-15- geven, namelijk het kan vriezen of het kan dooien. Er kunnen namelijk scheuren bij gekomen zijn. Om dat zeker te weten zou er een balk uit de sporthal gehaald en door gezaagd moeten worden. Het college werd gesterkt door het feit dat er aan de ene kant een goede afspraak is gemaakt door een deskundig bureau en aan de andere kant het tussenvonnis. Dus duidelijk niet alleen gebaseerd op het juridisch advies van de advocaat. Verder is er door onze advocaat vier keer gewezen op een schikking. Elke keer heeft het college gezegd dat er begonnen kon worden met f. 7.500,--. Daarna zal worden bekeken of er iets los kan komen. Er gebeurde helemaal niets. Renofors bleef op haar standpunt staan van f. 25.000,—. Wanneer de rechter een juiste uitspraak heeft gedaan, en daar gaat hij van uit, dan is de kans op scheurvorming inderdaad aanwezig geweest. Hij gaat er ook van uit dat Renofors niet een rekening heeft gepresenteerd voor niet geleverd werk. Dat betekent dat de scheuren gedicht zijn. Dat betekent ook dat, wanneer die f. 30.000,— in eerste instantie betaald zouden zijn, daarmede de kous af was. In eerste instantie komt de rente erbij. Die rente heeft de gemeente zelf ook genoten want dat geld is niet uitgegeven. De kosten van de eigen advocaat moeten worden betaald. Die zouden toch betaald moeten worden. Extra komen daarbij de kosten van de rechtbank, de kosten van de deskundige en de rechtskundige kosten van de tegenpartij. Dit komt bij elkaar uit op een bedrag van f. 7.000,—. Het bedrag is niet mis, maar het is geen onwil geweest van het college. De zorgvuldigheid waarmede dit besproken is binnen het college staat in schril contrast met hetgeen hier door een raadslid is gezegd. De meningen waren wel verschillend maar dat mag ook. De zaak is iedere keer opnieuw helemaal uitgeplozen. Op de vraag of dit opnieuw zou kunnen voorkomen kan hij antwoor den dat het college TNO, nadat het werk is opgeleverd, gevraagd heeft om een rapport over de stand van zaken met betrekking tot de spanten. Dat is een bevredigend rapport. De voorzitter schorst op verzoek van de heer Oomen de vergadering. De voorzitter heropent na 15 minuten de vergadering. De heer Lotstra zegt dat het antwoord van de wethouder hem niet heeft geïmponeerd. Temeer daar hij op bepaalde punten geen antwoord heeft gekregen. De advocaat adviseert in een brief van 24 december 1985 dat de gemeente niet geheel kansloos is, maar koppelt daaraan gelijk het advies vast om de zaak te schikken voor een bedrag van f. 15.000,—. Hij vraagt of er door het college over is gesproken om een bedrag van f. 15.000,— aan de tegenpartij aan te bieden en zo ja, waarom er maar f. 7.500,— werd geboden en ook waarom dit bedrag nooit is verhoogd. Het heeft geen zin om in de nietes/welles-sfeer te blijven, maar hij blijft van mening dat er diverse stadia zijn geweest waarop een andere beslissing gerechtvaardigd was geweest op grond waarvan de zaak eerder geregeld had kunnen worden. De wethouder plaatst nog een opmerking betreffende de kosten. De kosten van de rechtbank zijn er niet want men betaalt tegenwoordig aan de rechtbank griffierecht. Maar de kosten zijn aanzienlijk. Een bedrag van f. 5.000,— aan proceskosten. Dat komt altijd ten goede van de wederpartij. De eigen advocaatkosten zijn ook aanzienlijk. Voor wat betreft de rente zegt de wethouder dat de gemeente deze rente zelf heeft genoten, maar de wethouder vergeet één ding. De wettelijke rente die de gemeente nu moet betalen is 8%. Hij heeft ook geen antwoord gekregen op zijn opmerking betreffende het delegatiebesluit en kan zich niet aan de indruk onttrekken dat er gehandeld is in strijd met het delegatie besluit. Niets van wat daarin staat, is gebeurd. De heer van der Hilst gaf al aan dat gedacht moet worden over de te nemen stappen om dit soort zaken in de toekomst te voorkomen. Het delegatiebesluit hoeft niet te worden ingetrokken, want dat werkt niet, maar er zullen toch stringente afspraken gemaakt moeten worden. Hij kan zich best voorstellen dat sommige mededelingen niet direct voor een openbare raadsvergadering geschikt zijn, maar er zijn toch altijd nog mogelijkheden om dit in een besloten commissievergade ring te doen. In de zes jaar dat deze zaak geduurd heeft is de raad nimmer geïnformeerd. Het standpunt van zijn fractie is om het gevraagde krediet te verstrekken omdat men wel moet en omdat anders de gemeente gigantisch in de problemen zou komen omdat het vonnis uitvoerbaar is verklaard. Dat wil zeggen dat het direct ten uitvoer kan worden gelegd. Zo de gemeente niet betaalt dan zou er zelfs beslag kunnen worden gelegd op diverse bezittingen en rekeningen van de gemeente. De krant zou dan nog glunderen- der kijken dan nu al het geval is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1989 | | pagina 18