-23-
veiliger worden. Wanneer men weet dat er een onduidelijke situatie is en er
zou wat gebeuren dan voelt hij zich schuldig en ook het college zou zich dan
schuldig moeten voelen.
Op zijn vraag over de isolatie van de sporthal is geen antwoord gekomen. Zijn
de f. 800.000,— voor herstel en isolatie goed besteed. Hij is altijd al voorstander
geweest om een nieuwe sporthal te bouwen. De wethouder wordt bedankt voor
de uitgebreide informatie over de bibliotheek, die een goed beeld geeft van
hetgeen in de bibliotheek gebeurt. Van deze gegevens kan gebruik worden ge
maakt bij de aankoop van nieuwe literatuur.
Het college zegt dat in de A.P.V. is opgenomen dat er hondenvrije-zönes zijn.
Waarom wordt er dan niet opgetreden wanneer de honden komen op verboden
terrein. Is het niet nuttig om onbezoldigde controleurs aan te stellen. Er staan
mensen te trappelen om dit te doen, waarmee een heleboel ellende wordt voor
komen.
Zijn vraag over de Markt was bedoeld om te weten hoe de stand van zaken
is. In februari is een besluit genomen hoe de Markt zou worden en werd zelfs
afgesproken dat er reeds begonnen zou worden met het bestek. Wanneer er
veranderingen zouden komen in verband met bezwaarschriften dan zou het
bestek bijgesteld worden. Tot nu toe is er nog geen enkel cijfer op tafel ge
komen, behoudens een raming van kosten. Kan een en ander niet sneller? Hij
is het niet eens met hetgeen gesteld is door het C.D.A. met betrekking tot
de bebouwing aan de noordzijde van de Markt. De V.V.D. staat niet achter
een dergelijke verandering van het in februari van dit jaar vastgestelde plan.
Waarom is er geen antwoord gegeven op zijn vraag over nieuwe bestemmings
plannen voor de woningbouw, want dit is toch wel erg belangrijk. Er moet nu
al worden begonnen, want het plan Moleneind is binnen enkele jaren volgebouwd.
De verklaring van de verhoging van de onroerendgoedbelasting is niet bevre
digend en het komt bij hem over als zou dit achteraf verzonnen zijn. Hij vraagt
zich af waarom het college bij de aanbiedingsbrief niet deze verklaring heeft
gegeven. Het college spreekt helemaal niet over te tekorten later. In plaats
van een trendmatige verhoging wordt gesproken over een verhoging met het
oog op toekomstige eventuele tekorten in de begroting. Het college wordt er
nogmaals aan herinnerd dat hierover afspraken bestaan in het programma-akkoord
met de drie partijen. Een afspraak waarop in de notitie ter uitwerking van
het programma-akkoord 1986 - 1990 door het college geen commentaar gegeven
is en men is het daar dus blijkbaar mee eens. Daarnaast en los van het vooraf
gezegde past het college een trendmatige verhoging toe van 3%. Hoe komt
het college aan dit percentage en op welke grondslag wordt dit gebaseerd.
Waarom niet 2% of meer dan 3%. Welke gegevens zijn het college bekend?
De heer Verpaalen dankt het college voor de beantwoording van de vragen
Ieder van zijn fractie zal reageren waar het zijn/haar commissie betreft. Op
zijn vraag over het centrumplan met betrekking tot de werkloze jongeren is
geen antwoord gegeven. Op de vraag omtrent het aanleggen van woonerven
in al gerealiseerde wijken is het antwoord van de wethouder dat uit recent
gehouden onderzoeken is gebleken dat de vorm woonerf wat heeft afgedaan.
De wethouder spreekt er ook over om bepaalde straten in bepaalde wijken een
"erffunctie" te geven. Dit is voor hem ook acceptabel in al gerealiseerde wijken.
Met betrekking tot de woningbouw en de startersproblemen in de sociale huur
sector wordt door het college ieder jaar exact nagegaan aan welke categorie
woonruimte het meest behoefte is. Zijn fractie twijfelt niet aan die exactheid.
Bovendien stelt het college dat dit momenteel is in de sector woningen voor
ouderen. Ook zijn fractie vindt dat er voor ouderen woningen moeten worden
gebouwd, maar daarnaast ook voor de starters op de woningmarkt. Dit baseert
hij op het geactualiseerde woningmarkt-rapport van het Stadsgewest. Dat rap
port wijst Prinsenbeek er nogmaals op dat juist daar de druk op de sociale
huursector het grootst is van de gehele regio. Enerzijds wordt dit veroorzaakt
door het verhoudingsgewijs hoge aantal starters op de woningmarkt, anderzijds
het sterk achterblijven van de sociale huursector. Er wordt in dit rapport ook