politieke partij of groepering het voortouw neemt om de Prinsenbeekse bevol
king voor te lichten c.q. te horen over het marktpian. Dit is duidelijk een
taak van het college zelf. Het nieuwe voorbereidingsbesluit wat nu voorligt
heeft consequenties voor dat bouwplan en de daarop betrekking hebbende
bezwaren in de Groenstraat.
De voorzitter zal trachten een en ander zo duidelijk mogelijk uit te leggen.
Er wordt opnieuw een voorbereidingsbesluit genomen. Dat wil zeggen dat
op de datum dat dit ingaat het gebied dat op de kaart met rood aangegeven
is, bevroren wordt. De stedebouwkundige is reeds bezig met ziji. pré-advies
aan het .gemeentebestuur van wat daar zou moeten komen. Deze geeft de
straten gedetailleerd aan aangezien dat een gegeven is. De markt is nog een
blank geheel. Het college van burgemeester en wethouders maakt daarvoor
een plan, dat globaal aangeeft wat naar het gevoel van het college op de
markt zou moeten komen, uiteraard in nauw overleg met de raadscommis
sie ruimtelijke ordeniig. Dit wordt ook besproken met het P.O.K. en het
S.O.B.E.P. Met het S.O.B.E.P. is gisteren nog een bespreking geweest. Daarna
gaat het plan in vooroverleg naar de provincie. Als het plan van de provincie
is terugontvangen en door het gemeentebestuur en de commissies is bekeken
stelt de gemeenteraad dit plan vast. Daarna moet het college het pian uit
werken, weer in volledig overleg met de commissie. Bij die uitwerking is
het college voor 100% gebonden aan de hoofdlijnen die in dat globale plan
zijn aangegeven en waarmee de Provinciale Planologische Commissie akoord
is. Hij wil nu een voorbeeld geven waarbij een ondernemer van buiten het
concentratiegebied naar het gemeentebestuur komt met de mededeling dat
hij zijn bedrijf wil verplaatsen naar de markt. Op dat moment gaat het college
met de hoofdlijnen die het vlekkenplan aangeven het plan concreet invullen.
Als dit ingevuld is, dan toetst het college daaraan het ingediende bouwplan
en bekijkt, of het daarmee in overeenstemming is. Is dat zo dan kan het
college voor zo'n bouwaanvraag een artikel 19- procedure in werking stellen.
Deze procedure houdt in dat het bouwplan:
a) ter visie moet worden gelegd;
Als de Provinciale Planologische Commissie het in vooroverleg aangeboden
plan zonder opmerkingen weer terugstuurt naar de gemeente dan gaat het
college verder met het planrijpmaken, het ter visie leggen en door de raad
te laten vaststellen. Daarin wordt het gerealiseerde bouwplan verwerkt. Een
goed voorbeeld daarvan zijn de Haagse Beemden die voor een groot gedeelte
zo tot stand zijn gekomen.
De heer Nagelkerke zegt dat de kern van zijn vraag is of ais er in het
globale plan staat dat er 20 woningen komen, komen er die dan ook of niet.
Als het nu ingevuld is, is men er dan straks aan gebonden.
De voorzitter zegt dat er een maximum aangegeven wordt zodanig dat als
het gemeentebestuur bijvoorbeeld zegt dateraan 8 voldoende is er ook maar
8 gebouwd worden. Als er dan een bouwaanvraag ingediend wordt waarvan
het college zegt dat het niet voldoet aan de wensen, dan wordt de beslissing
op de aanvrage aangehouden. Als het plan wel past in de filosofie van wat
de gemeenteraad wil, dan werkt het college daar wel aan mee.
De heer Nagelkerke denkt dat het probleem is dat het college nog niet weet
wat het wil.
De voorzitter zegt dat de raadscommissie economische zaken zich al uitge
sproken heeft voor kleinschalig. Hij heeft met belangstelling geluisterd naar
het betoog van de heer Verstraten. Het houdt echter geen verband met dit
voorstel als zodanig, zodat hij daar dan ook niet op wil ingaan. Omtrent de
gestarte artikel 19 -procedure voor de bouwaanvrage in de Groenstraat is
-18-
bX naar Gedeputeerde Staten gaat met de eventuele bezwaren die ingebracht
zijn. Gedeputeerde Staten bekijken of het gemeentebestuur datgene gedaan
heeft wat men voornemens was te doen. Is dat zo dan wordt door hen
de verklaring van geen bezwaar afgegeven. Daarna kan het college van
burgemeester en wethouders de bouwvergunning afgeven.
