5. Voorstel betreffende het invoeren van een nieuw berekeningssysteem voor de huurprijzen van gemeentelijke accommodaties. De heer Jansen zegt dat hij er, aan de hand van de nu beschikbare gegevens en het voorliggende voorstel, geen behoefte aan heeft om commentaar te leveren en nog minder om een besluit te nemen. De gegevens zijn voor hem ten ene male ontoereikend. Volgens de heer Lodewijks betreft het hier een voorstel dat een beetje aansluit bij het gevoelen van de raad. Dat gevoelen is verwoord in een grotere gelijkheid in de tariefberekening voor aktiviteiten die gelijk zijn of gelijksoortig zijn. Hij heeft geconstateerd dat er in de commissie financiën over is geredetwist of zulks ook is vastgelegd in de programma-akkoorden doch dat is niet het geval. In het kader van de totstandkoming van dat programma-akkoord is er wel uitgebreid over van gedachten gewisseld. Een wens die vanuit alle frakties naar voren is gebracht was het principieel doorlichten van het geheel van tarieven en subsidies wat de gemeente hanteert. Zijn fraktie beschouwt dit voorstel dan ook ais een eerste stap op weg naar de tarief-vaststellingen, het bezien van de tarieven ten opzichte van elkaar en of er ten opzichte van de verschillende tarieven van een gelijkheidsbeginsel sprake is. Eén kant van de zaak is de gelijkheid. De andere kant zijn - zeker als je het voorstel bekijkt - de consequenties daarvan voor degenen die van de accommodaties gebruik maken. Het betreft niet alleen de geiijktrekking van de tarieven doch vooral het verhogen van tarieven. Dat heeft natuurlijk nogal wat consequenties. Meer dan dat er sprake is van een rechtvaardiger verdeling van tarieven. Bij dit voorstel wil zijn fraktie graag beide aspecten beoordelen. Ten eerste: hoe geslaagd is nu eigenlijk die gelijktrekking van de verschillende tarieven ten opzichte van elkaar. Ten tweede: hoe redelijk is de verhoging die voortvloeit uit het vaststellen van bepaalde dekkingspercentages die gehaald zouden moeten worden. Of zo'n verhoging redelijk is of onredelijk is hangt natuurlijk ten nauw ste samen met de systematiek van het afwentelen van kosten. De gemeente gaat de tarieven verhogen en brengt die hoger in rekening dan ze gewend waren bij de verschillende verenigingen. Die verenigingen gaan hun contributies ook verhogen, zodat de gezinnen in Prinsenbeek met een aanzienlijke stijging van kosten te maken krijgen. Als dan straks ook nog het voorstel schoolzwem men wordt aangenomen zijn dat voor sommige gezinnen aanzienlijke verhogin gen. Zijn fraktie zou graag de redelijkheid van deze verhogingen willen zien in relatie tot wat redelijk geacht wordt met betrekking tot de gebruikers en voor zover ook die gebruikers door koopkrachtvermindering getroffen zijn. Hoe geslaagd is nu die gelijktrekking. Hoe redelijk is nu de verhoging van die tarieven. Hij vindt dat daar eigenlijk niets over te zeggen valt. In zoverre voelt hij erg veel voor het standpunt van de heer Hansen, aangezien men niet kan beoordelen of verenigingen in staat zijn om de uit dit voorstel voortvloeien de verhogingen te betalen en in het verlengde daarvan, of de mensen in Prinsen beek bereid zullen zijn en de mogelijkheden zullen hebben om aan die kosten te voldoen. Op die vraag kan men geen antwoord geven. Het voorstel is op dat punt erg moeilijk te beoordelen, omdat zijn fraktie de redelijkheid van het voorstel erg moeilijk kan vaststellen. Hoe geslaagd is nu die gelijktrekking. Op sommige onderdelen vindt hij het redelijk geslaagd. Het voorstel gaat uit van gelijkstelling van zaalsporten, indoorsporten en andere aktiviteiten. In principe gaat men ervan uit dat een gelijk dekkingspercentage gehaald moet worden. De commissie welzijn heeft daarover heel verstandige dingen gezegd en heeft op onderdelen het voorstel aanzienlijk veranderd. En in dat voorstel kan zijn fraktie zich aardig vinden. Allereerst door de peuterspeelzaal onder de kategorie diversen vandaan te halen. De peuterspeelzaal moet een dekkings percentage van 31,1% halen, wat erg hoog is. Onlangs heeft de peuterspeelzaal haar tarieven die ze doorberekent maar liefst met 20% verhoogd. Hij vindt het alleszins redelijk de peuterspeelzaal onder te brengen bij de sociaal-cultu rele aktiviteiten waarvoor het daar geldende dekkingspercentage reëel is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1983 | | pagina 61