- 6 -
gemeenteraad van Prinsenbeek is gevraagd, nu te beslissen op de door het
college van burgemeester en wethouders gedane voorstellen. Om dat goed te
kunnen doen, is een zo groot mogelijke duidelijkheid over de aan de orde
zijnde zaak vereist. Vandaar de vragen en opmerkingen tijdens de
commissievergadering. Hij betreurt het, dat pas eerst enkele dagen geleden
het dagelijks bestuur van het stadsgewest Breda een reactie vaststeldeTal
van in dat stuk gestelde vragen en opmerkingen wordt door hem gedeeld.
Tussendoor merkt spreker op, wel voldoende kennis te hebben om zich een
mening te kunnen vormen binnen de termijn van 14 dagen tussen de voorstellen
van het college en de termijn van enkele dagen na ontvangst van dit stuk,
maar dat zijn fractie wel tijd nodig heeft voor overleg. Belangrijk vindt
zijn fractie, de in de reactie op pagina 2. opgenomen paragraaf over de
begrenzing van de stadsregio Breda. Men deelt de mening, die daarin is
weergegeven. Niet een aantal kernen, maar een aantal gemeenten, onder wie
Prinsenbeek als blijvend zelfstandige gemeente vormt de stadsregio Breda. De
volgende vraag is nu: gaat Prinsenbeek nu wel of niet geheel of ten dele tot
het centraal stedelijk gebied Breda behoren? Ten dele lijkt spreker
uitgesloten, om de eerder hiervoor door het dagelijks bestuur van het
stadsgewest aangedragen redenen. Geen kernen dus, maar gemeenten. Vervolgens
heeft spreker nog twee opmerkingen. Ten eerste, als op de plankaart,
behorende bij het concept streekplan, de kern van Prinsenbeek is ingekleurd
als een deel van het centraal stedelijk gebied, dan moet spreker ook
vaststellen, dat op die plankaart een flink stuk huidig buitengebied,
globaal gelegen onder de lijn Hooijdonk tot de Kuil, nu dus buitengebied,
tot de kern van Prinsenbeek is verklaard. Ten tweede, zoals eerder is
gezegd, zal de gemeente Prinsenbeek bestemmingsplannen moeten vaststellen.
Niet alleen voor de op papier reeds in concept vergrote kern van
Prinsenbeek, maar ook voor de buitengebieden van onze gemeente.Actualisering
kan vooraf gaan aan de formele vaststelling van het streekplan. Er wordt
daarbij in het bijzonder gedacht aan de intensivering van de tuinbouw op de
juiste plaatsen. In de commissie is ook gesproken over kassenbouw op
ongewenste plaatsen. Het nader voorstel van zijn fractie is dan ook om tot
uitdrukking te brengen, dat niet de kern van Prinsenbeek, maar de zelf
standige gemeente Prinsenbeek in haar geheel deel gaat uitmaken van het cen
traal stedelijk gebied. De mogelijke voordelen met name voor nieuwe woningen
voor eigen inwoners, zijn reeds in de commissievergadering genoemd. Met
inachtneming van wat spreker te berde heeft gebracht, zijn zij het overigens
wel eens met het collegevoorstel. Ook ten aanzien van de bezwaren met
betrekking tot het flitstreintracé.
De heer van der Hilst vindt het een hele moeilijke materie. De nota "Brabant
op streek" is niet de eerste en er zullen er nog wel een paar komen voordat
eind 1991 het streekplan Brabant in werking zal treden. De gemeente moet
voor 1 juli reageren. Van de andere kant is al een ontwerpreactie van het
stadsgewest Breda ontvangen. Is daarin ook al de mening van Prinsenbeek
verwerkt? Is het nu nog mogelijk om voor 1 juli te reageren en de ontwerp
reactie van het stadsgewest te beïnvloeden of moet dit rechtstreeks naar de
provincie toe. In de ontwerpreactie stadsgewest Breda blijft de discrepantie
tussen de plankaart en de tekst voor wat wel of niet tot het centraal
stedelijk gebied hoort. Graag hierover zo snel mogelijk duidelijkheid. Zijn
fractie is het overigens met de ontwerp-reactie stadsgewest Breda eens, dat
ook Terheijden en Rijsbergen toegevoegd zouden moeten worden aan de stads
regio Breda. Vervolgens gaat zijn fractie akkoord met punt 1, alhoewel dat
nu minder urgent is geworden.
Gezien eventuele nieuwe plannen van de overheid, is het toch goed om duide
lijk aan te geven dat men dit tracé niet wenst. Van de wenselijkheid om de
kern Prinsenbeek op te nemen in het centraal stedelijk gebied is men er niet
van overtuigd, dat daar zo nadrukkelijk op aangedrongen moet worden.
Mevrouw Hoelen zegt, dat haar fractie het eens is met de hoofdlijnen
"Brabant op streek". De belangen en de ontwikkelingsmogelijkheden van de
land- en tuinbouw rond Prinsenbeek acht zij daarin voldoende gewaarborgd.
