-33-
kunnen worden door de reinigingsrechten vier jaar achtereen te verhogen met
een bedrag van in totaal f. 26.556,-- of 10% van de opbrengst 1983. Hierbij
is uitdrukkelijk gesteld dat de extra kosten van storting op bijvoorbeeld de stor
tingsplaats Zevenbergen hierin niet zouden worden meegenomen. Op het moment
dat deze kosten zich aandienen zal hernieuwd overleg met uw raad nodig zijn
over de vraag of en op welke wijze deze kosten verhaald zullen worden. In
de huidige situatie zal de kostendekking in 1987 worden bereikt, omdat wij
ervan uit gaan dat de mogelijke stijging van de reeds bestaande kostprijsfactoren
binnen de jaarlijkse verhoging van 10% van het vóórgaande jaar kan worden
opgevangen. De inhaalverhoging geeft namelijk procentueel gezien een dalend
beeld waardoor er ruimte ontstaat om eventuele kostenstijgingen op te vangen.
Meerjarenramingen.
De P.v.d.A. wijst op een aanzienlijke verkrapping van de financiële budgetruimte
in de toekomst. Ons college onderkent dit probleem. Het geprognostiseerde
tekort voor 1985 geeft ook de V.V.D. aanleiding tot bezorgdheid. In dit ver
band willen wij u verwijzen naar biz. 5 onder "b" van de nota inzake de meer
jarenramingen, waarin is gesteld dat onder voorzitterschap van de portefeuille
houder financiën een ambtelijke werkgroep is ingesteld die ons college over
deze aangelegenheid zal adviseren. Van het resultaat hiervan zal uw raad op
de hoogte worden gesteld.
Indien het door het C.D.A. gestelde en de door ons genoemde uitgangspunten
zoals weergegeven in de nota inzake de meerjarenramingen naast elkaar worden
gelegd, blijkt dat ons college in grote lijnen over deze zaken hetzelfde denkt
als deze fractie. Ook ons college is van mening dat eerst moet worden bezien
hoe exploitabel een bepaalde investering ingebracht kan worden alvorens wij
tot extra afschrijving zullen voorstellen. Derhalve afschrijving op selectieve
wijze.
Ten aanzien van de aanwending van de bestemmingsreserves zijn wij van mening
dat deze moeten worden aangewend op het moment dat zich uitgaven voor
doen waarvoor de bestemmingsreserves zijn gevormd. Tegen het steeds op peil
brengen van deze reserves, zodra rekeningsresultaten dit toelaten, hebben wij
geen bezwaar en onze voorkeur gaat dan uit naar de reserve vernieuwing rio
leringen.
Investeringsplan.
Door Gemeenschapsbelang wordt de verbreding en beveiliging van spoorweg
overgangen aan de orde gesteld.
De beveiliging c.q. verbreding van de spoorwegovergang aan de Groenstraat
is gepland in het jaar 1985 omdat dan met de realisatie van het bestemmings
plan "Moleneind" een aanvang zal zijn gemaakt en in verband hiermede een
beslissing over de eventuele zuidelijke ontsluiting genomen zal moeten wor
den.
Realisatie van het project "beveiliging c.q. verbreding van de spoorwegover
gang "Westrik" is voor ons college mede gelet op de financiële planning en de
realisatie van het bestemmingsplan "Moleneind" minder urgent dan de spoorweg
overgang aan de Groenstraat. De spoorwegovergang aan Kesteren zal worden
aangepast tegelijk met de realisatie van het spoorwegstation Haagse Beemden.
Deze overgang wordt voor autoverkeer afgesloten en zal alleen mogen worden
gebruikt door fiets verkeer. De beveiliging zal plaatsvinden door middel van
een AHOB installatie.
In verband met de dekking stelt het C.D.A. voor de kosten van de verbouwing
van het gemeentehuis te splitsen in een rendabel en onrendabel gedeelte.
De rentabiliteit van deze verbouwing is niet in geld uit te drukken en aldus
moeilijk te bepalen. Daarom zijn wij van plan u te zijner tijd voor te stellen
deze investering te dekken uit de algemene reserve van de gemeente.