-11- in die tunnel op dit moment alleen maar toe te juichen valt gezien de toestand waarin de tunnelwanden verkeren. De Valdijk, Groenstraat en overige in het voorstel genoemde straten vindt hij echter wel dege lijk slecht verlicht en een aanpassing daarvan komt hem zeer wenselijk voor De heer Hennekam zegt vóór het college-voorstel te willen pleiten. Op de eerste plaats is het zo, dat alle zaken de infrastructuur betrek kende, niet alleen de verlichting maar ook rioleringen, wegen en al lerlei verkeerstechnische voorzieningen, een zekere vernieuwing nodig hebben welke vernieuwingen altijd in een bepaalde regelmaat plaats vinden Natuurlijk is het dan niet zo, dat wanneer bepaalde zaken vervangen worden deze ook daadwerkelijk versleten zijn. Als voorbeeld verwijst hij naar de lampenuitwisseling in de sporthal waarbij het zeer oneco nomisch zou zijn steeds die lampen te vervangen die op dat moment stuk zijn. Ook in het voorstel is sprake van de Valdijk en Groenstraat waarbij net onmogelijk is te wachten op elke afzonderlijke licht mast die het begeeft maar waar het volstrekt redelijk is om deze ver lichtingsarmaturen te vervangen. Het is dan zeker niet dat Prinsenbeek op dat moment een "city!i is geworden, neen, op dat moment zijn de Valdijk en de Groenstraat in overeenstemming gebracht met het grootste gedeelte van de gemeen te. Spreker meent dat zeker de oude dorpskern, die toch veel verkeer te verwerken krijgt, een dergelijke verlichting best verdient en ook best behoeft. Ten aanzien van de opmerking van de heer Dirven met be trekking tot bezuinigen," vindt spreker het kenmerkend dat steeds in een tijdperk van bezuinigingen men ook op dit soort zaken wil gaan be zuinigen. Hij vindt dat men niet te snel moet gaan bezuinigen op investeringen van duurzame aard omdat achteraf vaak blijkt dat men dan nog duurder uit is. Spreker wijst er vervolgens op, dat de leden van de raad die zich nu door financiële overwegingen laten leiden, dan toch wel vrij gemak kelijk hebben ingestemd met het investeringsschema zoals dat enkele jaren geleden is vastgesteld. Een investeringsschema dat wel niet dwingend is tot het doen van uitgaven, maar dat toch een bepaalde in tentie weergeeft omtrent de redelijkheid van bepaalde vernieuwingen. In zijn beantwoording zegt wethouder Houtepen dat met het college voorstel niet meer wordt beoogd dan te komen tot een gefaseerde aan passing van de openbare verlichting, binnen welke aanpassing overigens vorig jaar reeds de verlichting in de Beeksestraat is uitgebreid. Niet ontkend kan worden dat de aanpassing van de verlichting in de Beekse straat een belanqrijke verbetering betekent ten opzichte van de vroegere situatie. Iets dergelijks wordt, ook met het onderhavige voorstel beoogd; niet overdreven, ook geen luxe maar uitsluitend voortkomend uit over wegingen van verkeersveiligheid. Met betrekking tot de verlichting in de tunnel aan de Valdijk - waarover de heer de Hoon heeft ge sproken - merkt hij op dat het college enige tijd geleden daarover al contact heeft opgenomen met Rijkswaterstaat. Dat heeft er toe geleid dat er inderdaad betere armaturen zijn aangebracht, die - echter helaas ook weer regelmatig vernield worden. Dat de desbetref fende tunnelwanden overdag én 's-avonds bij voldoende verlichting geen fraai aanblik vormen beaamt hij, en al gedurende plm. twee jaar brengt het college deze situatie onder de aandacht van Rijkswater staat. Van die zijde is ook toegezegd dat een onderhoudsbeurt in de planning zal worden opgenomen. De neer Jansen zegt nóch door de woorden van de wethouder nóch door die van de heer Hennekam overtuigd te zijn geworden van zijn ongelijk. De heer Hennekam heeft namelijk niet gesproken over een structurele aaanpassing maar over normaal onderhoudswerk dat op gezette tijden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1982 | | pagina 78