- 7 -
dat de beide wethouders in de commissie plaats zouden nemen en verder één
vertegenwoordiger per fractie. Namens het CDA zal hijzelf in de werkgroep
plaatsnemen en bij zijn afwezigheid zal mevrouw Hoelen zijn plaatsver
vangster zijn.
De heer Schreiner stelt namens Gemeenschapsbelang de heer Franken als
kandidaat voor waarbij hij zelf als plaatsvervanger zal optreden.
Mevrouw Schalk stelt namens de PvdA de heer van der Hilst kandidaat om deel
te nemen aan de werkgroep. Als hij verhinderd is zal zij zelf uiteraard
diens plaats innemen.
De heer Rasenberg stelt namens de VVD de heer Geuze als kandidaat voor en
als plaatsvervanger zichzelf. Verder stelt hij voor de heer Geerards en de
heer Peters als ambtelijken daarbij te benoemen.
De voorzitter constateert, dat er bij deze een werkgroep is geinstalleerd
met een unanimiteit vanuit de gehele raad, waarin derhalve naast de beide
wethouders vanuit elke fractie één lid zitting heeft en uiteraard een
plaatsvervanger. De eerste taak zal zijn het opstellen van een goed om
schreven taakstelling en dat er wordt uitgezien naar een extern deskundige
die kan begeleiden.
De voorzitter dankt de leden voor hun inzet. Spreker wil zo enigszins voor
komen dat de Prinsenbeekse bevolking nodeloos tot onrust wordt gebracht.
2. Vaststelling van de notulen van de raadsvergadering van 20 december 1990.
De heer Schreiner heeft in de notulen gelezen op blz 3 en 4 dat sommige uit
spraken door het gebruik van de interruptieknop niet op de band zijn op
genomen. Dat spijt hem zeer, want in deze vergadering, bij de behandeling
van punt 4, de mededelingen van de Gewestraad, zijn door de heer van der
Hilst uitspraken gedaan die hem zeer zwaar op de maag liggen. De heer van de
Hilst heeft het wantrouwen ten opzichte van twee vertegenwoordigers van deze
gemeenteraad aan de orde gesteld. De voornaamste uitspraak die spreker mist
en tegelijkertijd ook de slechtste opmerking die hij ooit in zijn carrière
als raadslid hier in deze zaal gehoord heeft, is, dat de heer van der Hilst
tegen de wethouder heeft gezegd: "U liegt".
Hij nodigt de heer van der Hilst uit, om hier in deze raadsvergadering zijn
excuses aan te bieden en zijn woorden te herroepen.
De voorzitter zegt dat hier kennelijk het probleem speelt dat de heer
Schreiner iets mist in de notulen, waarvan hij zelf ook debet aan is doordat
hij, gelet op de aard waarin gediscussieerd werd, het nodig achtte gebruik
te maken van de interruptiemicrofoon. In de tekst wordt de uitdrukking
gemist welke door de heer Van der Hilst zou zijn gehanteerd en hij vraagt of
de raad een aanvulling wenst.
De heer Schreiner vindt dat de gemiste tekst in de notulen moet worden op
genomen
De heer Lotstra zegt dat er inderdaad "dingen" ontbreken die gezegd zijn.
De heer Rasenberg sluit zich aan bij de woorden van de heer Lotstra.
De heer van der Hilst heeft er geen bezwaar tegen dat deze uitspraak in de
notulen worden opgenomen.
Bij interruptie zegt de voorzitter dat, als de heer Van der Hilst dat zo
stelt, zulks in de notulen zal worden opgenomen.
De heer van der Hilst antwoordt dat het voor hem niet hoeft, maar als
anderen daar op staan dan zal hij zich daartegen niet verzetten.
De heer Lotstra zegt er niet op te staan en wenst de discussie te beëin
digen. Eén en ander is intern besproken en hij nodigt de heer Van der Hilst
uit te zeggen wat hij te zeggen heeft en hoopt dat daarmee de kwestie af
gedaan is.
De voorzitter zegt dat de raad nu wel daarover een beslissing moet nemen.
De heer van der Hilst vindt het teleurstellend dat de heer Schreiner hem op