-2-
Daarna spreekt de heer Nagelkerke namens de raad het volgende in memoriam
uit:
"Voor de aanvang van de gemeenteraadsvergadering van 30 augustus 1984 sprak
de heer Jansen als nestor van de raad namens de gemeenteraad een kort in memo
riam uit bij het overlijden van collega Toon Verstraten. Nu slechts zeven maanden
later is deze zelfde nestor niet meer en spreek ik namens de gemeenteraad een
herdenkingswoord uit bij zijn overlijden. Zo betrekkelijk is een mensenleven,
zo meedogenloos kan zulk een leven worden beëindigd en zulke onbegrijpelijke
beslissingen worden door de Schepper genomen. Men staat er bij stil en men
wordt weer eens op die betrekkelijkheid gewezen. Eigenlijk zou men moeten
doen wat de pastor tijdens de afscheidseucharistieviering zei: zwijgen. Maar
over een mens die zoveel en zoveel goed deed, voor zovele medemensen en zovele
zaken kan men en wil men niet zwijgen. Op 15 maart nam men met zeer velen
afscheid van de heer Jansen. Ieder op zijn of haar manier, maar wel afscheid.
Het is vreemd dat hij hier vanavond niet meer is. Het zal moeilijk wennen zijn.
Hij was een mens die kalm bleef onder lawaai en haast. Die op goede voet stond
met mensen zonder zichzelf geweld aan te doen. Die de waarheid rustig sprak
en luisterde naar anderen. Die luidruchtige en agressieve mensen meed, die genoot
van wat hij had bereikt en van de plannen die hij nog had. Die vooral ook geen
onechte genegenheid pretendeerde. Een mens die voor de Prinsenbeekse gemeen
schap in het algemeen en de gemeenteraad in het bijzonder erg veel heeft bete
kend. Door ruim 26 jaar in de gemeenteraad zitting te hebben heeft de heer
Jansen, uiteraard ook met anderen, van Prinsenbeek mede iets moois gemaakt.
Hij was kritisch, hield daar waar nodig en mogelijk de knip op de gemeentebeurs.
Was zeker in de onderhandelingen niet altijd de gemakkelijkste, maar meende
wat hij zei en zei wat hij meende. Het met elkaar niet eens zijn, heeft nimmer
de menselijke verhoudingen geschaad. Het verlies door zijn overlijden is niet
zo maar een gemis maar een groot gemis. Het enige dat wij nu kunnen doen
is trachten die goede zaken die hij voorstond, in raad, commissie en partij tot
ons eigendom te maken om iets van datgene, dat hij niet meer heeft kunnen
afmaken, daarin terug te vinden. Vanaf deze plaats, waar ook hij zo vaak ver
toefde, wensen wij, zijn echtgenote, kinderen en familie alle sterkte toe."
Hierna wordt de heer Jansen enkele ogenblikken in stilte herdacht.
2. Vaststelling van de notulen van de vergadering van 28 februari 1985.
Van de heer de Hoon zijn de volgende redactionele wijzigingen ingekomen:
blz. 16, regel 21, zou 'minimaal' moeten vervallen;
blz. 16, regel 22, zou 'één jaar' gewijzigd moeten worden in 'jaren'.
Naar aanleiding van de notulen merkt de heer van der Kooij op dat er in de
notulen iets staat dat hij wel begrijpt, maar waarvan een nietsvermoedend lezer
niets begrijpt. Er staat ergens dat wethouder Houtepen zich verontschuldigt,
maar uit de notulen blijkt niet dat hij iets gezegd heeft. Hij vindt het terecht
dat bepaalde zaken, die niet zo vreselijk van belang zijn, er uit worden gelaten,
maar dan moeten ook de gevolgen daarvan eruit worden gelaten.
Vervolgens worden de notulen, met inachtne
ming van de opmerkingen van de heer de
Hoon, vastgesteld.
3. Ingekomen stukken.
a. Ie Wijziging van de begroting 1985 algemene dienst van het Stadsgewest
Breda in verband met een te verrichten woningmarktonderzoek;
b. Ontwerp-rekeningen 1982 algemene dienst, de brandweer en de gezondheids
dienst van het Stadsgewest Breda;
c. Goedkeuring van gedeputeerde staten op het raadsbesluit d.d. 29 november
1984 tot aankoop van grond van de heer P. Goos;
d. Goedkeuring van gedeputeerde staten op de besluiten d.d. 21 januari 1985
van het college van burgemeester en wethouders tot verkoop van gronden
in bestemmingsplan Moleneind aan Bakker-Bennebroek B.V. en Woningstich
ting Prinsenbeek;