m
-19-
huis hebben om een woonwagenkampje te begeleiden. Juist omdat het een
kampje is, zijn de kosten die men maakt onevenredig groot ten opzichte van
het object. Daardoor vindt hij het uitermate belangrijk dat men gezamenlijk
hierin verder gaat. Hij zou weieens willen weten, wanneer straks dat schap
weg is, welke mogelijkheden men dan heeft het eigen kant overvloeit van
liefhebbers en men niet weet waar men met het overschot naar toe moet.
In een gemeenschappelijke regeling is dat nog enigszins in de hand te houden
en bespreekbaar alsmede de benodigde deskundigheid voor begeleiding. Hij
heeft geen moeite met wat hier staat maar wel om a priori te accepteren
dat er straks geen schap of gewestorganisatie zal zijn die deze functie over
neemt.
De heer van den Bliek zegt dat hij de aanbeveling die het woonwagenschap
doet tot instelling van een aparte formatieplaats ten behoeve van een functio
naris van het onderwijs niet helemaal kan plaatsen. Hoever moet de begelei
ding van deze groep gaan en brengt dat toch specifieke problemen met zich.
Hij heeft aanbevolen om dat bij het eerstvolgende overleg met de schooladvies-
en begeleidingsdienst van het stadsgewest mee te nemen en dat is toen overge
nomen. Hij verwacht daar nog meer over te horen.
De voorzitter zegt dat de ongerustheid die bij de raad leeft ook bij het colle
ge leeft. De nota die nu hier voor ligt, spreekt over een opheffing van het
schap over 4 tot 6 jaar, hij denkt dat wanneer men de vinger aan de pols
houdt en de problematiek goed blijft volgen in het belang van de woonwagen
bewoners, dat men best in staat zal zijn het woonwagenschap die richting
uit te sturen die het beste is voor het totale gebeuren van de woonwagenbe
woners en van onze gemeente.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
vervolgens conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
14) Nota inzake de realisering van een zestal woonwagencentra in de gemeente
Breda door het Woonwagenschap Breda.
De heer van den Bliek zegt dat in verband met de bodemverontreiniging de
decentralisatie van standplaatsen binnen Breda voor het eind van het jaar
moet geschieden. Dat betekent dat die kosten daarvan gedeeltelijk ook ai
over de gemeenten die zijn aangesloten bij het schap zijn verdeeld. In wezen
betekent dit al een vooruitlopen op het decentralisatiebeleid van andere ge
meenten. Betekent dit dat gemeenten die het laatst aan de beurt komen met
specifieke kosten komen te zitten. Zoals hij begrepen heeft, komt eerst het
decentralisatiebeleid en daarna wordt de zaak opgeschoond. Onder deze voor
waarden kan hij akkoord gaan, anders heeft men er problemen mee.
De voorzitter zegt dat dit klopt. De grond waar het woonwagenkamp nu is
gevestigd is van de gemeente Breda en men heeft daar naderhand op ingericht.
De consequenties zijn dus ook voor rekening van de gemeente Breda. Het
is niet logisch dat die omgeslagen zouden worden via het woonwagenschap
over de deelnemende gemeenten.
De heer Jansen wiJ graag weten in welk jaar de gemeente Prinsenbeek de
eerste bijdrage ad f. 0,32 aan dit schap heeft verstrekt. Dat was een initieel
bedrag, zou nooit overschreden worden en moest doorgegeven worden aan
de gewestraad ais zijnde het standpunt van deze gemeente.
De voorzitter zegt toe dit op te zoeken en in een commissievergadering door
te geven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
vervolgens conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
15) Voorstel tot het voteren van een krediet voor het aanschaffen van een
gereviseerde tractor met aangekoppelde hydraulische messenkooien.
De heer van der Kooij zegt begrepen te hebben dat deze tractor zo weinig
gebruikt wordt dat de afschrijvingsperiode dezelfde kan zijn als van een nieuwe.