- 5 -
Bij brief van 10 augustus 1989 heeft de voorzitter van Hagedonk medegedeeld
"Het doet mij genoegen u te kunnen mededelen, dat het algemeen bestuur van
onze stichting het principe-besluit heeft genomen om medewerking te verlenen
aan de realisatie van aanleunwoningen op het terrein van verzorgingshuis
Hagedonk, een en ander nader in te vullen in goed overleg met alle betrok
kenen" en "Naar wij begrepen hebben is het wachten thans op de beleidsont
wikkeling aan de zijde van de gemeente en nadere berichten daaromtrent zien
wij te zijner tijd gaarne tegemoet". Spreker heeft tijdens de jongste com
missievergadering algemene zaken c.a. medegedeeld dat momenteel gewerkt
wordt aan een nota over het volkshuisvestingsbeleid, met name ten aanzien
van de groep ouderen en wel in de sociale sector, de vrije sector en het on
derdeel aanleunwoningen. Deze aanleunwoningen - wel te realiseren in de
sociale huursector - vereisen een aanpassing van het bestemmingsplan. In
overleg met de stedebouwkundige wordt hier inmiddels aan gewerkt.
De heer Oomen zegt dat het college in dit voorstel aan de raad vraagt om in
te stemmen met de nieuwbouwplanning 1990-1994. Een erg belangrijk raadsvoor
stel. Aan de basis van de planning kleven nogal wat onzekerheden. Onzeker
heden in kwantitatieve zin, die te maken hebben met de knooppuntprobleraa-
tiek. Er is nog een uitspraak van de provinciale staten, die nog druk zou
kunnen uitoefenen, zoals de herziening van het Streekplan West-Brabant. Er
zijn ook nog stedebouwkundigen, die pleiten voor het bouwen in de centrale
stad. Deze factoren zouden van invloed kunnen zijn op de voorgestelde plan
ning. Bij een dergelijke planning krijgt men altijd te maken met onzekere
factoren. Zijn fractie is voorstander van een onderzoek naar de haalbaarheid
van woningen voor ouderen in de koopsector.
Het komt regelmatig voor dat allochtone inwoners van Prinsenbeek, bij uit
treding uit het arbeidsproces, terugkeren naar de plaats waar men geboren en
getogen is. Het lijkt spreker de moeite waard om dit eens te kwantificeren.
Vervolgens verzoekt spreker het college om nog eens, in stadsgewestelijk
verband, met klem op een aantal zaken te wijzen. Relevant in deze is, dat
eind zestiger jaren veel gezinnen Prinsenbeek kozen als domicilie, aan de
vooravond van een geweldige suburbanisatie. Twintig jaar later valt het op,
dat veel van dit soort gezinnen studerende kinderen heeft aan een universi
teit. Deze jonge, studerende mensen laten zich uitschrijven en doen op korte
termijn geen beroep op de woningmarkt in Prinsenbeek. Mensen die in Prinsen
beek wonen en hun werk in de directe omgeving hebben, doen wel een beroep op
deze woningmarkt. Het komt nogal eens voor, dat deze groep moet uitwijken
naar een andere gemeente. Dit betekent dat het inwonertal van Prinsenbeek
afneemt. Zodoende komt men op korte termijn met een inwonertal onder 10.000
te zitten. Met het oog op een gezond dorp met een goed economisch draagvlak
is 10.000 inwoners toch wel de ondergrens.
Vandaar dat spreker het college met klem verzoekt om, in stadsgewestelijk
verband, te wijzen op de problemen die spelen, de achterliggende factoren en
dan met name het draagvlak.
De heer van Geel maakt zich niet zo druk over het feit, dat het inwonertal
onder de 10.000 zal dalen. Gezien het aantal te bouwen woningen zal het in
wonertal zich wel stabiliseren. Zijn fractie vraagt ook om te bevorderen,
dat er in de toekomst niet minder woningen gebouwd zullen gaan worden dan
thans het geval is. Spreker weet dat het college er veel aan doet om het
richtgetal zo hoog mogelijk op te schroeven. Zolang er echter binnen het
Stadsgewest gemeenten zijn, die moeten leuren met woningen en er andere ge
meenten zijn, die moeten knokken om woningen te krijgen, dan zit er iets
scheef. Er moet in dat opzicht nog veel gedaan worden.
Vervolgens is het de wens van zijn fractie, dat de gemeenteraad zoveel moge
lijk grip krijgt op de toewijzing van woningen. Deze greep is er wel, voor
zover het woningen betreft, die eigendom zijn van de gemeente, de Woning
stichting en GertrudisoordDe gemeenteraad heeft echter weinig greep op de
woningen in de vrije sector zoals die op verschillende plaatsen in de kom