niet zo heel lang meer op zich zal laten wachten. Wij benadrukken nogmaals,
dat het hier om een zeer specifieke en complexe materie gaat, die zich niet
in een kort tijdsbestek laat structureren.
Volkshuisvesting.
Een drietal fracties spreekt over dit onderwerp, zij het vanuit verschillende
invalshoeken. Fractie P.v.d.A. stelt: probeer meer woningen te krijgen en te
bouwen in de sociale huursector en vraagt voorts wat het betekent voor het
verwachte premiekoopwoningencontingent nu de premie B-sector in 1988 is
weggevallen. De V.V.D. is van mening, dat meer woningen voor 50-plussers
moeten worden gebouwd en dat de bouw in de vrije sector niet geremd moet
worden door van bovenaf opgelegde beperkingen; gedoeld wordt op het richtgetal
voor de woningbouw.
De fractie Gemeenschapsbelang wil prioriteit geven aan starters op de woning
markt bij de uitgifte van bouwgrond. Ten aanzien van het door eerstgenoemde
fractie opgemerkte het volgende: Zoals uw raad bekend moet zijn, wordt sedert
1985 jaarlijks het stadsgewestelijk woningmarktonderzoek aan de hand van
door de gemeente geactualiseerde cijfers bijgesteld. Dit woningmarktonderzoek
dient als basis voor de verdeling van de woningen per gemeente in de onder
scheiden categorieën. De resultaten van dit onderzoek hebben ertoe geleid,
dat onze gemeente gelet op het relatief klein aantal beschikbare huurwoningen
ten opzichte van het aantal starters op de woningmarkt, plm. 10% meer huur
woningen heeft toebedeeld gekregen in de jaren 1986 en 1987 en voor 1988
zal zulks eveneens het geval zijn. Wij menen, dat onze gemeente daarmede
op dit punt voldoende aan haar trekken komt, mede ook, omdat vergroting
van het aantal huurwoningen ten koste gaat van het aantal premiekoopwoningen,
waarvoor in onze gemeente, zoals de praktijk inmiddels heeft uitgewezen,
erg veel belangstelling bestaat, ook bij starters op de woningmarkt. Om deze
redenen lijkt het, overigens loffelijk streven van de P.v.d.A., geen navolging
te verdienen. Dat de premiekoop B-sector voor 1988 is geschrapt, is ook ons
college bekend geworden uit de rijksbegrotingsstukken voor 1988. Wat dit
voor gevolgen heeft op het premiekoopwoningencontingent voor 1988 kunnen
wij thans nog niet inschatten. Voor de goede orde moeten wij wel opmerken,
dat ten tijde van het invullen van de planningslijsten voor de woningbouw voor
1988 en volgende jaren het niet bekend was, dat de premiekoop B-woningen
zouden vervallen. Wij nemen aan, dat de R.V.C. met betrekking tot de verdeling
van de premiekoopwoningen met nieuwe voorstellen zal komen.
Ten aanzien van de opmerking van de V.V.D. omtrent de bouw van woningen
voor 50-plussers - door ons te vertalen als kleinere woningtype - kunnen wij
mededelen, dat wij hier in principe niet negatief tegenover staan, echter met
die restrictie, dat gelet op het richtgetal voor de woningbouw van jaar tot
jaar een beleidskeuze zal moeten worden gemaakt welke sector van de woning
bouw prioriteit heeft. We kunnen nu eenmaal niet méér bouwen dan het voor
onze gemeente in het Streekplan West-Brabant vastgelegde richtgetal en binnen
dit getal moet ook de vrije sector worden gebouwd. Hiermede komen we op
het tweede deel van de vraag van de V.V.D., te weten kan de vrije sectorbouw
niet buiten het richtgetal worden gehouden? Het antwoord daarop is: bij het
huidige rijks- en provinciale beleid is dat niet mogelijk. Overschrijding in enig
jaar van dit richtgetal betekent bij het huidige beleid onherroepelijke korting
in het volgende jaar, als het moet en niet anders kan zelfs op het contingent
sociale woningbouw. Verwezen mag worden naar hetgeen is vermeld in de
aanbiedingsnota op pagina 32 onder het tweede gedachte-streepje, waarin wij
hebben vermeld dat binnen de R.V.C. gemaakte afspraken zullen worden geres
pecteerd, maar dat zulks niet mag betekenen, dat niet meer in voldoende
mate in de woningbehoefte van de eigen inwoners kan blijven worden voorzien.
In dat Jicht bezien voelen wij wel wat voor de suggestie van de fractie Gemeen
schapsbelang om de gronduitgif teregeling zodanig aan te scherpen dat in alle
-6-
