-42-
Ook de gifproblematiek bij eventuele bouwgronden is het college zo voortvarend
dat daar toch nadere studie van gemaakt wordt. Hij was, naar aanleiding van
de vorige raadsvergadering, waarin deze kwestie voor het eerst aan de orde
kwam, een beetje beducht voor het feit dat er wat al te voortvarend en te snel
over het probleem heen zou worden gestapt zonder te beseffen dat ook in Prinsen
beek van zo'n problematiek sprake zou kunnen zijn.
Een curieus zinnetje in het antwoord bij de nachtveriichting was de opmerking
dat er vanaf een bepaalde datum meer nachtverlichting zou zijn. Betekent dat
meer licht of betekent dat minder licht. Zijn opmerking was erop gericht om
op bepaalde uren, ook in de nacht, meer licht te hebben in het kader van de
onveiligheid.
De kleuterschool De Engelbewaarder gaat te zijner tijd dicht en wordt geïnte
greerd in de Griffioenschool en dat heeft de aandacht. Dat is een stap in de
goede richting. Hij wil er nü op wijzen dat wanneer de Engelbewaarder vrij komt,
er gedachten ontwikkeld kunnen worden om wat er ter plaatse in de Schoolstraat
zou kunnen gebeuren. Er is daar een unieke kans om de Schoolstraat, die daar
toch een beetje een donker gedeelte is, te verfraaien en op te waarderen.
De commissie onderwijs is heel duidelijk in haar standpunt ten aanzien van
de subsidies aan oudercommissies geweest en hij is heel nieuwsgierig wat het
college ertoe gebracht heeft om uiteindelijk toch een afwijzend standpunt, voor
wat betreft de financiering, in te nemen.
Hij wil de beheersvorm van de accommodaties aan de orde stellen. In het ene
geval is de gemeente eigenaar, in het andere geval niet. Soms zijn er bij een
accommodatie twee gebruikers permanent en dan weer slechts voor één gedeelte.
Hij dringt daarom aan om hier toch wat harmonisatie tot stand te willen brengen.
Hij kan zich voorstellen dat een beheerscommissie naar het model Eikebos, die
activiteiten voor zijn rekening zou kunnen nemen voor alle accommodaties die
het dan zou betreffen. De opmerking over het maximum aan subsidies is hem
helemaal duidelijk. De raad heeft een standpunt geaccordeerd dat de subsidies,
met uitzondering van een bepaald aantal activiteiten, bevroren zijn tot het maxi
mum van 84. Hoe dat nieuwe beleid dan moet worden gevoerd weet hij niet,
net zo min als de heer Jansen, maar er zijn niettemin een aantal uitzonderingen
gemaakt op de regel van de bevriezing. Daar zullen dan met name de extra
mogelijkheden moeten worden gezocht.
Wat betreft het instituut maatschappelijk werk is hij het met het C.D.A. eens.
Als het college constateert dat er slechts 1 1/4 hoogstens 1 1/2 formatieplaats
voor dat werk nodig is dan vindt hij dat op de kortst mogelijke termijn moet
worden teruggedraaid naar de formatie van 2 tot 1 1/2 formatieplaats.
Over het Sociaal Parochieel Charitatief Centrum Prinsenbeek heeft hij één vrij essentiële
opmerking. De oude stichting en de participanten in die stichting zijn akkoord
gegaan met het opheffen en hebben vervolgens besloten om iets nieuws in te
stellen. Wat hem toch onduidelijk is en wat dat betreft is hij het met de heer
Jansen wel eens, wat dat Lokaal Overleg Platform nu eigenlijk moet gaan doen.
Er staat in de nota van aanbieding en ook in het antwoord iets over het bundelen
van krachten. Er zijn een aantal mensen die samen iets gaan doen. En de vraag
die dan opkomt is wat ze nu eigenlijk gaan doen. Houden ze zich met gezondheids
zorg bezig, met welzijn in de meest brede zin enz.? Hij wil toch graag wat meer
informatie over wat zè moeten gaan doen, aan wie ze in hemelsnaam advies
gaan uitbrengen, als ze gaan coördineren, wat ze dan coördineren en wat hun
status in het gemeentelijk welzijnsgeheel is?
Voor de lokale radio en televisie is het college doende met het zoeken naar
studioruimte. Maar men weet niet hoeveel belangstelling er is voor lokale radio.
Hij heeft daar vragen over gesteld waarop niet kon worden geantwoord. Dat
moet nog eens uitgezocht worden. Het standpunt van zijn fractie is dat men
de lokale radio om allerlei redenen heel belangrijk vindt maar dat wanneer zo'n
lokale voorziening niet zou stoelen op belangstelling en behoefte, het wat hem
betreft heel moeilijk zal worden als om financiële ondersteuning van zo'n voorzie
ning wordt gevraagd.
