Voorstel tot aankoop qrondfen opstallen in verband met realisering ont-
werp-bestemminqsplan "Moleneind"
Namens zijn fraktie deelt de heer Jansen mede met genoegen kennis te
hebben genomen van het voorstel van burgemeester en wethouders.
Zoals ook in de desbetreffende commissievergadering reeds het geval
is geweest, heeft zijn fraktie vrij lang stilgestaan bij de inhoud
van het voorstel, zeker gelet ook op de onthouding van goedkeuring
door gedeputeerde Staten van een eerdergenomen raadsbesluit terzake.
Graag zou hij dan ook van het college een bevestiging krijgen, dat
de drie onderdelen, die destijds bij Gedeputeerde Staten reden hebben
gegeven om het besluit terug te sturen ter nadere overweging, met het
provinciaal bestuur voldoende zijn doorgesproken om te mogen verwach
ten dat zich thans geen moeilijkheden meer zullen voordoen.
Destijds is het verwijt gemaakt dat tot aankoop werd overgegaan zonder
dat er ter plaatse een uitbreidingsplan voorhanden was en hij hoopt dat
het college thans voldoende duidelijk kan maken welke planologische
overwegingen aan het besluit tot aankoop ten gronslag liggen. Ook is
naar zijn mening de hoogte van het aankoopbedrag in overeenstemming
gebracht met de wensen die ten aanzien daarvan bij Gedeputeerde Staten
leven
Spreker zegt met de acceptatie van het voorstel als zodanig geen enkele
moeite te hebben.
De heer Dirven zegt graag enige uitleg te willen krijgen over de zin
snede welke voorkomt op bladzijde 2 van het verslag van de vergadering
van de commissie ruimtelijke ordening, en die luidt als volgt: "de heer'
Geeraros, bij deze commissie aanwezig, stelt dat na het raadsbesluit
tot aankoop door burgemeester en wethouders het uiterste zal moeten
worden gedaan om goedkeuring te verkrijgen". Graag wenst hij te ver
nemen in welk verband het woord "uiterste" wordt gebezigd.
De heer van der Bom deelt mede dat ook zijn fraktie volledig akkoord
gaat met de inhoud van het voorstel zoals dat thans ter tafel ligt.
Tijdens de desbetreffende commissievergadering heeft hij zodanige in
formatie ontvangen dat hij meent te mogen vertrouwen dat zich geen pro
blemen meer zullen voordoen.
In zijn beantwoording deelt de voorzitter mede, dat het voltallige col
lege op 2 oktober jongstleden een gesprek heeft gehad met de desbetref
fende leden van het college van Gedeputeerde Staten. Tijdens dat ge
sprek zijn bepaalde afspraken gemaakt en werd ook toegezegd dat, wan
neer die afspraken zouden worden nagekomen, geen problemen meer zouden
zijn te verwachten.
Begin februari 1982 zal het college een vergadering beleggen van de
raadscommissie ruimtelijke ordening en van de verkeerscommissie
Het ontwerp-plan "Moleneind" staat "méér dan in de grondverf"; er ligt
al een globale kostprijsberekening aan ten grondslag die ook al ter
sprake is gebracht tijdens overleg met de provinciale planologische
dienst. Spreker benadrukt vervolgens dat in het plan "Moleneind", waar
van het de bedoeling is dat daar ongeveer 600 woningen moeten komen,
de grond is gelegen waarvan tot aankoop is besloten. Het is ook de
bedoeling, en zulks is ook mogelijk gebleken tijdens gesprekken met
de stedebouwkundige en de P.P.D., dat de grond welke thans wordt aan
gekocht als eerste aan snede zal komen.
Wethouder Houtepen licht nog toe dat het onthouden van goedkeuring des
tijds was gelegen in het feit dat een voldoende brede planologische on
derbouwing ontbrak. Het college heeft daar, in goed overleg met het pro
vinciaal bestuur, hard aan gewerkt en is er tevens in geslaagd de grond
prijs te brengen op een voor Gedeputeerde Staten acceptabel niveau.