minder aanbieden, öp basis van exact één zak huisvuil minder per week calculeert men vervolgens een reductie van f. 24,--. In dit verband wil hij de opmerkingen van de heer van der Westen nog eens in herinnering roepen, namelijk dat in ge noemde woningen vaak twee huishoudens volstaan met één zak huisvuil per week. Als iemand van de raad de omstandigheden ter plaatse kent dan is hij het wel. Hij heeft reden om aan te nemen dat het behoefte- en consumptiepatroon en daarmee ook het aanbod van huisvuil van mensen van misschien gemiddeld wel 75 jaar bescheidener en geringer is dan van jonge mensen. Zijn fractie heeft niet de pretentie om via een reken-lineaal te kunnen komen tot het meest recht vaardige tarief. Hij wil eraan toevoegen dat men blij is dat er na herhaald aan dringen iets uit de bus is gekomen. Naar zijn mening is het te weinig maar iets is meer dan niets. Als er in de gemeenschap zeker in een geval als dit het voor deel van de twijfel verdient dan is het deze groep met meestal een bescheiden inkomen. Zij hebben de basis gelegd voor een stuk welvaart waarvan velen van ons geprofiteerd hebben en alsnog profiteren terwijl het eigen aandeel in de koek gering is geweest. Deze mensen moeten meebetalen voor de overproductie door de overige bewoners. In het programma-akkoord is overeengekomen dat onderzocht zal worden of het tarief reinigingsrechten voor deze percelen aan kunnen worden gepast analoog aan het tarief van de Wet vervuiling oppervlaktewater, waarbij de reductie 2/3 deel ofwel 66% bedraagt. Beide heffingen hebben echter een verschillende basis en zijn daarom niet geheel vergelijkbaar. De reductie van de W.V.O. geeft echter wel een indicatie. Op grond van alle voornoemde argumen ten heeft zijn fractie de stellige overtuiging dat een reductie van f. 48,— per jaar gerechtvaardigd is, gebaseerd op 4 m3 per jaar huisvuil en stelt voor het besluit zodanig te wijzigen dat er in plaats van f. 24,— een reductie komt van f. 48,— per jaar. De voorzitter vraagt of er twee leden uit de raad zijn die dit voorstel willen ondersteunen zodat het voorstel onderwerp van bespreking kan worden. De heren Lodewijks en Verstraten ondersteunen dit voorstel. De heer van den Bliek zegt blij te zijn dat er nu een voorstel tot differentiatie is. Zoals men weet is in de vorige raadsperiode door de heer van der Bom de zaak al eens ter sprake gebracht. Later is in het programma-akkoord nog eens opgenomen om te bezien of er differentiatiemogelijkheden mogelijk zijn in het bijzonder voor de bejaarden die toch in een ongunstige inkomenssituatie verkeren ten opzichte van anderen. Terecht wordt in het voorstel opgemerkt dat niet alle bejaarden armlastig zijn maar dat ook andere huishoudens ongetwijfeld van een minimum-inkomen rond moeten komen. Om die reden zal het moeilijk zijn om specifiek voor de bejaarden een oplossing te zoeken. Ook wordt gesteld dat het in een belastingverordening niet mogelijk is om uit te gaan van een inkomensaf hankelijk tarief, gezien diverse arresten van de Hoge Raad. Daarbij is gesteld dat de lagere overheid zich niet mag mengen in het algemeen inkomensbeleid en er geen strijdigheden ingevoerd mogen worden. Dan blijven er weinig mogelijk heden over. Toch heeft het college kans gezien om een modus te vinden door een relatie te leggen met de hoeveelheid afval die aangeboden wordt en met name een differentiatie te zoeken in de richting van die groep mensen of percelen, waarvan het bijna zeker is dat er geen tuinvuil aangeboden wordt, aangezien men geen erf of tuin heeft. Hij gelooft dat deze oplossing perspectieven biedt temeer omdat het college al uiteen heeft gezet dat het met de perceptiekosten nogal meevalt en de financiële consequenties ook nog zijn te overzien. Indirect bereikt men daarmede ook dat de bejaarden toch in zekere mate worden ontzien. Te betwisten valt bij correctie aan de ene kant of ook aan de andere kant correc tie nodig is. Het verschil in grootte der aanschafprijs van de containers (120 of 240 liter) biedt, zeker gezien uit exploitatieoogpunt, ook weinig perspectief. De mogelijkheid van koop wil zijn fractie gaarne ondersteunen. Zijn fractie staat ook achter de reductiemogelijkheid van f. 24,—. Ook wil hij er voor pleiten dat op het aanslagbiljet de samenstelling van het verschuldigde recht staat aangegeven. De inwoners kunnen dan duidelijk onderscheiden waarvoor het bedrag van f. 102, wordt betaald. Indirect wordt misschien dan ook wel voorkomen dat er in latere instantie nog eens vermenging van posten gaat optreden als er indexering plaats -9-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 32