passen andere woorden beter zoals "ondeskundigheid' of "gebrek aan kennis als in de notulen van de vergadering van burgemeester en wethouders staat dat er sprake is van bouwen in een toekomstig te bebouwen gebied, terwijl deze raad heeft vastgesteld dat dit gebied niet bebouwd mag worden. Men kan het vele namen geven maar waar het gebruikte argument uit de stukken van het college vandaan komt, daarop heeft hij geen afdoende verklaring gekregen. Op een dergelijk punt mag men niet te lichtzinnig ingaan, want daar moeten de stukken op nagelezen worden en daar hoort een deugdelijk ambtelijk advies bij. Hij heeft ook begrepen dat een en ander van te voren ook al besproken is in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders. Wanneer er dan toch een dergelijke opmerking in de stukken staat, dan is er sprake van gesjoe mel, onhandigheid en ondeskundigheid. Een ander punt is de mening van wethouder Houtepen ten aanzien van het geluidsscherm. De wethouder zegt dat de raad daar ontevreden over is. Zijn fractie heeft zich in het verleden daar niet al te zeer over uitgelaten. Destijds heeft Gemeenschapsbelang de aanloop genomen tot dit geluidsscherm. Er is toegezegd dat er nog eens metingen zouden komen over de effecten van het scherm. Die zijn nog steeds niet ontvangen. Is er nu wel of niet een onderzoek gaande? Volgens wethouder Houtepen is het zo dat, wanneer iets een onhoudbare situatie is voor de één, dit wel een aanvaardbare situatie is voor de ander, omdat de ander weet waar hij in terecht komt als het pand Valdijk 29 gekocht wordt. Dat is niet het geval. De ander weet niet waar hij in terecht komt omdat hij niet jarenlang de overlast van het geluid heeft ervaren. Op zich is dat nog geen reden om te zeggen dat die nieuwe bewoner dan geen recht van spreken heeft, want als die straks ook gek wordt van het geluid, dan komen dezelfde argumenten weer ter sprake. De heer van Bueren wil tegemoet komen aan de wens van de heer van der Hilst en zijn standpunt geven ten aanzien van dit voorstel. Vooraf wil hij twee opmer kingen maken. De positie van dokter van de Kar kan en mag geen reden zijn om anders behandeld te worden dan welke andere familie in Prinsenbeek ook die in een vergelijkbare positie zou verkeren. Ten tweede onderkent hij de geluids hinder die de rijksweg oplevert. Velen betreuren het dat het met veel gejuich binnengehaalde scherm niet die resultaten heeft die er wellicht ten onrechte van werden verwacht. De wethouder heeft in diens verdediging een aantal opmer kingen gemaakt over de precedentwerking. Die hebben spreker toch niet kunnen overtuigen. Er zuilen waarschijnlijk niet nog eens twee gelijke kandidaten komen. In min of meer gelijksoortige gevallen zal toch op grond van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid eventueel ook toestemming gegeven moeten worden. De voor zitter heeft bij diens standpuntbepaling al gezegd, dat het nu de geluidshinder is en in een ander geval zal het zeker een ander aspect kunnen zijn, dat de nood zaak dringend maakt om een andere woonomgeving te vinden. Een tweede punt is het feit dat er wel degelijk mogelijkheden zijn in Prinsenbeek om te komen tot nieuwe behuizing. Zoals bijvoorbeeld inschrijven voor bestemmingsplan Molen eind. De familie van de Kar zal ongetwijfeld punten genoeg behalen voor een kavel grond. Wellicht dat er wat de kavelgrootte betreft wel wat concessies gedaan moeten worden, maar dat lijkt hem niet zo'n probleem. Een ander punt is dat in 1982 een structuurschets is vastgesteld waarop een bestemmingsplan is geënt. In de toekomst zal, gezien het beschikbare bouwvolume, op korte of middellange termijn, behoefte bestaan om deze structuurschets te herzien. Deze schets heeft geen eeuwigheidswaarde. Dat beseft hij best. Er moet nooit"nooii" gezegd worden, volgens collega Lotstra. Dat wordt door hem onderschreven. Aanpassingen moeten echter geschieden op grond van het algemeen belang en als er daadwerkelijk een behoefte is en dat moet niet geschieden om tegemoet te komen aan individuele belangen. Wethouder Houtepen blijft bij het standpunt dat het college niet gesjoemeld heeft en niet ondeskundig was voor wat betreft de mogelijkheden of de onmogelijkheden aldaar en wat de inhoud van de structuurschets betreft. Bij de overweging van de mogelijkheden heeft men het een zwaarder laten wegen dan het andere. Bij interruptie zegt de heer van Geel dat hij graag van de wethouder wil weten hoe zwart op wit kan staan dat dit perceel ligt in toekomstig te bebouwen gebied, terwijl in de structuurschets staat dat het een gebied zonder bebouwing dient te blijven. Dan is er sprake van een vergissing of van ondeskundigheid of van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1988 | | pagina 81