De heer Lodewijks dankt voor de duidelijke woorden van de heer van den Bliek waarin
die zijn standpunt heeft verwoord. Diens tweede termijn is ook een uitstekende repliek
op de woorden van de wethouder. Hij dringt er bij het college op aan om een anti-
speculatiebeding in de koopakte te doen opnemen; al was het maar om de gedachte
te vermijden die bij sommigen zou kunnen opkomen dat er van ongelijke berechtiging
sprake is bij deze aangelegenheden en de belangen van de gemeente, in brede zin,
veilig te stellen. Daarbij worden geen uitlatingen gedaan over intenties die bij koper
en verkoper aan de orde zijn. Discussies, ten aanzien van de keuze van termen die
in dit soort van contracten van toepassing moeten worden geacht, worden daarmee
voorkomen.
Wethouder Houtepen zegt in de richting van de heer Roeien dat hij dat bepaalde
woord niet meer wil gebruiken. Het is volkomen onterecht dat het gebruikt is. Bij
volgende verkopen zal het college natuurlijk coulant zijn. Het is een normale zaak
en voor de hand liggend, temeer daar het college bij andere grondverkopen ook coulant
geweest is; daarbij gebruik makend van de wijzigingsbevoegdheden. In tweede termijn
wiJ hij ook geen nadere toelichting geven op de zaak van de tweede koper. De zaak
van de eerste aspirant-koper moet netjes afgewerkt worden, alvorens gepraat kan
gaan worden met een tweede koper of wie dan ook. Het is volkomen juist gesteld
door de heer Oosthoek dat dit het resultaat is van een langdurige onderhandeling.
Gezien de belangrijkheid en omvang is dit wel een langdurige onderhandeling geworden.
Het resultaat is dit voorstel en er moet overeenstemming komen tussen gemeente
en koper, wil de zaak serieus behandeld kunnen worden. Zowel naar de koper toe
als voor de gemeente. Als het college deze vrijheid niet meer kan hebben dan zal
het erg moeilijk zijn om tot een overeenkomst te komen. Het college blijft erbij
dat het een serieuze kandidaat is. Als de raad aandringt op een anti-specuiatiebeding
zal opnieuw onderhandeld moeten worden met de heer Peemen. Of er mogelijkheden
zijn om tot een tussenvorm te komen is niet zeker.
De voorzitter schorst de vergadering.
De voorzitter heropent de vergadering na 15 minuten en zegt dat het hier gaat
om een zaak van algemeen belang, zodanig dat als het contract door zou gaan er
zich een aantal veranderingen zullen voordoen in de Prinsenbeekse gemeenschap
die niet onderschat mogen worden. Het college wil het volgende voorstel doen: Het
college heropent de onderhandelingen met koper, waarbij het anti-speculatiebeding
als keihard gegeven op tafel zal worden gelegd. Gaat de koper alsnog akkoord met
dat anti-speculatiebeding dan kan het college deze zaak afwerken. Dan wordt geacht
dat dit de instemming van de raad heeft. Gaat koper niet akkoord met dit anti-specu-
latiebeding dan komt dit voorstel zoals het nu door het college in de raad is gebracht
opnieuw in de februari-vergadering van de raad aan de orde.
De heer Roeien zegt dat dit voor zijn fractie niet nodig is gezien de twee laatste
zinnen in tweede termijn van de portefeuillehouder, doch wil men het college daarin
graag de mogelijkheid geven.
De heer Nagelkerke wil niet op de dingen vooruitlopen, maar stelt wel dat als het
college straks een "neen" krijgt, de zaak vier weken opgeschort is en zich dezelfde
problematiek weer voordoet. De mensen zijn aan nog niets wijzer.
De heer Lodewijks zegt dat er toch een verschil is met het moment van nu. De
raad heeft nu uitdrukkelijk bedongen dat er een anti-speculatiebeding is en dat moet
de koper dan toch ook duidelijk zijn. De raad verwacht niet dat in februari waarschijn
lijk - ae redelijkheid van de andere partij inschattend - een voorstel als dit ter tafel
te krijgen.
De voorzitter zegt dat de toekomst dit zal leren.
De heer van der Kooij zegt in tweede termijn een andere uitleg gegeven te hebben,
dus de gelijke berechtiging te handhaven en alle speculatie-bedingen laten vervallen,
zowel van het verleden als toekomende.
De heer Roeien vindt dat niet passen binnen het belang van sommige zaken voor
de gemeenschap. Die mogelijkheid moet een bestuurder van deze gemeente altijd
in de hand houden.