Bedrijventerrein. Zowel door de fracties van de V.V.D. en het C.D.A. wordt het college verzocht te onderzoeken of er mogelijkheden bestaan om het huidige bedrijventerrein uit te breiden danwel te voorzien in een nieuwe lokatie, indien plaatselijke behoefte op dit punt zich aandient. Gemeenschapsbelang vraagt het college of er nog mogelijkheden zijn als een plaatselijk bedrijf op korte termijn grond behoeft, zulks in relatie tot de ver plaatsing van milieuhinderlijke bedrijven, nu door het volbouwen van het bedrij venterrein een villawijkje met dubbele garages is ontstaan, aldus deze fractie. Alvorens in te gaan op de mogelijke uitbreiding van het bedrijventerrein willen wij toch even ingaan op de ons inziens vergaande en ons inziens onjuiste opmer king van de fractie van Gemeenschapsbelang. In deze mogen wij er genoemde fractie namelijk aan herinneren, dat de raad de voorstellen van ons college met betrekking tot de vaststelling van het bestemmingsplan Bedrijventerrein dermate heeft geamendeerd, dat het zich vestigen van kleinschalige plaatselijke bedrijven met dienstwoningen redelijkerwijs niet was tegen te houden. Wij denken hierbij aan het terugbrengen van de minimale door burgemeester en wethouders voorgestelde perceelsgrootte van 1.000 m2 naar 300 m2 en het hanteren van één prijs per m2 voor de bouwrijpe grond op het bedrijventerrein voor zowel woningen als bedrijfsgebouwen. In deze besluitvorming heeft ook de fractie Gemeenschapsbelang aandeel gehad. In deze mogen wij er voorts op wijzen, dat het college niets anders heeft gedaan dan het uitvoeren van een door de raad genomen besluit en dat de plaatselijke ondernemers zich na lang vergeefs zoeken in de bebouwde kom naar volle tevredenheid op het bedrijventerrein hebben kunnen vestigen. Daarnaast willen wij Gemeenschaps belang erop wijzen, dat ook hij medewerking heeft verleend aan de besluiten tot verkoop van grond op het bedrijventerrein. Wij hebben toen nimmer een kritische noot gehoord. Was het wenselijk geweest, dat het college potentiële plaatselijke ondernemers bij voorbaat had afgewimpeld? Voor het college een vraag, voor de fractie Gemeenschapsbelang blijkbaar een weet. Nu ingaand op de mogelijke uitbreiding van het bedrijventerrein gaarne het volgende. Bij het college is dit in onderzoek. Het adviserend stedebouwkundig bureau is reeds voordat uw raad aan zijn algemene beschouwingen begon namelijk op 14 oktober j.l. verzocht om - zo mogelijk - een gebied aan te geven waar binnen uit een oogpunt van een goede ruimtelijke ordening het vestigen van bedrijven mogelijk is. Onze gedachten gaan daarbij in eerste instantie uit naar een lokatie direct aansluitend aan het huidige bedrijventerrein of daarbij zo dicht mogelijk in de buurt. Het lijkt ons college juist, dat hard aantoonbare behoefte aan bedrijfsgrond ais uitgangspunt gehanteerd wordt bij de opzet en ontwikkeling van een eventueel nieuw plan. Op 5 november a.s. zal door onze portefeuillehouder tezaam met de stedebouwkundige en de beleidsambtenaar in deze reeds een voorbespreking plaats hebben met de P.P.D. over een en ander. Stichting Samenwerking Woningbouwcorporaties. C.D.A., V.V.D. en Gemeenschapsbelang stellen het op prijs te vernemen hoe het met de voortgang staat voor een verdere samenwerking tussen de drie instanties, die werkzaam zijn op het terrein van de volkshuisvesting. Concreet kan worden medegedeeld, dat ons college zich op 5 oktober j.l. opnieuw beraden heeft over een mogelijk volledige integratie van de drie partners, waarbij meer bepaald aan de orde zijn gesteld: Welke bestuursvorm verdient de voorkeur? Wat zijn de financiële consequenties? Wat zijn de personele consequenties? Wij hebben de indruk, dat als alle aspecten - en dat zijn er heel wat - met alle disciplines goed zijn doorgesproken, een uitgewerkt advies aan uw raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 199