Notulen van het behandelde in de openbare vergadering van de gemeenteraad
van Prinsenbeek, gehouden ten gemeentehuize op donderdag, 15 oktober 1987.
AANWEZIG:
1. P.W. Houtepen
2. HJ.F.M. Dirven
3. 3.P. van Bueren
4. 3.A. de Craen
5. C.A. Franken
6. F.O.J.M. van Geel
7. 3.C. van der Hilst
8. A.A. de Hoon
9. Mr. A.J.M. Lotstra
10. A.J.G. Oomen
11. M.H. Overboom
12. M. Schalk - Fabrie
13. B.G.C. Schreiner
14. W.A. van Trotsenburg
15. F.A.A. Verpaalen
VOORZITTER:
Mr L.K.M. Verwiel
wethouder;
wethouder;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid;
lid.
burgemeester.
SECRETARIS:
A.A.Th.M. Geerards
gemeente-secretaris.
1. Opening.
De voorzitter opent de vergadering te 19.00 uur met gebed en zegt dat de volg
orde waarin de fracties het woord zullen voeren als volgt is:
V.V.D., P.v.d.A., Gemeenschapsbelang en C.D.A.
De maximale spreektijd is voor iedere fractie dertig minuten.
2. Algemene beschouwingen ten aanzien van de begrotingen 1988 (algemene dienst,
grondbedrijf, woningbedrijf, dienst lichamelijke opvoeding, sport en recreatie
en gemeenschapshuis Eikebos) en de meerjarenramingen 1988 t/m 1992.
H De heer van Trotsenburg vangt zijn betoog als volgt aan:
"De jaarlijks terugkomende algemene beschouwingen geven de fracties de gelegen
heid tot een kritische beschouwing van wat geweest is en wat de toekomst van
ons vraagt. Een belangrijk onderdeel van deze beschouwingen betreft de financiën
van de gemeente. Indien door de overheid in de komende jaren geen verdere
ingrijpende maatregelen op financieel gebied worden genomen, verkeert onze
gemeente in een gunstige positie. De liquide middelen en de solvabiliteit zijn
ruimschoots voldoende om de aangegane verplichtingen te voldoen en om even
tuele nieuwe verplichtingen op ons te nemen. Groei van de gevormde reserves
geeft ruimte voor noodzakelijke investeringen in de komende jaren. Wel dienen
dergelijke investeringen zoveel mogelijk kostendekkend te zijn, om zodoende
de exploitatierekening van de gemeente zo min mogelijk te belasten.
Wij zijn er voorstander van om deze degelijke financiële positie te handhaven.
Wij staan een beleid voor, de lage plaatselijke lasten voor al onze inwoners
op dit peil te houden. De jaarlijkse verhogingen van de plaatselijke belastingen
4 mag geen automatisme zijn, doch slechts dan te worden toegepast indien de
noodzaak hiertoe aanleiding geeft. Op pagina 50 van de meerjarenramingen kunnen
wij constateren dat u dit standpunt ook als uitgangspunt hanteert. Er worden
voor de jaren 1989 t/m 1992 geen verhogingen van de onroerend-goedbelasting
voorzien.
fiUux U
i* NOV. 1987
C
T
Wst,
A
ld
