-5- De heer van der Kooij is het daarmee eens, omdat er dan wat meer van algeme ne doelstellingen uitgegaan kan worden. Bovendien is het zo dat wat betreft de riolering er nog al wat kosten komen in de toekomst. Zodoende kan storting van die gelden een tweeledige functie hebben. Wethouder Houtepen zegt de raad nogmaals toe dat het college dit nog nader zal bespreken en voelt zelf ook wel enigszins voor een totaalfonds. Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 7. Voorstel tot inschakeling nachtverlichting openbare verlichting van 23.00 naar 24.00 uur en het gedeeltelijk weer omschakelen (330 lampen) van nachtver- lichtinR op avond ver lichting Zonder beraadslaging en hoofde lijke stemmine wordt conform het voorstel van burgemeester en wet houders besloten. 8. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan een lid van de Welzijnsraad en tot benoeming van een nieuw lid voor deze raad. De voorzitter zegt dat mevr. Krot ontslag heeft gevraagd vanwege verhuizing naar buiten de gemeente en dat haar, onder dankzegging voor bewezen diensten, dit ontslag uiteraard eervol kan worden verleend. Voor de ontstane vacature stelt het college voor om mevr. Vermunt-Oomen te benoemen. Volgens een commissieverslag zou zij echter niet de eerstvolgende vrouw voor opvolging maar zou een andere vrouw eerder aan de beurt zijn. Hiervoor geeft hij het woord aan Wethouder Dirven. Deze zegt dat er bij de instelling van de Welzijnsraad een opvolgingslijst is vastgesteld. Er is ook geregeld dat er minimaal twee dames in de Welzijnsraad zitting moeten hebben. Dus bij het verdwijnen van één dame moet er één dame terug komen. De keuze uit de twee dames, die met gelijke stemmen trouwens gekozen waren, is in de Welzijnsraad uitvoerig besproken. De raad weet, dat er een bepaalde verde ling van werkzaamheden is. Mevrouw Krot-Poot nam de zorg in de ruimste zin van het woord voor haar rekening. De Welzijnsraad heeft daar zeer uitvoerig over gesproken. Zover zelfs dat de gedachte is uitgegaan voor een sollicitatie naar nieuwe kandidaten voor de Welzijnsraad. Daartegenover staat dat men mevrouw Vermunt heel goed kende, omdat zij al een aantal keren bij de vergade ring van de Welzijnsraad aanwezig is geweest. Met haar is dit ook uitvoerig besproken. Ook met de andere mevrouw die zitting heeft in de Welzijnsraad, omdat beide dames in de Welzijnsraad de taak zorg hebben toebedeeld gekregen. Het college meent dat daarom mevrouw Vermunt-Oomen de beste kandidaat is en zij gaat hiermee ook akkoord. Het college heeft overigens meteen ook alle andere kandidaten gevraagd in hoeverre men nog akkoord is. Dat was een bepaalde geruststelling want er zijn nogal wat kandidaten als er vacatures zouden ontstaan. De heer Oosthoek wijst het college op het feit dat in de vergadering van de gemeenteraad van 26 mei 1983 de kandidaten zijn benoemd evenals de reserve kandidaten. Tegelijkertijd is toen besloten dat de weizijnsraadsleden benoemd zouden worden voor de zittingsduur van de gemeenteraad. Datzelfde geldt ook voor de reserve-kandidaten. Ingaan op een suggestie van de Welzijnsraad dat er tussentijds een nieuwe sollicitatieprocedure in werking zou moeten worden gezet, kan niet want dat behoort tot de taak van de gemeenteraad.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 31