-26-
transport
f.
339.960,-
Huur twee afvalcontainers a f. 2.200,—
II
4.400,-
Verzekering vuilniswagen
II
2.370,™
Regionale afvalverwerking
II
6.394,--
Overige uitgaven
II
500,-
f.
353.624,-
Meerjarenplanning voor onderhoud van wegen en rioleringen.
Door de fractie van de V.V.D. wordt gesteld, dat een goede meerjarenplanning
voor onderhoud van wegen en rioleringen op prijs wordt gesteld en dat automati
sering hierbij een hulpmiddel kan zijn. Het college kan deze stelling onderschrijven
en momenteel wordt er dan ook reeds gewerkt aan een inventarisatie van de
onderhoudstoestand van de wegen, waarbij in een later stadium zal worden onder
zocht of inschakeling van de thans in gebruik zijnde office-computer of de in
de toekomst aan te schaffen mini-computer mogelijk is. Zoals bekend is,worden
de rioleringen planmatig geïnspecteerd. De resultaten van dit onderzoek worden
in rapporten vastgelegd. De planning van de uit te voeren werken is financieel
vertaald in het meerjarig investeringsplan.
Wet op de stads- en dorpsvernieuwing.
Inzake het gevraagde door de fractie van de P.v.d.A. met betrekking tot de
wet op de stads- en dorpsvernieuwing kan worden medegedeeld, dat aan de zeven
niet-fondsgemeenten 37,2 miljoen rechtstreeks wordt toegewezen. De 124 fonds
gemeenten krijgen gezamenlijk ruim 21 miljoen toegewezen. Van deze 21 miljoen
wordt 70% door de Provincie rechtstreeks toegewezen en voor onze gemeente
is dat f. 61.600,—De landelijke verdeelsleutel die hierbij is gebruikt is afgeleid
van de navolgende componenten:
a. het aantal woningen van vóór 1945; Prinsenbeek 510;
b. het aantal particuliere méérgezinswoningen van voor 1931; voor Prinsenbeek
0;
c. het gemiddelde inkomen in 1978; voor Prinsenbeek f. 32.965,—;
d. het aantal beschermde monumenten; voor Prinsenbeek 0;
e. het totaal aantal panden in aangewezen of nog aan te wijzen beschermde
stads- of dorpsgezichten; voor Prinsenbeek 0;
f. een vermenigvuldigingsfactor voor -a-.
Deze factor is afhankelijk van het vastgestelde verzorgingsniveau; voor
Prinsenbeek is deze factor 1.
Hulpverlening minima.
De P.v.d.A. vraagt aandacht voor de vorming van een fonds van bijvoorbeeld
f. 50.000,— uit het dividend Intergas om inwoners, die onder het bestaansminimum
komen, te helpen. Het college is hiervan geen voorstander. Dit moet beschouwd
worden ais gemeentelijk inkomensbeleid en dit is voor het Ministerie van Binnen
landse Zaken niet acceptabel. Een soortgelijke poging van de gemeente Oisterwijk
heeft daarom ook geen succes gehad.
Bovendien zullen inwoners onder het bestaansminimum voor een bijstandsuitkering
in aanmerking komen. Indien de gemeente op andere wijze een uitkering zou
verstrekken, moet deze uitkering op de bijstandsuitkering in mindering worden
gebracht, zodat een dergelijke vorm van hulpverlening geen effect zou hebben.
Onroerend-goedbelasting.
Indien het woningbestand toeneemt zullen ook de belastingopbrengsten vermeer
deren, daar de totale economische waarde toeneemt. Bij herschatting van alle
panden in de gemeente is het de bedoeling dat de belastingopbrengst gelijk blijft.
Blijkt bij herschatting dat de totale economische waarde gedaald is dan zullen
de tarieven zodanig moeten worden aangepast dat de totale belastingopbrengst
gelijk blijft. Blijkt bij herschatting dat de totale waarde is toegenomen dan zullen
de tarieven verlaagd worden. Bij herschatting blijft de belastingdruk per woning
gemiddeld gelijk.
Reinigingsrechten.
In 1984 is aan 92 percelen reductie verleend omdat zij geen tuin of erf hadden.
