-5-
De heer Roeien zegt dat het op basis van de offertes die hedenavond werden
overhandigd het bedrag dat genoemd is het mogelijk maakt om te doen wat
het college vraagt.
De heer Franken zegt dat het C.D.A. dan meer offertes heeft gezien want
hij heeft tot nu toe nog geen enkele offerte gezien. Spreken over iets dat niet
is gezien kan niet dus gaat hij ervan uit dat als men iets doet het ook goed
moet gebeuren. De sport moet op een goede manier worden beoefend. Er is
ook een afrastering nodig om kinderen te beletten vanaf het Beek-Vooruit-terrein
op het kunstgrasveld te gaan lopen. Zijn fractie zegt overigens nee tegen het
oorspronkelijke voorstel van het college.
De heer Lotstra zegt bij interruptie, het zeer merkwaardig te vinden dat de
heer Franken een zeer uitvoerig betoog houdt over de wenselijkheid van parkeer
plaatsen, splitsing etc. terwijl zijn fractie überhaupt tegen het plan als zodanig
is. Dat komt tegenstrijdig over.
De heer Franken zegt dat uit twee slechte zaken het beste gekozen is. Er
is inmiddels door de meerderheid al ja gezegd tegen het plan en dan wil Gemeen
schapsbelang mee blijven denken om dit zo goed mogelijk te realiseren. Dan
moet er niet op beknibbeld worden en moet het goed afgewerkt worden.
Wethouder Houtepen geeft de heer de Craen gelijk voor wat betreft de opmerking
dat het niet juist verwoord is in het verslag. Het is erg belangrijk om op de
centen te letten en te zorgen dat het krediet niet overschreden moet worden.
Aan de hand van de vergelijking van de offertes moet het mogelijk zijn om,
een en ander volgens de N.S.F.-voorwaarden, het plan te realiseren. Als het
echter niet kan, dan acht de raad de zaak bespreekbaar. Met deze toezegging
heeft hij geen enkele moeite en heeft er alle vertrouwen in dat alles in orde
zal komen. De opmerking van de heer van Trotsenburg staat correct verwoord
in het verslag.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
conform het door de C.D.A.-fractie
geamendeerde en door het college
overgenomen voorstel besloten.
De fractie Gemeenschapsbelang
wordt geacht tegen dit voorstel
te hebben gestemd.
6. Verzoek tot wijziging van het agrarisch bouwblok ingediend door de heer
N.P. Baaij, Groenstraat 99b te Prinsenbeek.
De heer Roeien zegt dat het college naar zijn oordeel de wijzigingsbevoegdheid
bezit. Nu lijkt het meer een beroep op de gemeenteraad omdat het college
geen gebruik heeft gemaakt van deze bevoegdheid. De raad neemt dus kennis
van de afwijzing van het verzoek. Een afwijzing die naar zijn oordeel terecht
is omdat bij het verzoek niet voldaan werd aan de essentiële voorwaarde dat
het begeleidend bouwplan een verzoek noodzakelijk moet maken. Dat is essen
tieel om tot wijziging van een bouwblok te komen. Dat was het toen niet en
dat is het nu niet. Daarom wil zijn fractie ook nu niet ingaan op het verzoek.
Door de commissie ruimtelijke ordening is vervolgens gefilosofeerd over mogelijk
heden. Daar had men niet aan toe moeten geven. Het is echter gebeurd en
dan ook nog eens onvolledig. Naar het oordeel van zijn fractie dient in een
agrarisch bouwblok alle bebouwing inclusief de woning aanwezig te blijven en
kan datgene wat gevraagd wordt niet naast alle mitsen die het commissieverslag
vermeldt en die door hen onderschreven worden. Voor spreker zelf zou het
daarnaast onmogelijk zijn om aan een verzoek mede te werken, omdat hij reeds
eerder de mening heeft verkondigd bij een belangrijk uitbreidingsgebeuren dat
dit het laatste diende te zijn. Op basis van die uitspraak zal hij nu en in de
toekomst de zaken beoordelen.