De voorzitter geeft vervolgens het woord aan de heer Verstraten.
De heer Verstraten zegt dat er reeds veel is gezegd over het functioneren van de
beide jubilarissen in deze gemeenteraad. Toch maakt hij graag gebruik van deze gele
genheid hen beiden namens Gemeenschapsbelang van harte geluk te wensen met dit
uitzonderlijk jubileum. Zelden krijgt men de gelegenheid in het openbaar uit te spreken
dat iemand zoveel betekent voor de gemeenschap als juist bij gelegenheden als deze.
Het 30-jarig raadslidmaatschap van de heer van der Westen, waarvan 20 jaar als
wethouder en het 25-jarig raadslidmaatschap van de heer Jansen, zijn mijlpalen waar
aan niet zomaar voorbij mag worden gegaan. De korte periode dat hij hen als raadslid
heeft leren kennen, heeft bij hem grote bewondering en respect opgewekt over de
wijze waarop zij deze functies hebben vervuld en niet minder over de uitstekende
samenwerking en loyaliteit ten opzichte van de andere partijen, hetgeen in het verleden
onderling weieens anders is geweest.
Men was het niet altijd eens met de voorstellen. Al verschilde men op bepaalde punten
weieens van mening, het belang van Prinsenbeek heeft bij hen en bij hem altijd voorop
gestaan. Hij mag deze gemeente dan ook gelukwensen, omdat de belangen van de
inwoners van Prinsenbeek mede door hen op zo'n goede wijze worden behartigd. Dit
stemt hem tot groot genoegen, omdat de inwoners alleen maar gediend kunnen zijn
met een vertegenwoordiging die naast hun politieke opvattingen, uiteindelijk hetzelfde
doel nastreven, namelijk de gemeentebelangen op een zo'n efficiënt mogelijke wijze
te behartigen in het belang van de inwoners.
Toen de heer van der Westen raadslid werd, telde deze gemeente 3.700 inwoners.
De groei van deze gemeente - in 1962, 5.000 inwoners - en voor de gebiedsoverdracht
van de Haagse Beemden - in juli 1976, 10.000 inwoners - vond plaats onder zijn
wethouderschap. Met andere woorden, de gemeente bouwde toen hij wethouder van
financiën was, woningen voor ruim 6.000 mensen. Niet ieder heeft toen de expansie
drift van Prinsenbeek toegejuicht, maar terugziende op wat bereikt is, moet men
zeggen dat het resultaat erg geslaagd is. Een prettig leefbaar geheel. Ongetwijfeld
heeft de heer van der Westen destijds menigmaal kritiek moeten incasseren, zelfs
ook van Gemeenschapsbelang. Maar hij ging door met het toenmalig college. De
uitbreidingsplannen met alle voorzieningen werden in snel tempo gerealiseerd.
Beide jubilarissen hebben er belangrijk toe bijgedragen dat velen een woning in dit
landelijk dorp konden betrekken en de stad en het trappenhuis konden verlaten. Men
heeft lang niet aan de vraag naar woningen kunnen voldoen. Een bewijs dat het in
Prinsenbeek goed toeven is. Hij hoopt dat het leefklimaat wat nu bereikt is, en waar
beide jubilarissen hard voor gewerkt hebben, voor de toekomst behouden mag blijven.
De heer Jansen, fractievoorzitter, heeft en had veel ervaring als bestuurder. Ook
in de raadsvergaderingen was en is dit nog een gegeven. Hij heeft, uiteraard met
zijn fractie, de grootste, veel mogelijk gemaakt in onze gemeente. Daarvoor zijn
hartelijke dank. Woningen bouwen is slechts een enkel aspect uit het grote aanbod
van de raadsagenda's. Uiteraard is hier nog veel aan toe te voegen, maar waarom? Alle
aanwezigen weten wat de heer Jansen voor de Prinsenbeekse gemeenschap betekent.
Hij wil besluiten met beide jubilarissen te danken voor het vele dat door hen is gedaan
en hen toe te wensen, dat zij met Gods Zegen nog vele jaren het raadslidmaatschap
in een goede gezondheid en met dezelfde toewijding mogen vervullen.
Namens Gemeenschapsbelang en al de inwoners dankt hij de jubilarissen voor de grote
inzet en het vele moeilijke werk, door hen verricht.
De voorzitter geeft vervolgens het woord aan de heer van Trotsenburg.
De heer van Trotsenburg zegt dat het hem namens de fractie van de V.V.D. een ge
noegen is beide jubilarissen te mogen feliciteren met het 30-jarig en 25-jarig raads-
lidmaatschap van deze gemeente.
Veel is er in deze jaren tot stand gekomen en verbeterd in een toen snel groeiende
gemeente en beide hebben hier zeker in niet geringe mate aan medegewerkt. Niet
alleen als lid van de gemeenteraad, doch ook naast het raadswerk hebben zij hun
sporen verdiend op sociaal en cultureel terrein. Bij al de lof die terecht in deze verga
dering is toegezwaaid en waarbij hij zich volledig aansluit, zou hij ook de beide dames
willen betrekken. De belangrijke plaats van de dames naast hun echtgenoten mag
men zeker niet vergeten en ook hen wil hij danken voor het aandeel dat zij bij de
werkzaamheden hadden.
Helaas werd het voorstel van het college van burgemeester en wethouders in de laatst
gehouden raadsvergadering tot het instellen van een erepenning van de gemeente,
-3-
