- 31 - veilige afremming van het autoverkeer wordt bereikt. Ook de verkeers veiligheid van een aantal kruisingen in en vlak buiten onze gemeente blijft ons zorgen baren. Vorig jaar heeft de portefeuillehouder toegezegd onze zorg aan de betreffende gemeenten over te zullen brengen. Kan thans iets worden medegedeeld over de reactie van deze gemeenten? Overigens blijven wij voor stander van een minder afwachtende houding, ook al betreft het wegen of kruisingen net buiten onze gemeentegrens. Twee concrete situaties wil ik noemen. Het eerste betreft de onveilige situatie voor met name fietsers na bij het Liesbos op de Leursebaan. Wij verzoeken u, in overleg met de ge meente Breda, aan te dringen op de aanleg van een fietspad aan de noordzijde van de Leursebaan, alwaar ruimte beschikbaar is. Het tweede concrete voor beeld betreft de toegangsweg naar het station, die in beheer van Rijkswater staat is. Dat ontslaat naar onze overtuiging onze gemeente niet van de ver plichting om, meer dan tot nu toe, te ijveren voor de aanleg van een fiets en voetgangersvriendelijke toegangsweg naar het station, waarbij tevens het verbeteren van de sociale veiligheid een belangrijk punt is. Mijnheer de voorzitter, ik laat het bij deze bemerkingen. Echter niet voor dat ik onze dank heb overgebracht aan al diegenen, die ervoor gezorgd heb ben, dat wij hier vanavond onze Algemene Beschouwingen hebben kunnen houden. Dank u voor uw aandacht." De voorzitter dankt alle fracties voor de inbreng en antwoordt in eerste termijn als volgt. "Bestuursorganen: F.v.d.A. en Gemeenschapsbelang vragen naar de argumentatie met betrekking tot het alsnog instellen van een bezwaar- en beroepencommissienu overigens voor de tweede maal. Het C.D.A. zou een dergelijke commissie willen accepteren bij wijze van experiment. Hierover gaarne het navolgende. In het kader van de wet AROB kunnen belanghebbenden een bezwaarschrift in dienen tegen beschikkingen van de overheid. Deze bezwaarschriften worden ingediend bij die instantie, welke in eerste aanleg de beschikking heeft genomen. Derhalve óf bij ons college, óf bij uw raad óf bij de burgemeester. Voor alle duidelijkheid moeten wij stellen, dat wij een adviescommissie voorstaan, welke reclamant hoort en daarna haar advies formuleert ten be hoeve van dat orgaan, dat het bezwaar c.q. beroepschrift in eerste aanleg moet afhandelen. In onze optiek is er derhalve volstrekt geen sprake van overdracht van beslissingsbevoegdheid. De inschakeling van een dergelijke commissie betekent, dat bij de af handeling van de bezwaar- en beroepencommissie meer distantie ten opzichte van de oorspronkelijke beschikking en het beslissende orgaan wordt ge schapen. Dit betekent, dat als het ware een objectieve instantie in de be handelingsprocedure wordt opgenomen. Dit zal ongetwijfeld zijn positieve in vloed hebben op de wijze van afhandeling van ingediende bezwaar- en beroep schriften. Het beginsel, met name bij AROB-bezwaarschriften, dat het oor spronkelijk beschikkende orgaan een heroverweging dient te maken, wordt hierbij niet aangetast. Tot slot maken wij u erop attent, dat uit landelijk onderzoek naar voren is gekomen, dat de inschakeling van een dergelijke commissie ertoe heeft ge leid, dat minder AROB-beroepen bij de Afdeling rechtspraak van de Raad van State zijn ingediend. De fracties C.D.A. en P.v.d.A. gaan in op onze beleidsvoornemens over het omzetten van adviescommissies aan de raad in commissies van advies en bij stand aan ons college. Het C.D.A. ziet zowel positieve als negatieve ver schijnselen voor het omzetten van deze commissies. Deze fractie wil ons college evenwel een eerlijke kans geven. De P.v.d.A. vraagt om snel met de desbetreffende nota te komen, zodat de nieuwe raad een frisse start kan maken. Met laatstgenoemde fractie zijn wij van mening, dat het aanbeveling verdient om deze omzetting aan het begin van de nieuwe raadsperiode te doen plaatsvinden. Het C.D.A. zijn wij erkentelijk, voor zijn opstelling in deze. In het begin van het komend begrotingsjaar zullen wij met een nota op dit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 184