De heer van Trotsenburg heeft bezwaar tegen het schrappen van het woord
"welvaart". "Welvaart" is wat materiëler, "welzijn" is wat geestelijker. Hij
stelt dus voor om zowel "welzijn", "welvaart" en "vrede" te noemen. Niemand
kan tegen "welvaart", noch tegen "welzijn" zijn.
De voorzitter constateert dat de heren Lotstra en Schreiner dit voorstel steunen
zodat het onderwerp van discussie kan zijn.
De heer Roeien zegt dat de leden van de fractie van de P.v.d.A. in de commissie
algemene zaken deze suggestie geruime tijd geleden hebben ingebracht. Op
basis van overwegingen is gekozen voor hetgeen nu in het voorstel staat. In
het laatste commissieberaad was men daar nog unaniem voor. Zijn fractie ziet
geen aanleiding om het nu zodanig te verbreden dat er aan het einde van het
gebed zoveel begrippen komen. Zijn fractie persisteert bij hetgeen nu in het
voorstel staat.
De heer Verpaalen is ook van mening dat het woord "welzijn" in feite al de
term "welvaart" omvat.
De heer van Geel sluit zich hierbij aan.
De voorzitter stelt vervolgens aan de orde punt 3 van het voorstel: Initiatief
voorstellen.
Het college neemt hierin het advies van de commissie algemene zaken over
om in de laatste zin van het voorstel onder punt 3, blz. 2 het woord "andere"
te schrappen.
Het volgende punt is het Vragenhaifuurtje.
De heer Verpaalen zegt dat zijn fractie blij is met de voorstellen genoemd
onder de punten 1, 2, 3 en 5. Die blijheid is op een grove wijze verstoord door
het voorstel inzake het vragenhaifuurtje. Daarin wordt de mening door het
college verkondigd dat het vragenhaifuurtje in de praktijk nauwelijks of niet
functioneert en op deze wijze niets bijdraagt aan de voor de burger en/of belang
hebbende reeds bestaande informatiemogelijkheden. Hierbij geeft het college
een aantal overwegingen die niet steekhoudend zijn voor zijn fractie. Er wordt
wel degelijk gebruik gemaakt van het vragenhaifuurtje en de andere aangevoegde
argumenten zijn te ondervangen door een juiste leiding van de kant van de
voorzitter. Daarnaast bevreemdt het zijn fractie in sterke mate dat het voorstel
juist van de zijde van het college komt. Immers, het college heeft de functie
van het vragenhaifuurtje ondergraven door niet meer aanwezig te zijn op dat
moment. Het is uitermate vreemd, dat juist degenen die niet present zijn tijdens
het vragenhaifuurtje, het vonnis hierover willen vellen. Zijn fractie vindt daarom
dat het vragenhaifuurtje gehandhaafd dient te worden, zodat de aanwezigen
de kans krijgen om na afloop van de raadsvergadering verduidelijking te krijgen
over genomen beslissingen. Zulks kan alleen maar bijdragen tot juiste informatie
overdracht.
De heer Roeien hoopt dat in deze vergadering, evenals in het commissieberaad,
de punten 4 en 5 aan elkaar gekoppeld kunnen worden omdat beide zaken voor
zijn fractie onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn. Zijn fractie was van oordeel
dat het vragenhaifuurtje maar erg matig functioneerde en in de besluitvorming
geen enkele bijdrage levert. Er is een systeem waarvan hij hoopt dat dit te
allen tijde zo zou kunnen blijven, dat er na afloop van een raadsvergadering
een kopje koffie is waarbij ieder die daar behoefte aan heeft, elk raadslid om
nadere verduidelijking kan vragen met betrekking tot de besluitvorming. Toen
in het eerste commissieberaad over het totale voorstel van gedachten werd
gewisseld heeft zijn fractie tegen de achtergrond van het niet al te grote belang
van het vragenhaifuurtje, zich afgevraagd hoe dat men de inwoners van deze
gemeente beter ten dienste zou kunnen zijn. Vandaar dat aan het totale voorstel
punt 5 werd toegevoegd om bij de openbare commissievergaderingen veel meer
ruimte te bieden tot inspraak van het publiek. Die inspraak kan door de commissie
betrokken worden bij de besluitvorming en dat biedt veel meer recht aan moge
lijkheden voor de burger. De benadering van zijn fractie was om voorafgaande
aan het agendapunt dat in bespreking komt, de publieke tribune in de gelegenheid