-25- woord is nu aan het college. De vraag is, of zijn inderdaad bereid en in staat is om binnen drie maanden met een voorstel te komen of met ditzelfde voor stel, dat op een paar punten nader uitgewerkt wordt. Zijn fractie staat er niet op te springen om dit probleem vandaag al op te lossen, maar is ook van mening dat dit over enige tijd opgelost moet worden. De voorzitter constateert dat het initiatief-voorstel van Gemeenschapsbelang aanleiding is geweest, met name voor de fractie van het C.D.A., om een zaak die bij het college al speelde en waar met name de portefeuillehouder al mee bezig was, nu keihard bij het college op tafel te leggen. Dit is een verderstrek kend voorstel. Het C.D.A. bindt het college aan een termijn van maximaal drie maanden. Wethouder Houtepen zegt dat het juist is dat bij de algemene beschouwingen Gemeenschapsbelang beloofde met een initiatief-voorstel te komen. Dat is ook de reden dat het college al bezig was met een inventarisatie. Alle onderdelen die naar voren zijn gebracht zullen door het college nader moeten worden beke ken. Het college is positief voor wat betreft het bestuderen van het voorstel en hij vindt het een uitdaging om binnen drie maanden met een uitgewerkt voorstel te komen. Over één belangrijk onderdeel heeft de raad niet gesproken en dat is een investering van f. 90.000,-- en f. 25.000,-- jaarlijkse lasten. Ook dit probleem zal overwogen moeten worden, want hoe zal een en ander betaald moeten worden. De voorzitter zegt dat dit niet ter verdediging van het college naar voren is gebracht maar door de heer Houtepen als raadslid. De wethouder wordt met onderhavige problematiek wel binnen het college geconfronteerd. Hij constateert dat de raad akkoord gaat met het verderstrekkend voorstel van het C.D.A. waarbij het college wordt opgedragen om binnen drie maanden zo mogelijk te komen met een definitief voorstel. Het college zal doen wat van hem wordt verwacht. De heer Roeien zegt ter verduidelijking dat een termijn van drie maanden is gesteld. De mogelijkheid bestaat dat het college dan nog geen afgerond voorstel heeft. Toch wil hij dat over drie maanden aan de gemeenteraad gerapporteerd wordt. Zou dat aanleiding geven om het nog een maand op te schuiven, dan kan dat op dat moment alsnog. De voorzitter zegt toe dat er in ieder geval in augustus een notitie inzake deze aangelegenheid bij de raad aan de orde zal worden gesteld. 23. Mededelingen. De heer Lotstra wil samen met één lid van iedere fractie de volgende motie indienen. Tijdens de laatste vergadering van de commissie algemene zaken, ruimtelijke ordening en volkshuisvesting heeft op initiatief van de P.v.d.A. de commissie unaniem besloten de raad voor te stellen, d.m.v. een motie, de bezorgdheid uit te spreken omtrent de gang van zaken zoals die zich thans ontwikkelt met betrekking tot een perceel grond gelegen tussen de spoorlijn en het Liesbos waar een papierafvalopslagplaats zal komen of zal mogen komen. Hij verzoekt de voorzitter om de motie voor te lezen en die in stemming te brengen. Hij dient deze motie in namens de heren Verpaalen, van Geel en van Trotsenburg. De heer van Trotsenburg heeft zich heden alsnog akkoord verklaard omdat die niet eerder bereikbaar was vanwege vakantie. Het is dus de wens van alle fracties. Wethouder Houtepen deelt mede wat door het college tijdens de hoorzitting in Breda is verwoord: Het gemeentebestuur van Prinsenbeek heeft kennis genomen van het feit dat de heer A.A. Puyfelik te Breda een verzoek heeft ingediend tot afgifte van een vergunning ingevolge de hinderwet voor de opslag van papierafval en afvalplastic in pakketvorm op een terrein gelegen aan de Groenstraat en direct grenzend aan de spoorlijn Breda - Roosendaal v.v. en aan het grondgebied van Prinsenbeek. Het gemeentebestuur heeft met grote

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1987 | | pagina 75