-6-
dat dit nu geen enkele zin meer heeft. Enkele leden volgen dus het voorstel
'con amore', anderen doen dat met pijn en moeite.
De heer Oosthoek zegt dat zijn fractie zich bij haar meningsvorming voorname
lijk heeft laten leiden door de volgende punten:
tijdstip waarop de brief van de Rabobank de raadsleden bereikte;
de materiële financiële gevolgen van deze planwijziging;
de immateriële gevolgen van deze zeer diep ingrijpende wijziging van het
marktplan;
wat blijft er van het oorspronkelijke plan nog over en hoe verhoudt zich
dat ten opzichte van de oorspronkelijke uitgangspunten?
Zorgvuldige afweging van vooral de laatste twee genoemde aspecten heeft
er toe geleid dat zijn fractie het voorstel volledig steunt.
De heer van Trotsenburg zegt dat destijds is afgesproken dat het een klein
schalige bebouwing zou worden. Hij kan zich niet voorstellen dat op zo'n korte
termijn al zo'n grote verandering aangebracht zou kunnen worden. Zijn fractie
stelt zich geheel achter het voorstel.
De voorzitter concludeert dat alle fracties het voorstel van het college onder
schrijven. Hij constateert wel dat in de fractie van het C.D.A. wat problemen
waren in die zin dat een aantal leden problemen had van financiële aard. Het
zal uit de verslaglegging van de vergaderingen van twee commissies duidelijk
zijn dat dit in het college ook een onderwerp van bespreking is geweest. Het
college is echter unaniem tot de conclusie gekomen dat een afwijzend voorstel
aan de raad moest worden gedaan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
vervolgens conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
8. Voorstel tot aankoop/ruiling van grond met opstallen van de heer 3. Peeters,
Boterbloemstraat 3, alhier en de heer S.G.A. Romme, Boterbloemstraat 2,
alhier alsmede een voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit tot
herziening van het bestemmingsplan Moleneind.
De voorzitter zegt dat op bladzijde 2 van het voorstel, onder punt 3., de laatste
zin "Uiteraard zullen ook wij alsdan ons bezwaar intrekken" als niet geschreven
moet worden beschouwd.
De heer Vissers zegt dat het omwille van de fasegewijze voortgang van het
plan Moleneind, een goede zaak is dat het nog in deze raad behandeld wordt.
Deze raad is al heel lang bij de voorbereiding betrokken en men wil het college
complimenteren met het bereikte resultaat. Zijn fractie vindt het jammer
dat het functionele groen toch opgeofferd diende te worden. In het vervolg
dient er toch voldoende groen gecreëerd te worden bij nieuwe uitbreidingen.
De heer Oosthoek is van oordeel dat de financiële consequenties van deze grond
aankoop en -ruiling in deze fase een zware belasting vormen en is van mening
dat alles gedaan moet worden om de geplande ontwikkeling van Moleneind
ook in de tijd doorgang te doen vinden. Zijn fractie gaat daarom akkoord met
de door het college voorgestelde aanpassingen die nodig zijn om deze fase
van het plan Moleneind toch uit te voeren en die een sluitende exploitatie
bewerkstelligen. De uitvoering van de voorstellen om in de verdere ontwikkeling
van het plan Moleneind het nu ontstane verlies aan openbaar groen te compen
seren zal zijn fractie kritisch volgen.
De heer Schreiner zegt dat de groenvoorziening die verdwijnt ongeveer 50%
is, die in de volgende fasen dient te worden gecompenseerd. Het heeft natuurlijk
financiële gevolgen, doch zijn fractie is blij dat door deze overeenstemming
met de desbetreffende personen de bezwaren opgeheven worden zodat met
het plan Moleneind kan worden doorgegaan.
De voorzitter neemt aan dat deze transacties ook de instemming van het provin
ciaal bestuur zullen krijgen. Het gehele bestemmingsplan zal daardoor onherroepe
lijk worden, zodat verder gewerkt kan worden. Een stukje groenelement moet