel. Er had dus een artikel 19 procedure moeten plaatsvinden,
waarbij de mogelijkheid bestaat dat degene die bezwaren hadden dat die
schuur er kwam, hadden kunnen reageren. Dat is echter nagelaten. De vergun
ning is afgegeven en niet gepubliceerd in de Klepel. Betrokkene bemerkte
een paar maanden verder zijnde: het was winter dus hij kon toch nog niet
met de bouw beginnen, dat wellicht verschuiving of vergroting van die schuur
beter was. De bouwvergunning was dus niet meer conform de wil van betrok
kene. Het college werd verzocht om een aangepaste bouwvergunning te verle
nen. Die is hem in juni 1979 op dezelfde wijze - dus geen artikel 19 procedure-
verleend. Toen is dat veel gepubliceerd. Daarop is echter door omwonenden
een bezwaarschrift ingediend. Dit was dus de aanleiding voor deze zaak.
Dit had inderdaad in het verslag financiën gesteld kunnen worden. Hij kan
zich echter voorstellen dat dit niet gebeurd is, want het is een specifieke
- 3 -