men kunnen lezen in de notulen van de vergadering van het college van burgemees
ter en wethouders. Hij neemt afstand van de opmerking "sjoemelen en rommeleif
Hij betreurt zulke opmerkingen. Voor de nieuwe koper is het erg duidelijk. Die
weet wat hij koopt en hoeft zich niet af te vragen wat er aan de hand is en
kan het laten onderzoeken. Om die reden hoeft men niet bang te zijn dat die
dan ook weer bij de gemeente zal aankloppen.
De voorzitter zegt dat er gewacht is tot het laatste moment om toch tot een
eensgezinde en unanieme besluitvorming in het college te komen. Dat is ook
de taak van een voorzitter. Maar er zijn zaken waarin ieder zijn eigen rechten
en zijn eigen inzichten heeft. Dit komt dan naar buiten, maar er zijn ook zaken
die binnenskamers blijven. Het gebeurt ook, dat de andere leden van het college
het niet eens zijn met een bepaald voorstel, maar toch meegaan omwille van
de unanimiteit binnen het college. Zijn er principiële zaken aan de orde, dan
is er afgesproken dat dan ook de argumenten naar voren gebracht moeten worden
waarom men tegen is. Zulks is overigens nog niet zo vaak voorgekomen. Het
is nu de tweede keer dat dit gebeurt. Het besluit van het college om tegemoet
te komen aan het verzoek van betrokkene is inderdaad genomen tijdens zijn afwe
zigheid. Voordat spreker evenwel uit de roulatie was, heeft hij echter in het
college de problemen besproken die hij heeft met het bouwen in het buitengebied
en zijn standpunt in deze aangegeven. De raad heeft bestemmingsplannen vastge
steld waar men zich aan te houden heeft. Dat heeft hij in een eerdere openbare
raadsvergadering reeds een keer naar voren gebracht. Het probleem dat betrokkene
bij het college aanhangig maakt is reëel. Maar het daarop volgende verzoek om
in de kernrandzöne te mogen bouwen is niet reëel. Om aan de overlast een eind
te maken hoeft men deze weg niet te volgen. Er zijn geen relevante motieven
in het kader van de ruimtelijke ordening. Als er iets gewogen moet worden dan
zijn het de argumenten de ruimtelijke ordening betreffende. Een ander punt is
het handhaven van de rechtszekerheid. Voor het handhaven van de rechtsgelijkheid
van de burger, dient de overheid zich wel te houden aan de eigen regels. Dit
is een cruciaal beleid waaraan de overheid is onderworpen. Het derde punt is
de precedentwerking. Een aantal verzoeken om op dat desbetreffende perceel
te mogen bouwen is afgewezen. Men kan niet zeggen in dit geval doen we het
wel en voor een ander niet. De raad maakt het zichzelf dan ontzettend moeilijk.
De raad staat dan continue voor problemen. Dat is dan het advies dat hij aan
de raad geeft. Nu is het argument geluidsoverlast, morgen kan er een verzoek
komen van een gezin met acht kinderen, dat een huis wil bouwen met voldoende
slaapkamers. Dan gelden weer andere motieven, zoals het gehele menszijn -en
de gezinsproblematiek. Wanneer echter de raad besluit om het verzoek te honoreren
dan zal hij uiteraard loyaal meewerken. Los hiervan is dit probleem in vooroverleg
met de Provincie besproken. Daar werden toen ook bezwaren geuit, maar dat
speelt voor hem hier geen rol.
Volgens de heer van der Hi 1st staat zijn fractie volledig achter het betoog van
de voorzitter. Hij heeft alleen een vraag aan de fractie van het C.D.A. De heer
Oomen heeft zojuist gezegd dat één deel van de C.D.A.-fractie dit standpunt
heeft en één ander deel een ander standpunt. De heer Oomen heeft niet gesproken
over een meerderheids- of minderheidsstandpunt. Hij had ook graag het standpunt
van de tegenpartij gehoord. Zeker als het niet duidelijk is dat het een meerder
heidsstandpunt is, tenzij de mening van de heer Oomen belangrijker is dan de
mening van de andere leden van de C.D.A-fractie.
De heer Oomen zegt dat hij zich kan voorstellen dat de heer van der Hilst be
nieuwd is naar het standpunt van de andere leden van de C.D.A.-fractie. Maar
dat zal zo dadelijk geschieden. De heer van Bueren heeft zijn vinger al opgestoken.
De heer van Geel heeft begrepen dat de wethouder boos is om zijn woordgebruik
inzake het gesjoemel.
Wethouder Houtepen zegt dat er wel andere dingen zijn waarover hij zich boos
kan maken.
De heer van Geel zegt dat het woordje "gesjoemel' is gebruikt uit het oogpunt
van handhaving van regels van ruimtelijke ordening. Uitgaande van een duidelijke
structuurschets is er inderdaad misschien wel sprake van sjoemelen. Misschien