-15-
men met elkaar kan afwegen hoe het verder tot ontwikkeling komt, dan moet
men nu een stap durven zetten. Dan moet men ook durven te beginnen met elkaar.
Hij constateert dat alleen de V.V.D. en het C.D.A. uit humanitaire overwegingen
mee willen gaan met dit voorstel. Hij vindt het jammer dat de P.v.d.A. zegt, dat
men het wel sympathiek vindt maar dat men toch niet meegaat met dit voorstel.
Hij geeft toe dat het niet het ei van Columbus is om met het Foster Parents
Plan, met de NOVIB of met Mensen in Nood te beginnen, maar men moet ergens
mee durven beginnen. Straks krijgt men daar met elkaar dan meer kijk op.
Dat is de bedoeling. Het gaat om een bedrag op de begroting van f. 540,--, dat
de mogelijkheid opent om met elkaar beter in contact te komen.
De heer Verpaalen vindt dat de wethouder ten onrechte zijn partij iets verwijt.
Het is overigens een idee van de P.v.d.A.. Het is inderdaad een prachtig voorstel,
maar het idee houdt in dat voor elke duizend inwoners één kind wordt gesteund.
De gemeente Prinsenbeek neemt er één op de tienduizend.
Wethouder Dirven zegt dat er nu weer in getallen wordt gerekend. Het college
probeert eerst met de daad te komen en niet met getallen.
De heer Verpaalen zegt dat de wethouder heeft gezegd dat het college het voorstel
van de gemeente Dodewaard overneemt. Dat is helemaal niet het geval. Mevrouw
Overboom heeft gezegd dat zij niet alleen een financiële bijdrage wil geven maar
dat er ook een bewustwordingsproces op gang gezet moet worden. Hij vraagt
zich af hoe een bewustwordingsproces kan ontstaan wanneer er één kind wordt
geadopteerd. Iedere maand of jaarlijks wordt er een bedrag overgemaakt door
een gemeente-ambtenaar, en voor de rest is er geen haan die er naar kraait
in Prinsenbeek. Dit zet geen zoden aan de dijk. Het enige goede aan dit voorstel
is dat de discussie geopend is. Die discussie moet veel breder worden. Er is een
werkgroep in Prinsenbeek bezig die bijna klaar is met een nota. Die nota zal
waarschijnlijk in september of misschien al in augustus bekend worden en daarmee
zal de politiek worden ingegaan, zoals bijvoorbeeld voorstellen naar de verschillende
partijen. De groep heeft dit in een veel breder kader geplaatst. Het zal goed
zijn dat er dan met de gehele raad over gesproken zal worden.
De heer van Geel zegt dat ook zijn fractie een aantal verwijten heeft gekregen
van de wethouder, die er op neer komen dat Gemeenschapsbelang het niet kan
weten en de wethouder wel. De fractie Gemeenschapsbelang is een lokale, plaatse
lijk gebonden organisatie die ook opkomt voor de belangen van de Prinsenbeekse
bevolking. Zijn fractie heeft geen andere doeleinden dan die. Het voorstel dat
er nu ligt is een voorstel dat acceptabel is voor zijn fractie. Als men aan dergelijke
projecten gaat beginnen, dan moet men het wel en wee van de plaatselijke bevol
king gaan afwegen aan het wel en wee van de rest van de wereld. Als dan op
een weegschaal gewogen moet worden waar de nood het grootst is dan is dat
een grote verantwoordelijkheid. Men kan alle investeringen die op het investerings
schema staan wel vergeten, want dan zijn er tientallen, zoniet honderdduizenden
projecten in de gehele wereld te vinden waar de centen veel nuttiger en veel
beter aan kunnen worden besteed dan aan het wel en wee van Prinsenbeek. Daarom
zegt zijn fractie dat het niet de taak is van deze gemeenteraad om een keuze
te doen uit de vele projecten en daar rechtstreeks steun aan te geven. Het is
de taak van de plaatselijke overheid om zich te beperken tot het ondersteunen
van plaatselijke acties. Dat is iets geheel anders. Deze keuze is discutabel. Me
vrouw Overboom heeft in de commissie gezegd dat ze de organisatie niet geschikt
vond en dat ze het bedrag wenste over te laten maken naar een andere neutrale
organisatie. Inmiddels is ze van mening veranderd en is het Foster Parents Plan
wel geschikt. Zijn fractie wil verder geen oordeel geven over die organisatie.
De heer Oomen zegt dat zijn fractiegenote mevrouw Overboom duidelijk heeft
laten blijken dat de fractie dit ziet als een eerste aanzet. Men kan hierover
nog lang discussiëren en natuurlijk zullen er wel instellingen zijn waarvan men
kan zeggen dat het persoonlijke contact minder is. Over het bedrag moet men
niet praten, want daar kan men zich alleen maar voor schamen.
De heer van Geel merkt op dat het zijn woorden waren dat het een beschamende
fooi is. Pratend over f. 540,— op de Prinsenbeekse begroting en dan nog denken
dat men doet aan bewustwordingsprocessen en liefdadigheid is flauwekul.
De heer Oomen zegt dat mevrouw Overboom haar standpunt heeft gewijzigd
omdat het voorstel op dat moment nog in discussie was over het feit of er mis-
