-9- Na 15 minuten heropent de voorzitter de vergadering. De heer van der Hilst zegt dat de bedoeling van de motie is om als raad van Prinsen beek aan de buurman Breda duidelijk te maken dat na rijp beraad geen medewerking verleend zal worden tot het plaatsen van een reclame-zuil en de motieven daarvoor. Hij zou het betreuren dat Breda, onwetend van de motieven van Prinsenbeek, zou overgaan tot plaatsing van een reclame-zuil. De bedoeling is dat de gemeenteraad van Breda in haar besluitvorming meeneemt de motieven waarom in Prinsenbeek niet gekozen is voor zo'n mast en het uit collegiaal oogpunt sportief zou vinden als Breda besluit om ook niet tot plaatsing over te gaan. De bezwaren van Prinsenbeek gelden evenzeer voor het grondgebied van de gemeente Breda. Spreker hoopt dat de gemeente Breda begrip kan opbrengen voor dit standpunt. Het is niet de bedoeling om Breda onder druk te zetten. Breda kan nooit gedwongen worden om die mast daar niet neer te laten zetten, maar er kan wel geprobeerd worden in collegiaal overleg Breda te overtuigen van de argumenten van Prinsenbeek. Spreker heeft begrepen dat de motie bij de andere partijen wat hard is overgekomen. Zijn fractie was zich daarvan niet zo bewust. Met name de reikwijdte van de laatste alinea, waarin gezegd wordt dat alle mogelijke invloeden moeten worden aangewend door het college om plaatsing van reclame-zuilen op Bredaas grondgebied tegen te gaan, heeft spreker zich niet helemaal gerealiseerd. Hij stelt daarom voor om de laatste alinea te schrappen en dan verneemt hij graag van de andere fracties of dat reden zou kunnen zijn om alsnog mee te gaan met de motie teneinde de verontrusting bij Breda over te brengen. De heer Lotstra zegt dat de aan de motie ten grondslag liggende gedachte hem zeker niet onsympatiek is, maar het is de vraag of dit in een motie moet, zoals nu door de heer van der Hilst is aangeboden en thans weer gewijzigd. Bij hem leeft eigenlijk de gedachte om op bepaalde wijze de zorg van de raad van de gemeente Prinsenbeek met betrekking tot de plannen die de gemeente Breda heeft, aan het college van burgemeester en wethouders van Breda kenbaar te maken. Hij heeft begrepen van wethouder Houtepen dat er een uitnodiging ligt van de gemeente Breda om te praten over het een en ander. In dat gesprek kan duidelijk de zorg van de gemeente Prinsenbeek kenbaar gemaakt worden of het college te verzoeken de ontwikkelingen dienaangaande met betrekking tot de plannen van Breda te volgen en de raad te informeren omtrent de gang van zaken, zodat de raad die maatregelen kan nemen, welke nuttig, noodzakelijk en gewenst geacht worden. Het is jammer dat de raad nu pas de tekst van de motie aangeboden krijgt. Wellicht had er in gezamenlijk overleg tot een andere redactie van de tekst genomen kunnen worden. Spreker zou ook graag de mening van de voorzitter willen vernemen en op prijs stellen, aangezien hij direct betrokken is bij het overleg met de gemeente Breda. De heer Schreiner staat sympatiek tegenover de bedoelingen die de P.v.d.A. heeft met het indienen van deze motie. Toch volgt hij in dit geval de heer Lotstra omdat een motie in dit geval te zwaar is. De voorzitter vindt het niet verstandig om deze motie over te nemen. Er komt een overleg op gang waarvan de resultaten uiteraard nog niet bekend zijn. Het is niet prettig om tegenover elkaar te zitten met, als het ware, het mes al op tafel. Bovendien is het een schot voor de boeg, welke er nog niet is. Wanneer een bepaalde procedure in gang is gezet kan altijd nog bezwaar ingediend worden. Het college zou willen onderschrijven wat door de heer Lotstra is verwoord en de zorg van de gemeente Prinsenbeek overbrengen naar het college van burgemeester en wethou ders van Breda tijdens het overleg. Spreker denkt dat deze uitnodiging op korte termijn tegemoet kan worden gezien. De heer Lotstra is er blij mee dat de voorzitter zijn suggestie over wil nemen. De raad wordt geïnformeerd en eventueel gewezen op de mogelijkheden die er zijn binnen bestemmingspianwijzigingen e.d.. Het kan ook neutraler gesteld worden, zodanig dat, als er geen oplossing bereikt wordt, de gemeente Prinsenbeek zich alle rechten voorbehoudt. Het is essentieel dat de raad op de hoogte blijft van de bespreking en de verdere gang van zaken, zodat er tijdig ingegrepen kan worden en men niet "voor paal staat" als de paal er staat. De heer van der Hilst blijft zich toch zorgen maken als de woorden van de heer Lotstra overgenomen worden, omdat hij de angst heeft dat met het uitspreken van zorg e.d. te generaliserend gesproken wordt en betwijfelt of deze woorden hetzelfde effect zullen hebben als de motie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 259