- 13 - uitgebreide publicaties. Naar aanleiding daarvan zullen mensen zich melden en dan wordt bekeken of er voldoende dan wel onvoldoende deelnemers zijn. Op het moment, dat er een groot gedeelte van de mensen bereikt is, kan precies bepaald worden om hoeveel tanks het gaat en wordt er een afspraak gemaakt. Daarna worden concrete afspraken gemaakt in wederzijdse contracten en is de eerste fase van de actie voorbij. Afhankelijk van de ervaringen zal moeten blijken of er in de toekomst ooit nog een actie zal komen. Vethouder van Geel hoopt, dat de deelname 100Z is. Ten aanzien van het verderstrekkende voorstel denkt spreker, dat de voren- vermelde toevoeging voldoende is om al te grote financiële risico's voor de gemeente uit te sluiten. Er wordt hiermede bereikt, dat olietanks met een grote omvang in het buitengebied worden uitgesloten van deelname aan deze actie De heer Franken zegt, dat bij het voorstel al is uitgegaan van aannames van particulieren en gaat dus niet akkoord met de toevoeging. Hij kan onmogelijk akkoord gaan roet een krediet met een open einde. Het college zal het krediet moeten afronden. Mevrouw van Hoek zou willen voorstellen om een onderzoek te verrichten naar het aantal tanks in het buitengebied en dan het bedrag te maximaliseren want uiteindelijk zijn deze tanks misschien nog wel milieu-vervuilender dan de kleine exemplaren. In de richting van de heer Franken merkt zij op, dat Gemeenschapsbelang altijd de mond vol heeft over het milieu en daaraan is nog nooit geld gekoppeld. Ze snapt er dan ook helemaal niets van. Het eerste voorstel was om 33Z te subsidiëren en op voorstel van de CDA-fractie is dit 50Z gewor den. Nu bakkeleit de heer Franken over 17Z meer en over een open begroting, maar die was er ook al in eerste instantie. In het verslag van de commissie vergadering staat zelfs zwart op wit, dat hij met het voorstel akkoord ging, maar niet met het verderstrekkend voorstel omdat dat toen ook al een finan ciële consequentie had. Bij interruptie antwoordt de heer Franken, dat het Gemeenschapsbelang niet gaat om de 50-50-verhouding en om het milieu. Het afvullen van de tanks is een zeer goed alternatief en mocht dit niet voldoende blijken te zijn, dan kan er alsnog besloten worden om alles te verwijderen. Het gaat om het feit dat men niet weet waar dit zal eindigen. Mevrouw van Hoek vindt, dat het milieu nu eenmaal een kwestie van financiën is en is zelfs trots, dat Prinsenbeek meer wil en kan doen voor de bewoners. Bij interruptie citeert de heer Franken uit het commissieverslag: "De heer Franken staat positief tegenover het voorstel. Het verderstrekkende voorstel van roevrouw van Hoek acht hij een aangelegenheid die besproken moet worden in de commissie financiën." Spreker heeft niet gezegd, dat hij tégen was maar dat hij het onderbouwd wilde zien. Bij interruptie zegt mevrouw van Hoek dat de heer Franken de rollen nu om draait. Er is gesproken over 17Z subsidiëren meer en dat geldt dan de best mogelijke maatregel. Als de heer Franken echt vindt, dat het milieu hem ter harte gaat, dan zet spreekster daar vraagtekens bij. Pe heer van der Hilst verbaast zich over de gang van zaken. Het zou juist goed zijn als de grotere olietanks de grond uitgaan. Hij is geneigd om de zaak om te draaien en de grotere tanks eerst te verwijderen. Laat men toch reëel denken over de financiële aspecten. Omdat de subsidie van 33Z naar 50Z is gegaan zal heus niet ineens iedereen de tank laten verwijderen. Bovendien is er het voorbeeld in Breda. Spreker heeft geen enkele behoefte aan het verderstrekkend voorstel, noch san het voorstel van wethouder van Geel, dat niets inhoudt. Pe heer Rasenberc zegt, dat het hier gaat om het dienen van het milieu in Prinsenbeek. Hij is van mening, dat het voorstel goed is en het college vrij Eelaten moeten worden met een maatregel waarmee het milieu uitzonderlijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 135