Voor 1991 staan vermeld dakgoten voor complex VII, kozijnen en keukens voor com plex VII en VIII. Voor 1992 dakgoten voor complex VII. Dat meerjaren investeringsschema geeft een heel ander beeld dan het schema dat voor de begroting 1988 vermeld stond. Want in 1988 stond in het meerjaren investe ringsplan groot onderhoud voor drie woningen aan de Schoolstraat, aanpassing van 12 woningen aan de Frankenlaan en Pater Rommelaan en voor 36 woningen plan Zuid: schoorstenen. Van de eerste twee onderdelen van het investeringsplan is dus niets terecht gekomen. Voor 1989 stonden er, volgens de plannen van 1988 vermeld, 36 schoorstenen voor plan Zuid en voor 1990 24 schoorstenen voor plan Zuid. Spreker mag constateren dat, gezien de begrotingscijfers in de meerjareninvesterings- plannen, moge blijken dat geen onderhoud volgens plan plaatsvindt. Het enige dat hij terug kan vinden met de regelmaat van de klok zijn schoorstenen en af en toe een dakgoot. Hij vraagt het college te verklaren waar die wisselingen vandaan komen, waarom de plannen voor 1988 wat betreft de Schoolstraat, Frankenlaan en Pater Rommelaan niet aan de orde zijn gekomen in het afgelopen jaar en waar spreker het bedrag van f. 166.000,— kan terugvinden in het investeringsschema. De heer van der Hilst vindt het een goede zaak dat er nu onderhoud wordt gepleegd aan een aantal woningen in plan Zuid, met name complex VII en VIII. Het is echter wel lachwekkend dat de schilder de gebreken heeft geconstateerd. Hij hoopt dat het in werkelijkheid anders geweest is dan hier geformuleerd. Gezien de omvang van de werkzaamheden vraagt spreker zich af of het bedrag van f. 200.000,— voldoende zal blijken te zijn in de praktijk. Dat het onderhouds- schema geautomatiseerd zal worden lijkt hem een goede zaak, al moeten tussentijd se gebreken snel en efficiënt verholpen worden. Gebreken moeten altijd tussentijds verholpen kunnen worden. Spreker dringt ook aan op doeltreffende controle en toezicht op het werk. Bij nalatig heid van de ondernemer dient het college niet te schromen om krachtdadig in te grijpen en eventueel met een andere aannemer in zee te gaan. De voorzitter zegt dat het correct is om tevreden huurders te hebben. Tot nu toe is de stroom van klachten hem overigens nog steeds niet bekend. Als dit project en het daarop volgende zijn afgewerkt, zal er inderdaad geautomati seerd worden. Het college zal de vinger aan de pols houden. Hierbij zij aangetekend dat het gaat om groot onderhoud en dan kan de raad zich terecht afvragen of er wel goed gecontroleerd is. Bij de 60 woningen zal speciale aandacht worden besteed aan comfort-verbetering. Doeltreffende controle is nodig en het college gaat hieraan alle aandacht besteden. Op de vragen van de heer van Geel zal spreker nu niet ingaan. De vragen zijn op genomen in de notulen en in de eerstvolgende commissievergadering algemene zaken c.a. zullen deze vragen beantwoord worden, zonodig in aanwezigheid van een deskun dige van de dienst Bouw- en Woningtoezicht. Spreker hoopt dat de heer van Geel zich hierin kan vinden. Vervolgens meldt spreker dat, als de weersomstandigheden zo blijven, de inventari satie van de 60 woningen vóór Kerstmis gereed zal zijn. Op dit moment is het ge controleerde en geïnventariseerde aantal 40 woningen. Deze ochtend heeft het hoofd van de dienst Bouw- en Woningtoezicht spreker nog ervan in kennis gesteld dat er geen noemenswaardige klachten bij de huurders waren. Het enige dat gezegd werd, betrof de opmerking dat het tijd werd dat er geschilderd zou gaan worden. De heer van Geel is het, gezien het antwoord van de voorzitter, eens met de nu ingeslagen weg. Er wordt beterschap beloofd voor de toekomst en een aanpak volgens plan. Voorlopig zal zijn fractie dan ook niet meer met initiatief-voorstellen komen en trekt het initiatief-voorstel dat later aan de orde zou moeten komen, in. De heer Oomen wil graag weten of er een directe relatie is geweest tussen de initia tieven van Gemeenschapsbelang en het nu voorliggende raadsvoorstel. De voorzitter zegt dat het onderzoek medio maart/april is aangevangen en de motie van Gemeenschapsbelang in november werd aangeboden. De heer van Geel zegt dat de initiatief-voorstellen voortvloeiden uit de Algemene Beschouwingen, omdat het college daar zelf om vroeg. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming conform het voorstel van burgemeester en wethouders besloten. -6-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 256