-19-
Huisartsen.
De fractie van Gemeenschapsbelang stelt de vragen of het Besluit vestiging
en praktijkomvang huisartsen, dat op 1 februari 1986 in werking is getreden,
nu plotseling actueel is of wordt.
De V.V.D. heeft gevraagd of het aantal artsen in onze gemeente moet worden
uitgebreid.
Hierover het volgende. De beleidsadvisering over zaken van volksgezondheid
is in onze gemeente opgedragen aan de G.G.D. van het Stadsgewest Breda.
Dit is overeengekomen in de stadsgewestregeiing, tesamen met andere gemeen
ten in de regio Breda.
Voor het eerst in de loop van vorig jaar heeft de portefeuillehouder volksge
zondheid van het Stadsgewest de gemeenten geïnformeerd over het te volgen
vestigingsbeleid huisartsen. Op grond van een algemene norm is berekend hoeveel
huisartsen er mogen zijn per rekengebied. Daaruit is gebleken dat er in enkele
gebieden nog ruimte is voor nieuwe vestigingen. Voor het rekengebied waartoe
Prinsenbeek behoort, zijn twee huisartsen meer gevestigd dan op grond van
de algemene norm is toegestaan. Die norm is 1 huisarts per 2350 inwoners.
Het rekengebied bestaat uit de gemeenten Breda, Nieuw-Ginneken, Terheijden,
Teteringen en Prinsenbeek. Dit houdt verband met inwonersaantal en bestaande
patiëntenstromen over eikaars grenzen. In Prinsenbeek zelf zijn in relatie
met het aantal eigen inwoners te weinig huisartsen gevestigd. Het Stadsgewest
concludeert hieruit dat in Prinsenbeek 1 huisarts extra gevestigd kan zijn,
in totaal dus U artsen. De opvatting hierover van het Stadsgewest is neergelegd
in een blauwdruk en hierover is regelmatig overleg gevoerd, zowel met de
gemeenten als met de huisartsenverenigingen. Tot zover de beleidsadvisering
op dit punt door de G.G.D.
Een andere zaak is dat huisartsen die zich willen vestigen sedert de inwerking
treding van het Besluit een vergunning moeten hebben van het college van
de gemeente van vestiging. De beslissingsbevoegdheid tot plaatsing van een
Ue huisarts ligt dus bij het college en niet bij het Stadsgewest, dat uitsluitend
via de blauwdruk adviserend optreedt.
In de afgelopen jaren is een vrij groot aantal verzoeken tot vestiging zowel
voor Prinsenbeek als voor de regio ontvangen. Deze sollicitanten hebben van
het college een brief ontvangen waarin staat dat het de bedoeling is dat de
gemeente op basis van een gewestelijke blauwdruk vergunning gaat verlenen,
maar dat die blauwdruk nog niet zover is uitgewerkt dat aan te geven is of
er in onze gemeente ruimte is voor een nieuwe huisarts-vestiging. De brieven
worden opgenomen in een sollicitanten-dossier en ais zich een vestigingsmogelijk
heid voordoet wordt aan de hand van de door de adviescommissie geformuleerde
toetsingscriteria, die echter zoals u intussen hebt begrepen nog niet aanvaard
zijn, een kandidaat uit het dossier geselecteerd. Eenvoudig gezegd de sollici
taties die er wel zijn voor Prinsenbeek, worden op het ogenblik aangehouden
en er wordt momenteel dus geen vergunning voor een nieuwe vestiging afgege
ven.
Tenslotte delen wij u over dit punt nog mede dat het college ook overleg heeft
gevoerd met de plaatselijke 3 huisartsen. Zij hebben aan de hand van een schrif
telijk, ook cijfermatig stuk trachten aan te tonen dat er geen plaatsing zou
moeten komen van een Ue huisarts. Het college heeft gezegd op dit moment
hierover geen indicatie te kunnen geven. Wij zullen op dit punt behoedzaam
opereren.
Automatisering.
Het ter beschikking stellen van een P.C. aan het personeel is reeds tijdens
de voorbereiding van het automatiseringsplan overwogen en is niet verder
in de voorstellen meegenomen vanwege de daaraan verbonden kosten. Gedacht
moet worden aan een bedrag van f. 100.000,—. Indien het personeel zelf de
kosten moet dragen zal de belangstelling uiteraard een stuk lager zijn. Het