Hij vraagt deze problemen op korte termijn op een bevredigende wijze
op te lossen. Op zijn steun kan men rekenen, zoals reeds afgesproken
in de raadscommissie openbare werken.
In het rapport op bladzijde 2 wordt melding gemaakt van de verkeersbe
lasting in nieuwe situaties. Als het aantal motorvoertuigen per etmaal
de 2.450 niet overschrijdt kan de geluidszone opgeheven worden. Hierin
zit de kern voor het oplossen van de problemen. Een voorbeeld treft
men aan in het centrum van Breda, waar het in bestaande situaties de
verkeersstroom zo moeilijk is gemaakt dat er maximaal 2.450 motorvoertuigen
doorheen kunnen. Ais in Prinsenbeek deze strategie ook wordt gevoigd
voor alle wegen met een te grote verkeersbelasting dan lost men het
probleem op en zal men de sluiproute gaan mijden. De db(A)-waarden
in dit rapport genoemd, wijken nogal af van het rapport van DHV. Beide han
teren de rekenmethode, echter DHV heeft 21 urgente saneringswoningen
terwijl Bureau van Heesewijk er 11 heeft. Doordat Gemeenschapsbelang
reeds in 1978 zelf metingen heeft verricht kunnen deze waarden gestaafd
worden. Hij is dan ook de mening toegedaan dat de waarden van het Bureau
van Heesewijk aan de voorzichtige kant gehouden zijn. Overigens een
woord van dank aan het college van burgemeester en wethouders en
de ambtenaren voor het aktieve beleid dat de laatste jaren wordt gevoerd
met betrekking tot deze problematiek.
De heer Vissers heeft ook kennis genomen van dit rapport. Voor zijn fraktie
blijkt hieruit dat ook door het vorige college van burgemeester en wet
houders nogal wat voorbereidend werk achter de (geluids)schermen is
verricht. De inwoners van Prinsenbeek met de meeste geluidsoverlast
blijken ook het minst te klagen (Beeksestraat-Markt). Voor de mogelijk
heden om iets aan de geluidsoverlast te doen, zuilen toch het rijk, de
provincie en de gemeente moeten samenwerken. Door de inwoners zelf
kan er ook wat aan gedaan worden, zoals bijvoorbeeld isolerende beglazing
en dergelijke. Wat bovendien ook nog energie bespaart. De geluidsover
last van Rijksweg 16 beteugelen zal afhangen van wat het rijk aan middelen
beschikbaar stelt Ook wat het moet wordeneen wal of een scherm.
De provincie zou door het maken van een aansluiting van Zevenbergen
op de Maasroute een stuk verlichting geven. Om te spreken van een sluip
route, vindt hij wei wat zwaar gesteld. Wanneer er vanaf Rijksweg 16 verwe
zen wordt dat men via Prinsenueek richting Zevenbergen kan, dan kan
men niet zeggen dat deze weggebruikers sluipers zijn. De gemeente kan
wellicht iets doen aan het wegdek, maar dat zou conflicten op kunnen
leveren met het dorpse karakter omdat hij geen voorstander is van asfal
teren. Mogelijkheden zijn er ook door het verkeerscirculatieplan. Er zou
iets gedaan kunnen worden om het geluid en de last te verdelen. De con
clusie is wel erger dan men had verwacht. Als er iets aan gedaan kan
worden dan heeft dat de volledige steun van zijn fraktie.
De heer Oosthoek vindt het rapport een goed en duidelijk stuk. Het is
een duidelijke inventarisatie van de probleemgebieden in de gemeente.
Merkwaardig is dat in de praktijk blijkt dat die geluidshinder door betrok
kenen soms zeer verschillend wordt ervaren. Wat voor de één een enorme
hinder is en onacceptabel, is voor de ander heel gemakkelijk te accepteren.
Daarom - is het juist zo goed dat dit rapport een van overheidswege vast
gestelde norm hanteert, die uiteraard maatgevend moet zijn. Het streven
dient erop gericht te zijn dat minimaal deze norm, mogelijk in de nabije
toekomst, wordt gehaald. Evenals de heer Vissers wil hij nog even beklem
tonen dat met de voorzieningen aan de woningen zelf een energie- en
kostenbesparing bereikt wordt.
De heer Dirven zegt dat men met dit rapport in de hand goed op weg
is. De gehele problematiek zal zeer zeker nog terdege aan de orde komen
bij de hoorzittingen en dergelijke, die te zijner tijd zullen plaatsvinden.
De heer Houtepen zegt dat de andere problemen die naar voren gebracht
zijn door de heer Verstraten, uitvoerig onderwerp van gesprek geweest
zijn in diverse commissie-vergaderingen. Het college is van mening dat
er aan gedaan zal worden wat er gedaan moet worden. Daarom is een
-12-