Over het toe te passen puntensysteem kan dan alsnog gepraat worden.
De heer van der Kooij wil over deze tweede discussie iets meer duidelijk
heid. Als er geen woningen meer gebouwd kunnen worden, dan moeten
mensen die naar elders vertrekken een verklaring krijgen. Als de contingen
ten wei gebouwd zouden worden dan had men uiteraard geen 220 mensen
kunnen plaatsen. Zijn vraag is daarom, wie komen er dan voor in aanmer
king? Hij ziet in dat voorstel het praktische bezwaar, dat er een enorme
last op de schouders gaat rusten van allerlei claims. Als de contin
genten er wel zouden zijn, dan zouden de claims aanzienlijk kleiner zijn,
dan wanneer de contingenten er niet zijn.
De voorzitter zegt dat de heer van der Kooij hierbij niet aan tientallen
woningen per jaar moet denken, doch aan 10 tot 12 woningen en over
1984 en volgende jaren valt zelfs nog niets te zeggen.
De heer van der Kooij zegt dat men dan de verplichting helemaal niet
aan kan gaan, omdat het dan het dubbele betekent van het aantal te
vergeven huizen. Met het uitgeven van een dergelijk soort ongedekte cheque worden
verwachtingen gewekt en daarmee ontstaat een situatie, dat mensen
die nu in het dorp wonen onderaan de lijst komen. Hij vindt dat geen
juist beleid.
De heer Nagelkerke zegt dat het irreëel is tegen de 200 wachtenden
die nu geen woning kunnen krijgen, te zeggen dat ze over een paar jaar
maar terug moeten komen. Men kan er op rekenen dat ze ook wei weer
terug zullen komen want ze hebben dan een verklaring op zak. Hij wil
daarom weten wat de heer Verstraten exact in de nota opgenomen wenst
te zien.
De heer Lodewijks wii een voorstel doen. Op dit moment is er sprake
van een spraakverwarring. Moeten voormalige inwoners nu wei of niet
gekoppeld worden aan contingenten of kunnen aan het niet doorgaan van
een uitbreidingsplan bepaalde rechten worden ontleend. Hij denkt dat
men het zich onnodig moeilijk maakt en er onredelijk gewerkt gaat worden.
Het probleem is op zich heel simpel op te lossen, maar het is niet gemak
kelijk daar een exacte formulering voor te vinden. In de nota is geregeld
wanneer iemand zich kan inschrijven. In dat systeem van regels kan een
regel worden opgenomen waarbij staat, wanneer iemand wordt uitgeschre
ven. De algemene regel zou dan zijn dat iemand is uitgeschreven als
woningzoekende op het moment dat hij Prinsenbeek verlaten heeft, tenzij
hij zich bij de gemeente vervoegt en uitlegt dat het enkel om een
tijdelijke voorziening gaat. Dan is het aan het college om dat te beoordelen.
Komt het te zijner tijd tot toewijzing, dan gelden voor hem/haar dezelfde
regels als die alleen binnen de gemeente gelden. Uiteraard met die restric
tie dat dan ook eerst nog moet Diijken dat de woonvoorziening nog bene
den niveau is.
De heer Houtepen zegt dat dit momenteel praktijk is.
De heer Verstraten zegt dat als dit inderdaad praktijk is dat het in deze
nota verwerkt moet worden. Er is namelijk in de commissie gezegd dat
er geen claims waren en nu zijn er wel claims.
De heer van der Kooij vervolgt met te zeggen dat hij te zijner tijd een
voorstel omtrent de urgentie-commissie tegemoet wil zien. Dat zou dan
ook binnen de termijn moeten gebeuren die toegezegd is door
de wethouder, dus in de vergadering van september aanstaande. Ondanks
het feit dat in de huidige regeling die commissie nauwelijks samen zal
hoeven te komen, zijn er in de commissie ruimtelijke ordening en volks
huisvesting voorstellen gedaan waardoor voor een dergelijke commissie
geen nieuwe commissieleden gezocht hoeven te worden, maar die op
afroep beschikbaar zijn zoals bijvoorbeeld de indicatiecommissie.
De heer Dirven zal proberen klaarheid te brengen in de onduidelijkheden
die zijn ontstaan. In de commissie heeft men gesproken over mensen
die ingeschreven moeten worden. De heer van der Westen heeft toen
gesproken over mensen met een sociale indicatie en hoe dat onderzocht
wordt. Daar heeft de heer Houtepen ook al op gewezen. Tot nu toe worden
de gevallen met een sociale indicatie blijvend ingeschreven in de gemeente
Prinsenbeek mits zij daar zelf om verzoeken. Het is dus geen automatisme.
-9-