7. Nota bij de ontwerp-begrotingen 1989 met nota van aanbieding van het Stads
gewest Breda.
8. Voorstel tot het onttrekken van een gedeelte van de Boterbloemstraat aan het
openbaar verkeer.
-3-
Wethouder Dirven zegt dat de heren Oomen en van Trotsenburg bezorgd waren
over de uitbreiding van de stadsgewestelijke taken. Ter verduidelijking daarom
het volgende. Betrokken personen werken al een jaar of vier voor het Stadsgewest
en bezetten in totaal 3,2 arbeidsplaats. De specifieke uitkering zal dit jaar in
het gemeentefonds terecht komen. Als een soort overbrugging heeft het Stadsge
west voorgesteld om de 3,2 arbeidsplaats terug te brengen naar 2,6. In Prinsenbeek
zijn het de heer Clarijs en mevrouw van de Broek die helpen bij de advisering.
Het betreft dus een taak die voortgezet wordt, maar alleen op dit moment anders
gefinancierd wordt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt
vervolgens conform het voorstel
van burgemeester en wethouders
besloten.
De heer van der Hilst zegt dat het individuele belang en het algemeen belang
bij dit voorstel tegenover elkaar staan. Het individuele belang van de landbouwer
die graag dat laatste stukje van de Boterbloemstraat tot zijn gebied wil rekenen.
Daarnaast het algemeen belang om niet te snel een stuk openbare weg te onttrekken
aan het openbaar verkeer. De situatie is voor zijn fractie niet fundamenteel gewij
zigd. Weliswaar is daar een voormalige boerderij afgebroken, maar de weg loopt
nog steeds dood. In het voorstel wordt gesproken over onbevoegden en honden
die daar lopen. Het woord onbevoegden begrijpt hij niet goed. Het is een stuk
openbare weg en dan kan toch niet gesproken worden over onbevoegden. Nu de
A.P.V. wordt aangescherpt zullen daar toch niet veel loslopende honden voorkomen.
Prinsenbeek heeft zich uitgebreid in de richting van die bewuste boerderij. Eigenlijk
zou het beter zijn dat er een soort integratie plaatsvindt tussen de nieuwbouwwijk
en de boerderij. Dat men daar naar toe kan gaan om er een kijkje te gaan nemen.
De boer gaat het echter afsluiten. Het is verkeerd om er als gemeenteraad aan
mee te werken. Een hekwerk aan het begin van het erf staat zijn fractie toe maar
niet een hekwerk enkele honderden meters verder.
De heer Franken zegt een gedeelte van het betoog van de heer van der Hilst te
kunnen onderschrijven. In Prinsenbeek kent men een goed gebruik dat een aantal
bedrijven jaarlijks open dagen houdt. Door de bevolking wordt daar goed gebruik
van gemaakt. Gemeenschapsbelang is de mening toegedaan dat het hier een typisch
geval inzake overlast hondenuitwerpselen betreft. In een record-tijd is dit stukje
openbare weg op een dramatische wijze verontreinigd. Mede daarom is het een
goede zaak dat de gestarte procedure gewoon doorgang vindt. Gemeenschapsbelang
is de mening toegedaan dat het absoluut ontoelaatbaar is dat de bewoner zoveel
overlast ondervindt. De voortzetting van het bedrijf moet in alle rust plaatsvinden
en er is geen behoefte meer om bij de desbetreffende eigenaar over het terrein
te gaan. Een compliment voor wethouder Houtepen voor de zorgvuldige procedure
en hij gaat er van uit dat de afwikkeling op dezelfde wijze zal plaatsvinden.
Wethouder Houtepen dankt de heer Franken voor het compliment en zegt dat
er inderdaad een algemeen en een individueel belang speelt. Er is nu een oprit
naar de boerderij van betrokkene. Het is ieders goed recht om door middel van
een hek te bepalen wanneer de oprit wel of niet afgesloten moet zijn. De integratie
gedachte zou volgens de heer van der Hilst daardoor niet zo goed tot uiting komen.
Door het laten staan van de boom heeft de bewoner echter wel degelijk gedacht
aan de omwonenden. Als men kennis heeft gemaakt met de betreffende bewoner
dan twijfelt hij er niet meer aan of de integratie-gedachte zal zeer zeker tot
zijn recht komen. In de commissie openbare werken is bekeken waar de beste