-21- De gekozen leden van het college hebben nu besloten om het voorbeeld van de voorzitter te volgen en na afloop van de raadsvergadering de raadszaal te verlaten. 26. Rondvraag. De heer de Craen heeft in de commissie openbare werken en milieuzaken ver zocht om aandacht te schenken aan de vernielingen op de Markt, met name de pergola en het terras en dankt de wethouder openbare werken voor de voort varendheid waarmee deze zaak is opgelost. De heer Oomen zegt dat de heer de Jong telefonisch contact met hem heeft gezocht met betrekking tot het surfen op De Kuil, waarop door hem de toezeg ging is gedaan dat het college zo snel mogelijk zal antwoorden. De voorzitter stelt dat het college niet eerder bericht kan sturen dan nadat het betreffende advies is ingekomen. Wethouder Dirven verzoekt de heer de Jong duidelijk te maken dat dit antwoord nog niet op korte termijn kan worden verwacht want er is een groot aantal daaraan verbonden zaken, ook in de juridische sfeer. De heer van der Hilst vindt dat het vragenhalfuurtje deel uit moet gaan maken van het nieuwe reglement van orde. Het is derhalve niet juist om nu te komen met een nieuwe maatregel en het zou eleganter zijn geweest om hiermee te wachten tot het nieuwe reglement van orde in behandeling zal worden genomen. De voorzitter zegt dat het de vraag is of er wel wijzigingen in het reglement van orde moeten komen. Uit het program-akkoord kan afgeleid worden dat het mogelijk is dat er wijzigingen komen. Vanuit de P.v.d.A. zouden daartoe suggesties worden aangedragen. Er is ook al een suggestie gedaan om er een initiatief-voorstel van te maken. Het college is dan in de gelegenheid om samen met de commissie algemene zaken, ruimtelijke ordening en volkshuisvesting in alle rust na te gaan wat er eventueel wenselijk is en wat niet. Daarna wordt daarover in de raad gediscussieerd. Er zal nu respect opgebracht moeten worden voor wat de wethouders wensen. Naar zijn mening moet er niet te snel ingegrepen worden in het reglement van orde, dat bij de aanvang van de vorige raadsperiode, opnieuw na zorgvuldige voorbereiding, is gewijzigd. De heer van der Hilst zal niet met een initiatief-voorstel komen omdat zijn fractie dat middel te zwaar vindt. In de vorige raadsvergadering is besproken dat de raad met voorstellen zou komen en toen is de indruk gewekt dat er een nieuw reglement van orde zou komen. De voorzitter heeft toen gezegd dat voor het college dit niet de hoogste priori teit is. Er kan dan ook beslist geen indruk zijn gewekt van het tegendeel. Mevrouw Schalk vraagt of de speelplaatsen voor de kinderen dermate opgeknapt kunnen worden dat ze er ook in kunnen spelen. Wethouder Dirven zegt dat dit reeds de aandacht heeft. Mevrouw Schalk mist de voortvarendheid echter die zojuist genoemd werd. De heer Schreiner zou het ook eleganter gevonden hebben dat de wethouders op een later tijdstip tot de beslissing gekomen zouden zijn om niet meer aan wezig te zijn bij het vragenhalfuurtje. De voorzitter heeft op een gegeven mo ment gezegd dat het college een voorstel aan de raad doet en dat dan de raad beslist. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de raad vragen moet beantwoorden in het vragenhalfuurtje. De voorzitter ontkent dit. Er is gesproken over de leden van de raad. Er is onderscheid gemaakt ten aanzien van de instituten en daarbij het college van burgemeester en wethouders als één van de drie instituten. De heer Schreiner merkt op dat de wethouders ook meestemmen. In het verleden is een afspraak gemaakt dat de wethouders zouden blijven zitten bij het vragen halfuurtje en alleen vragen zouden beantwoorden welke geen beleidszaken zouden betreffen. De voorzitter heeft ervaren dat enkele malen een verhitte discussie ontstond tussen gasten op de publieke tribune en één van de wethouders. Dat heeft de heren ertoe gebracht om deze beslissing te nemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 137