- 2 - 1. Opening. De voorzitter opent de vergadering met gebed. 2a. Politieke beschouwingen ten aanzien van de begrotingen 1991 (algemene dienst, grondbedrijf, dienst lichamelijke opvoeding, sport en recreatie en gemeenschapshuis Eikebos) en de meerjarenramingen 1991 tot en met 1994. De voorzitter geeft het woord aan de fractie van de P.v.d.A. De heer van der Hilst vangt zijn betoog als volgt aan: "Voorzitter, graag willen wij beginnen met iedereen te bedanken die een bij drage heeft geleverd aan de totstandkoming van de begrotingsvoorstellen 1991. Wij zijn u ook erkentelijk voor de Begroting in één oogopslag (BIEO), waarop onze fractie in de commissie financiën had aangedrongen. We mogen u ook complimenteren dat u ons wederom een sluitende begroting heeft voorgelegd. Na deze lofuitingen willen wij graag met u de beleidsvoornemens en de meer jarenramingen 1991 t/m 1994 langslopen. Wij zullen daarbij de indeling in de hoofdfuncties aanhouden. Voor wij daar aan toekomen allereerst enkele woorden over de financiële positie van onze gemeente. Wat de budgettaire ruimte betreft sluit de gemeente-begroting 1991 met een totaal aan inkomsten en uitgaven van ruim 12 miljoen met een post voor •onvoorziene uitgaven' van ruim f. 93.000,Om dit resultaat te bereiken is wel een beroep gedaan op de saldi-reserve en wel tot een bedrag van f. 84.000,Dat was niet nodig geweest, omdat net als vorig jaar de eerste positieve wijziging van de gemeente-begroting ons al heeft bereikt waaruit blijkt dat de post voor onvoorziene uitgaven kan worden verhoogd tot ruim f. 220.000,--. De ontwikkeling van de reserves 1991 t/m 1994 laat zien dat het totaal van de reserves per 1 januari 1994 ruim 23 miljoen bedraagt, waarvan een kleine 20 miljoen vrij aanwendbaar als dekkingsmiddel is. Daarmede noemt u de ontwikkeling van de reservepositie goed, hetgeen wij niet zullen tegenspreken. In de BIEO heeft u een aantal overzichten en grafische voorstellingen op genomen waaruit een beeld te destilleren valt over het verloop van een aan tal financiële gegevens, zowel in de tijd als ook in vergelijking met de situatie in Noord-Brabant en Nederland. Uit analyse van de staafdiagrammen blijkt onomstotelijk dat Prinsenbeek er rooskleurig voorstaat, zowel wat be treft de financiële positie van de gemeente als ook wat betreft de finan ciële lasten voor de burgers. Overigens dient hierbij in alle bescheidenheid te worden aangetekend dat wij als gemeenteraad slechts marginaal greep hebben op de financiën van Prinsen beek. Immers, van de inkomsten van onze gemeente is nog geen 23X en van de uitgaven slechts 6Z direct door de gemeenteraad beïnvloedbaar. Voorzitter, dit weerhoudt ons er niet van om nog even door te gaan met deze beschouwingen. Als landelijke partij, bovendien vertegenwoordigd in het kabinet, zijn wij uiteraard zeer wel in staat om het inkomsten en uitgaven patroon indirect te blijven beïnvloeden. Nu wil ik graag de hoofdfuncties met u langslopen. Hoofdfunctie 0. Algemeen bestuur: De laatste tijd worden we geconfronteerd met berichten over ingrijpende operaties op het terrein van de agglomeratieproblematiek en gemeentelijke herindeling. Wat betreft de agglomeratieproblematiek doel ik op het recentelijk verschenen rapport 'Bestuur op niveau' waarin het kabinet reageert op de adviezen van de Commissie Montijn, de Raad voor het Binnen lands Bestuur (RBB) en de Raad voor de Gemeentefinanciën (RvGF). De problematiek is duidelijk! De grote steden hebben behoefte aan ruimte om aan de toenemende vraag naar woningen voor woningzoekenden te kunnen vol-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 165