is gelaten. Op de eerste plaats door T.N.O., op de tweede plaats het adviesbureau en
op de derde plaats de jurist van de gemeente. Het is een samenloop van omstandigheden
die zeer te betreuren is en het is jammer dat de adviseurs niet beter gewerkt hebben.
De heer Lotstra zegt dat dit onderwerp hem niet alleen interesseert als gemeenteraads
lid maar ook beroepshalve. In zijn vak kent hij een aantal spreekwoorden dat op dit
soort zaken van toepassing is. De meest nette is 'die pleit om een koe, geeft er één
toe'. Het ging om een koe van f. 30.000,— en het worden er twee, in totaal f. 60.000,—.
Hij heeft de moeite genomen om het lijvige dossier ten gemeentehuize in te zien en
is van de ene verbazing in de andere verbazing gevallen.
Medio 1983 wordt van de kant van de gemeente aan het TNO advies gevraagd omtrent
de toestand van de spanten van de sporthal. Er wordt ook gevraagd advies uit te brengen
omtrent de wijze waarop de spanten moeten worden gerepareerd.
Op 5 april 1983 wordt dit advies uitgebracht en in het rapport noemt TNO ook een
bedrijf dat die werkzaamheden kan uitvoeren. De kostprijs kon niet worden opgegeven,
daar deze werkzaamheden op basis van regie worden uitgevoerd. Regie betekent dat
van tevoren geen offerte wordt uitgebracht totdat de werkzaamheden worden uitgevoerd
en betaald en afgerekend aan de hand van de aan dit werk bestede uren. Van de
zijde van de gemeente wordt er dan een beroep gedaan op de deskundige, Adviesbureau
Van de Laar in Eindhoven. Die komt in april 1984 met een eigen rapport. Daar is naar
zijn mening de eerste fout gemaakt. Er is geen moeite genomen om het rapport van
TNO te vergelijken met dat van Baum. Al heeft hij er globaal maar in gekeken en
al is hij geen technicus, maar uit het rapport van Van de Laar blijkt al dat er meerdere
scheuren zijn dan volgens het rapport van TNO. Dat kan ook want het is nu een jaar
later. Van de kant van de gemeente is gebeld met zowel Baum, het bedrijf dat genoemd
wordt door TNO in het rapport en dat zegt dat nogmaals een prijs niet gegeven kan
worden. Als richtprijs gaven zij echter een bedrag van f. 45.000,—. Van de Laar stuurt
alleen het rapport van TNO, doch niet haar eigen rapport, voor zover dat uit de stukken
blijkt, naar Renofors. En Renofors komt met een offerte van f. 29.350,—. Zowaar een
verschil van een kleine f. 16.000,—. Dat is de tweede fout.
Op dat moment had men moeten nagaan waar het verschil in zou kunnen zitten. Bij
schrijven van 17 september 1984 wordt de opdracht door de gemeente bevestigd aan
Renofors. Renofors gaat aan de gang. In oktober constateert Renofors dat zich in de
spanten aanzienlijk meer scheuren bevinden dan uit het rapport van TNO blijkt. TNO
noemt een aantal van 175 en Renofors komt op een aantal van 750. Een vervijfvoudi
ging. Hiervan wordt de gemeente in kennis gesteld. Dan is er weer een beslissingsfout
gemaakt. Op dat moment had of TNO erbij gehaald moeten worden, danwel Van de
Laar om te bekijken waar het verschil in zat. Het was best mogelijk dat er inderdaad
meer scheuren in zaten. Dat blijkt ook want men praat over 750. Toen had men ook
kunnen praten met TNO en men had zelfs met Renofors van gedachten kunnen wisselen.
Dat wordt niet gedaan. De gemeente geeft opdracht aan Renofors voor uitvoering van
de werkzaamheden. De prijs staat vast en men kan aanvangen. Dat wil Renofors wel
doen maar iedere scheur boven het rapport van TNO wordt door Renofors gezien als
meerwerk. Terzake van dit meerwerk behoudt Renofors zich alle rechten voor. Dan
zijn er weer wat besprekingen gehouden en het werk is hervat onder voorbehoud van
rechten etc. Het werk wordt opgeleverd en er wordt een garantieverklaring afgegeven.
Dan wordt er nog wat gecorrespondeerd met Renofors en uiteindelijk gaat Renofors
dagvaarden. Dan wordt er besloten om een advocaat in te schakelen voor rechtskundig
advies. Bij schrijven van 24 december 1985 deelt de ingeschakelde advocaat van een
zeer gerenommeerd kantoor mede dat verweer niet kansloos is. De advocaat houdt
de gemeente wel voor dat de positie voor de gemeente nadelig is gelet op het feit
dat eerst bij brief van 15 mei 1985 gereageerd wordt op de brief van oktober/november
1984 van Renofors, waarbij Renofors steeds heeft voorgehouden dat meerwerk zou
worden verrekend. De advocaat adviseert alles overwegende, om tot een schikking over
te gaan en stelt voor aan de gemeente om Renofors een bedrag aan te bieden van
f. 15.000,—. Voor zover uit het dossier blijkt is dit ook intern besproken en krijgt de
advocaat opdracht de zaak te regelen.
De portefeuillehouder geeft echter de advocaat opdracht om f. 7.500,— aan te bieden
onder het motto 'doe je voordeel'. Dit wordt door de wederpartij bij monde van de
advocaat niet geaccepteerd. De advocaat van de wederpartij deelt mede dat deze bereid
-11-