y. Schrijven van P.A. Bastiaansen d.d. 28 juli 1987 met betrekking tot een (te late)
inschrijving voor Bosdal met aanvullend schrijven ingekomen 18 augustus 1987;
z. Schrijven van diverse ondernemers uit de Groenstraat d.d. 18 juni 1987 met be
trekking tot de inrichting van de Groenstraat;
De heer Schreiner zou graag ten aanzien van punt z. in een commissie-vergadering
het standpunt van het college willen vernemen.
Wethouder Houtepen wil hierop in de eerstvolgende commissievergadering uitvoerig
terugkomen, in verband met andere ontwikkelingen.
Zonder hoofdelijke stemming worden
de stukken aa. t/m w. voor kennisge
ving aangenomen, de stukken x.
en y. zullen worden besproken bij
agendapunt 22 en stuk z. wordt
voor nader advies in handen van
het college gesteld.
ft. Mededelingen over de Gewestraad (53e vergadering).
De heer Oomen deelt mede dat de heer Houtepen de heer Roeien heeft opgevolgd
als voorzitter van de Breda-P.T.T.-fractie. Spreker heeft de plaats van de heer Houte
pen ingenomen in de commissie verzorgingstaken. Gelet op de lengte van deze raads-
agenda moet hij zich beperken voor wat betreft de mededelingen. Enkele zaken dienen
wat uitvoeriger besproken te worden.
Het eerste betreft de kredietvotering van f. 122.000,-- voor de opzet van een volks
huisvestingsinformatiesysteem. Bedoeld is hier een geautomatiseerd informatiesysteem
waarbij op basis van door de deelnemende gemeenten geleverde gegevens de R.V.C.
nog beter voor haar taak berekend is. Dit voorstel werd, zij het door enige gemeenten
aarzelend, aangenomen. Deze aarzeling komt voort uit het feit dat er vraagtekens
worden geplaatst bij de huidige contingentering voor wat betreft het toekennen van
een totaal contingent inclusief vrije-sector woningen. Men begrijpt dat gemeenten
met een groot buitengebied met relatief veel vrije-sector bouw weinig ruimte meer
over hebben voor woningwetwoningen of gesubsidieerde woningbouw. De kleinere ge
meenten zullen hiervan een extra belasting ondervinden met betrekking tot het aan
leveren van de basisgegevens, dus wat betreft het invoeren van het geautomatiseerde
systeem. De ambtelijke werkdruk zal toenemen omdat een aantal gegevens maande
lijks of jaarlijks of soms om de drie weken moet worden geleverd. Voor een grote
gemeente zoals Breda speelt dit niet, omdat deze over een sociografische dienst
beschikt, die meteen de gevraagde gegevens zou kunnen aanleveren. In Prinsenbeek
kan gebruik worden gemaakt van het eigen automatiseringssysteem. Naar aanleiding
van de discussie merkte de portefeuillehouder, de heer Gruijters, op dat de woning
verdeling in eerste instantie een probleem is tussen provincie en gemeente, waarbij
ook betrokken dient te worden het verstedelijkingsbeleid van de gemeente Breda.
Het verstedelijkingsbeleid lukt maar ten dele, want Breda heeft immers het afgelopen
jaar te kampen met een vertrekoverschot van 475 personen.
Het tweede belangrijke agendapunt was het haalbaarheidsonderzoek geluidshinder-
recreatie. De gemeenten die participeerden in het Stadsgewest Breda hebben destijds
met aanvaarding van het basisplan openlucht recreatie onderschreven dat geluids-
hinderrecreatie een aanvaardbare vorm van recreatie is. Als vervolg op dit plan is
eind 1983 een haalbaarheidsonderzoek geluidshinderrecreatie van start gegaan in op
dracht van het Stadsgewest. Eind 1984 nam het dagelijks bestuur van het Stadsgewest
een besluit om op een aantal voorgeselecteerde locaties een milieu-effect rapportage
toe te passen. Dit alles om ongeveer 1.060 personen binnen het Stadsgewest mogelijk-
heden te bieden om hun sport te kunnen beoefenen. Tijdens dit onderzoek is naar
voren gekomen dat binnen het Stadsgewest behoefte is aan één regionaal en twee
subregionale terreinen. Van de twaalf onderzochte lokaties zijn er slechts twee ge
schikt voor regionaal gebruik. Ten eerste "de Hille" in de gemeente Oosterhout en ten
tweede "het industrieterrein Moerdijk". Voor subregionaal gebruik de lokaties Klundert
en Baarle-Nassau. Via overleg bleek echter dat realisatie van de lokatie "de Hille"
-3-