-51-
Wethouder Houtepen vraagt of de discussie hierover gesloten kan worden. Men
is het met elkaar eens dat de mogelijkheden bekeken moeten worden. Het moet
niet zo overkomen alsof er nooit iets aan gedaan is en is er van overtuigd dat
op dit moment de mensen die het nodig gehad hebben het ook gekregen hebben.
Het past niet in de sfeer van de privacy dat daar enige ruchtbaarheid aan gegeven
wordt.
De heer Lodewijks zegt dat zij ook helemaal niet willen weten over wie het
gaat. Het gaat er alleen maar om dat net als in andere gemeenten - en dan
niet zoals in de gemeente Oisterwijk - wordt onderzocht wat de gemeentelijke
mogelijkheden zijn. Die zijn niet zo groot want de gemeente kan geen inkomens
beleid voeren. Het is dan ook niet het af keuren van het beleid dat tot nu toe
is gevoerd maar het verbeteren van dat beleid.
Wethouder Houtepen zegt dat het college daar voor open staat. Er moet hier
verder niet over worden gediscussieerd want daar is het probleem te belangrijk
voor.
Wat de urgentiecommissie betreft zegt hij dat ais de sociale en medische indica
ties afgestemd zijn op het puntenaantal het college met een voorstel zal komen
om een commissie in te stellen die uitermate deskundig is op dat terrein.
De heer van der Kooij zegt dat hij toch nog iets heeft gemist over de privati
sering. Er zou een regelmatig onderzoek zijn. Wethouder Houtepen heeft wel
aangehaald dat hij eventueel misschien zou willen privatiseren maar over een
privatiseringsonderzoek heeft hij niets gehoord. Wanneer heeft dit voor het laatst
plaatsgevonden.
Wethouder Houtepen zegt dat elk jaar onderzoeken worden gehouden wanneer
bepaalde uitbestedingen gedaan worden of wanneer er offertes worden ingewonnen
wat bijvoorbeeld het onderhoud betreft. Dan wordt er wel degelijk gekeken naar
wat het gaat kosten. Er is al een paar keer aan de raad een overzicht gegeven
en toen is duidelijk het privatiserings element bekeken. Hij herinnert de raad
aan de aanschaf van de vuilniswagen en de grote gazonmaaier. Nu staat er op
het investeringsschema de aanschaf van een nieuwe veegmachine. Er is nu a 1
opdracht gegeven om na te gaan wat het eventueel zou gaan kosten als dit uit
wordt besteed. Als de heer van der Kooij een totaal onderzoek bedoelt op alle
terreinen, dan is zijn antwoord: dat is nog niet gebeurd.
De heer van der Kooij zegt dat de afspraak was dat het zou gebeuren als er
investeringen plaatsvinden en ook tussentijds. Zijn vraag is dan wanneer dit voor
het laatst is gebeurd.
Wethouder Houtepen zegt dat er nog nooit een totaal privatiseringsonderzoek
is geweest. Het is iedere keer op onderdelen gebeurt. Het college zal zich hier
over moeten beraden en dan zal via de commissie openbare werken medegedeeld
worden hoe hieraan gestalte zal worden gegeven.
De voorzitter dankt wethouder Houtepen en geeft vervolgens het woord aan
wethouder Dirven.
Wethouder Dirven zegt dat het muziekonderwijs in Prinsenbeek gebeurt door
een aantal instellingen in Prinsenbeek zoals de harmonie, de drumband en het
koor. Daarnaast kan iedereen op een vrij redelijke basis naar de stedelijke muziek
school in Breda. De muziekschool heeft gemeend de tarieven voor de leerlingen
van buiten Breda te moeten verhogen tot 100%. Ze hebben van het Ministerie
van Economische Zaken toestemming gekregen om dit in zeven jaar te doen.
Het totaalbedrag van f. 68.000,— dat het voor de gemeente zou betekenen heeft
hij in de commissie al een paar keer genoemd. Toen is ook gevraagd om ook
naar andere en betere wegen te zoeken. In de welzijnsraad is daar uitvoerig
over gesproken. Er is een magnifiek rapport verschenen van een van de leden
van de welzijnsraad. Daarin worden een aantal ideëen aangegeven hoe dit in
Prinsenbeek verder uitgewerkt zou. kunnen worden. In de werkgroep daarvoor
zullen worden uitgenodigd, de harmonie, de drumband en Bekanto, de scholen
uiteraard, een aantal muziekdocenten, de medewerkster van de stedelijke muziek
school die het A.V.O.-onderwijs verzorgt en de welzijnsraad. Om ook de consument
daarin te betrekken vindt het college op dit moment moeilijk te realiseren want
daarbij speelt de vraag, wie nu representant van die consument is. Alvorens
