- 17 -
Wethouder Dirven vindt, hetgeen de heer van Geel hier beweerd heel iets
anders. Een M.C.-reglement heeft niets te maken met het IZA-gezinslidraaat-
schap
De heer van Geel vindt het een duidelijke zaak. De raad wil afwijken van
hetgeen landelijk is geregeld. Wethouder Dirven vindt soms ook dat afgeweken
moet worden. Nu vindt de heer Dirven echter dat de raad dat recht niet
heeft. Dat klopt natuurlijk niet.
Wethouder Dirven zegt dat het centraal orgaan iets heeft voorgesteld. Het
gaat over het IZA-gezinslidmaatschap en verder niets. Dit moet nu aan het
Georganiseerd Overleg worden voorgelegd. Daar heeft hij geen problemen mee.
Hij hoopt dat het Georganiseerd Overleg toch zich iets meer zal houden aan
hetgeen het centraal orgaan heeft geregeld.
De voorzitter deelt vervolgens mede dat het college - gelet op de beraadsla
gingen - het voorstel nog even wil aanhouden.
18. Voorstel tot vaststelling van de "Verordening betreffende een experi
mentele regeling over de aanspraak op ouderschapsverlof".
Wethouder Dirven zegt dat in artikel 6.2. het woord: "echtgenoot" ook ver
taald moet worden als "echtgenote". Hierover bestond onduidelijkheid. Dit
geldt voor beide seksen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens
conform het voorstel van burgemeester en wet
houders besloten.
19. Voorstel tot vaststelling van het iaarprogramma welzijnswerk 1990.
De heer van der Hilst zegt dat uit wordt gegaan van het vastgestelde
subsidie-volume van 1989, dus ruim f. 613.000, Er wordt wel bij vermeld
dat er geen rekening wordt gehouden met trendmatige aanpassingen voor loon-
en prijsstijgingen. Dat betekent een achteruitgang. Hij wil nog wel even
iets zeggen over de procedure, die net als vorig jaar een beetje wringt.
Eerst dient formeel het subsidie-plafond te worden vastgesteld en daarna
moet worden gepraat over de inhoudelijke verdeling van het subsidie
plafond. Ook dit jaar heeft de commissie welzijn c.a. inhoudelijk hierover
gepraat en afgelopen maandag mocht de commissie financiën adviseren over het
subsidie-plafond. Dat is niet juist. Dat subsidie-plafond zou eigenlijk moe
ten worden vastgesteld los van de verdeling. Dus in een eerder stadium.
Daarvoor moet men ook inzicht hebben in de financiële situatie. In oktober
is dit te laat. Dit moet eigenlijk in het voorjaar. Wellicht dat, zoals in
veel grote gemeenten al het geval is, er een soort voorjaarsnota wordt ont
vangen waarin de vooruitzichten al staan aangegeven globaal voor het volgend
jaar. Op basis hiervan kan gefundeerd het subsidie-plafond voor het volgend
jaar worden vastgesteld, waarna geadviseerd kan worden over de inhoudelijke
verdeling van het subsidie-plafond. Hij constateert dat ook dit jaar een
aantal aanvragen te laat was ingediend. Het is hem gebleken dat in een aan
tal andere gemeenten die aanvragen enkele maanden later worden vereist. Hij
vraagt of dit ook in Prinsenbeek mogelijk is. Bijvoorbeeld 1 juni of 1
september. De middelen worden schaarser en er moeten keuzes gemaakt worden.
Niet elk jaar kan het subsidie-plafond verhoogd worden. Men kan alleen
keuzes maken als men weet wat er met het subsidiegeld gebeurt. Graag dus wat
meer inzichtelijkheid. Er wordt wel gezegd dat voor bepaaldeactiviteiten f.
50.000,nodig is, maar hij ziet zo weinig van wat dan het resultaat is.