-8-
9. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor het vervangen van
de riolering in de Kapelstraat (2e fase); Gertrudislaan (ged.); Julianalaan (ged.)
en Gertrudisoord.
De heer de Craen zegt akkoord te gaan met het voorstel doch heeft een twee
tal verzoeken.
Op de eerste plaats zou de uitvoering zo mogelijk in twee delen moeten geschie
den. Zodanig dat de verkeersperikelen in de Kapelstraat niet al te groot worden,
want dit heeft gevolgen voor de zakenmensen.
Ten tweede moet de bereikbaarheid van de woningen in Gertrudisoord worden
bevorderd omdat daar vele ouderen wonen. Deze omgeving moet wel beschermd
worden.
Wethouder Houtepen beaamt dit en zegt dat er steeds goed overleg is geweest
met de ondernemers van de Kapelstraat tijdens de uitvoering van het eerste
gedeelte en dat er getracht is om de bereikbaarheid optimaal te
maken tijdens de gehele renovatie. Dit zal ook nu gebeuren.
Het is vanzelfsprekend dat de ontsluiting tot Gertrudisoord bij de uitvoering
wordt betrokken. Het college zal dit onderzoeken.
Vervolgens wordt zonder hoof
delijke stemming conform het
voorstel van burgemeester en
wethouders besloten.
10. Diverse voorstellen met betrekking tot het eindrapport gemeentelijke monu
menten.
Mevrouw Overboom zegt akkoord te gaan met het voorstel en constateert dat
het hier gaat om een principe-besluit. Aan de hand hiervan kan het college
stappen ondernemen zoals genoemd onder a. van dit voorstel betreffende het
aanbieden van deze monumenten bij rijk en provincie. Echter zowel categorie
a. als b. moeten naar de provincie worden gestuurd om de kans te vergroten
dat de monumenten op een van de twee lijsten geplaatst zullen worden. Uit
het voorstel blijkt dat, wanneer er volledig inzicht is verkregen in de gevolgen,
er wordt overgegaan tot nadere besluitvorming zoals voorgesteld onder de punten
b. en c.
De heer van Geel zegt dat de inmiddels ontbonden monumentencommissie in
een schitterend boekwerk de raad duidelijk heeft gemaakt dat er in Prinsenbeek
een aantal fraaie monumenten is. Zijn fractie hecht er waarde aan dat met
deze erfenis uit het verleden zorgvuldig moet worden omgesprongen. Dit monu-
mentenboek met daarin het monumentenregister is dan ook zeer bruikbaar om
eigenaren hierop te wijzen en hen te adviseren bij verbouwingen. In deze zin
is dit boekwerk een zeer nuttig werkstuk.
Indien de gemeente besluit een bepaald bouwwerk te plaatsen op de monumenten
lijst, dan moet de gemeente ook bereid zijn zo'n monument in stand te houden
Op de monumentenlijst staan die gebouwen, die waardevol zijn en behouden
moeten blijven. De gemeente zou zich dan ook tot het uiterste moeten inspannen,
ook financieel gezien, tot steunverlening. Indien rijk en provincie de a- en fa-
monumenten voor hun rekening nemen dan, zo staat het in het raadsvoorstel,
zou de gemeente "slechts de financiële lasten behoeven te dragen voor de overige
gekwalificeerde monumenten". Het is hem volstrekt onduidelijk waaruit die
financiële consequenties zullen bestaan en over welk bedrag gesproken wordt
omdat dit zijn fractie veel te ver gaat en bovendien te vaag is.
Hij stelt voor om de monumentenlijst voor kennisgeving aan te nemen. Wel
gaat zijn fractie akkoord met de verzoeken aan rijk en provincie om bepaalde
monumenten op de a- en b-lijsten te krijgen.
Voor elk monument moeten de financiële gevolgen worden bekeken. Als dan
de financiële consequenties vaststaan, dan wil zijn fractie de financiële mogelijk
heden van de gemeente als maatstaf gebruiken voor de samenstelling van deze
monumentenlijst. Dat wordt dan een lijst waarvan de gemeente de financiële