De heer van der Westen zegt dat er onvoorstelbaar snel hulp is verleend op
een wijze waarvoor alle dank verschuldigd is.
De heer van den Bliek spreekt namens de overige fracties ook zijn dank en
complimenten uit. Zij sluiten zich verder volledig aan bij de woorden die door
de heer Roeien zijn verwoord.
De voorzitter zegt dat op 24 april a.s. de laatste raadsvergadering van de raad
in deze samenstelling zal plaatsvinden. Naast woorden van waardering, dank
en erkenning voor de bestuursarbeid van de raad gedurende de afgelopen vier
jaar en naast een overzicht van de meest belangrijke besluiten, die de raad
heeft genomen, heeft hij dan het voornemen om afscheid te nemen van een
aantal leden dat na 24 april niet meer in de raad terugkeert.
Er is hem inmiddels bekend geworden, dat nu reeds in elk geval één lid de
vergadering van 24 april a.s. niet meer zal bijwonen. Dit betreft de heer Lode
wijks. Mevrouw van Esch zal alles in het werk stellen om ook de 24e april
a.s. nog de vergadering te kunnen medemaken.
Spreker vindt het erg jammer dat de heer Lodewijks zich niet meer herkiesbaar
heeft willen stellen voor nog een raadsperiode. Hij heeft uitermate begrip voor
diens beweegredenen. Met zijn vertrek uit de raad verdwijnen toch ook een stuk
inzicht, ervaring en bestuurlijke kwaliteit. Op 29 april a.s. zal toch een 8-tal
nieuwe gezichten zich in deze raad laten zien. Hij heeft de verkiezingsleuzen
en verhalen van de onderscheiden partijen beslist niet zo bestudeerd want het
is niet aan hem maar aan de raad en zijn fracties om het beleid uit te maken
voor de komende vier jaar. Het is hem wel opgevallen dat de nieuwe raadsleden
wel hun voorkeur hebben uitgesproken voor bepaalde onderdelen waarvoor ze
interesse hebben. Dat neemt niet weg dat zij in een rijdende trein stappen
en in die rijdende trein mee zullen moeten gaan en niet ineens aan de noodrem
kunnen trekken. Hoe belangrijk elke particuliere vereniging ook is, het raads
lidmaatschap kan niet worden vergeleken met wat voor een vereniging ook.
Dat vraagt andere eisen en men moet daarin groeien. Daarom is het erg jammer
dat de heer Lodewijks weg gaat. Hij is hem erg dankbaar voor de ijver en grote
inzet. De heer Lodewijks heeft de afgelopen acht jaar als een goed, wijs en
rustig bestuurspsycholoog geopereerd. Alleen het feit dat andere fracties zeer
veel respect voor hem hadden, graag naar hem luisterden, zeer vaak hun mening
bijstelden aan de hand en naar aanleiding van wat hij stelde, spreken al voor
zich. Hij is hem erg dankbaar ook voor de wijze waarop hij de voorzitter heeft
willen benaderen. Hij vindt het jammer dat de heer Lodewijks op 24 april niet
meer aanwezig is en overhandigt hierna de heer Lodewijks een fles wijn en
mevrouw van Esch, van wie verwacht werd dat dit haar laatste vergadering
was, ontvangt nu reeds uit handen van de voorzitter een boeketje bloemen.
De heer Lodewijks zegt hier één ding geleerd te hebben en dat is dat men
in de eerste termijn de voorzitter nooit mag interrumperen. Daarom heeft
hij gewacht tot deze was uitgesproken. Hij dankt de voorzitter voor de vriende
lijke woorden die hem toch enigszins met stomheid slaan in die zin dat het
dan moeilijk is om daar a l'improviste een repliek op te hebben. Hij had zich
voorgesteld om zijn waardering die hij heeft gehad voor de laatste 31/2 jaar,
in deze raad, de samenwerking die hij heeft mogen ondervinden van de collega
raadsleden en de voorzitter, op een andere wijze nog tot uitdrukking te brengen
door het schrijven van een brief die hier op 24 april a.s. nadrukkelijk aanwezig
zou zijn. Hij kan nu vast oefenen wat er in die brief moet staan. Hij zal geen
historisch exposé kunnen geven. De heer Roeien heeft dat ongeveer 31/2 jaar
geleden gedaan en hij was toen diep onder de indruk van alle punten en komma's
en hoeveelheden papier die hij toen wist te reproduceren. Zijn geheugen is
wat dat betreft niet zo goed. Hij heeft de laatste 31/2 jaar uiterst plezierig
gevonden. Dat is niet in het minst te danken aan het feit dat hier vier partijen
aanwezig zijn die heel verschillend zijn zowel naar toonzetting als naar idee.
Die hebben vier jaar geleden wijs geoordeeld, zeker gelet op de verhouding
die er toen bestond, om tezamen te proberen zelfs niet alleen in hoofdlijnen
maar tot op onderdelen afspraken te maken waaraan ieder zich ver
volgens heel braaf heeft gehouden.
