-18-
20. Aanbieding van de jaarrekeningen over het dienstjaar 1983 van de gemeente
en van de gemeentelijke takken van dienst en bedrijven.
Zonder beraadslaging en hoofdelij
ke stemming worden conform
het voorstel van het college
de jaarrekeningen 1983 in handen
gesteld van de commissie algeme
ne zaken en financiën.
21. Mededelingen.
Er zijn geen mededelingen te doen.
22. Rondvraag.
De heer van Trotsenburg zegt dat algemeen bekend is dat Brabanders het
niet zo nauw nemen met de tijd doch vindt dat men dit hier niet zo nadrukkelijk
moet laten zien. Zowel de torenklok als de klok in de raadzaal lopen niet
gelijk. Zou daar wat aan te doen zijn.
Wethouder Houtepen zegt dat de raad binnenkort een voorstel voor renovatie
van het uurwerk van de kerk zal bereiken.
De heer Vissers is van mening dat de vergrijzing gevolgen heeft voor de toe
komst. Daarom zou er flink gebouwd moeten worden. Alvorens echter beleids
matige conclusies te trekken dient men toch te weten hoe dat zal verlopen.
Moet daarvoor extra gebouwd gaan worden en moet de gemeente groeien.
De voorzitter zegt dat hij in zijn nieuwjaarswoord duidelijk de vergrijzing
aangetoond heeft. Daarbij heeft hij alleen gesteld dat er voor gezorgd moet
worden dat de eigen jeugd niet gedwongen wordt buiten de eigen gemeente
te gaan wonen en bovendien te zorgen dat zo mogelijk telkens het richtgetal
gehaald wordt. Daarmee wordt bedoeld dat er gebouwd gaat worden en wat
hem betreft kan men er ook van uitgaan dat de gemeente voor de jeugd in
de eigen behoefte kan voorzien. Het is heel gevaarlijk wat hij nu zegt, want
daarin speelt de streekevaluatie een rol. Daarop preludeert hij niet. Binnen
het richtgetal moet er in ieder geval gebouwd worden zodat de eigen jeugd
opgevangen kan worden. Zijn er dan nog woningen over, dan zouden die aangebo
den kunnen worden aan mensen van buiten. Dat is door hem in het nieuwjaars
woord op persoonlijke titel gezegd.
De heer Lodewijks zegt dat het bij het college bekend is en dat zijn fractie
bij de algemene beschouwingen reeds aankondigde dat hen de problematiek
van bepaalde mensen in deze gemeente die ontstaat bij de inkomensterugloop
en het hoger worden van de lasten, ter harte gaat. In dat verband heeft zijn
fractie met de andere fracties daarover gesproken en dat heeft geresulteerd
in een praatstuk. Dat praatstuk heeft betrekking op de manier waarop de ge
meente in staat is om in geval van minder-vermogendheid bij de betaling van
gemeentelijke rechten en belastingen te opereren. Dat stuk zou in de januari
vergadering van de commissie financiën aan de orde komen doch dat is niet
gebeurd. Later bij brief van 15 februari 1985 deelt de secretaris van de commis
sie, namens de voorzitter van die commissie, aan de leden mede, dat gewacht
wordt op de circulaire die van het ministerie van binnenlandse zaken zal komen.
Daarin zouden in het bijzonder worden omschreven de bevoegdheden en de
mogelijkheden van de gemeente. Wat zijn fractie betreft hoeft er geen verder
uitstel te zijn en daarom vraagt hij of al in de eerstkomende vergadering van
deze raad, het college zijn visie kenbaar zal maken.
Wethouder Houtepen zegt daar geen enkel probleem mee te hebben want dat
is precies de bedoeling. Het college vindt het beter om deze zaak in één keer
af te handelen als de richtlijnen bekend zijn en weinig verschillen van hetgeen