- 17 - ties op bestuurlijk en uitvoerend niveau langs elkaar heen wordt gewerkt, is het een goede zaak om te komen tot een samenwerkingsmodel. Temeer ook daar het voor de kleinere gemeenten vaak ondoenlijk is om de meer specifieke gebeurtenissen op milieugebied af te werken. Samenwerking is van belang om de huidige achterstand weg te werken, maar ook om in de toekomst gezamenlijk de milieuproblematiek zo efficiënt mogelijk aan te pakken. Onlangs werd door de Provincie het rapport van de werkgroep Vos uitgebracht, waarbij onderzoek werd gedaan naar samenwerkingsmodellen voor regionale milieuhandhaving in Noord-Brabant. Deze werkgroep geeft organisatiemodellen voor een regionale handhavingsstructuur aan. Dit voorstel is een eerste stap in de richting die gezet moet worden voor een uitbreiding van de samen werking en haar fractie wacht de verdere stappen dan ook met interesse af. Zoals door de voorzitter aan de commissie is medegedeeld, tekent de gemeente Prinsenbeek in voor 150 uren op jaarbasis. De portefeuillehouder denkt dus dat 150 uren op jaarbasis voldoende is, om in 1994 het adequate niveau te bereiken, zoals aangegeven staat in het bij- dragebesluit uitvoering gemeentelijke milieutaken. Haar fractie gaat akkoord met het voorstel. Mevrouw van Hoek zegt dat haar fractie gevraagd wordt om twee besluiten te nemen. Allereerst het convenant regelende milieu-technische samenwerking. Er moet niet alleen samengewerkt worden omdat het verplicht is, maar ook omdat het móet, wil men tot een goed milieubeleid komen. Daaruit vloeit voort dat deze dienstverleningsovereenkomst met de milieudienst gemeente Breda, om tot uitvoering te komen van dit convenant moet worden gesloten. Daarin vindt men ook de nieuwe bestuurs- en organisatiestructuur, zodanig dat haar fractie denkt dat dit tot een beter resultaat leidt dan het vorige samenwerkings verband waarbij de gemeente eerst ingedeeld was, n.l. de gemeente Etten- Leur. Sinds twee jaar is een werkprogramma opgesteld en haar fractie vindt het bijzonder belangrijk dat dit werkprogramma heel zorgvuldig wordt op gesteld. Het moet niet te minimaal zijn, omdat dit een goede uitvoering van de milieutaken kan bemoeilijken, maar ook niet te maximaal zodat er teveel geclaimde uren moeten worden betaald. Wethouder van Geel dankt de aanwezigen voor hun instemming met dit voor stel. Hij geeft de heer van der Hilst gelijk dat het niet juist is om te vermelden dat er nog iets geregeld moet worden in de Gewestraad, terwijl dat al op 14 december 1990 is geregeld. Er is wederom een fout in de tekst van de stukken geslopen. Dat de termijn van het aanbieden aan de raad laat is, is volgens hem onvermijdelijk. Er is vorig jaar november hierover overleg geweest met de portefeuillehouders. Door hem is toen gevraagd om spoed te betrachten en het gewest te vragen een standaardconvenant met daarbij een standaard tekst, zodat dit "panklaar" aangeleverd kon worden, en iedereen tegelijk kon worden toegezonden. Dit is echter niet gebeurd. Daarna bleek ook nog dat de aanvankelijke overeenkomst gewijzigd was. Dit is de eerste mogelijkheid om dit convenant aan de raad aan te bieden. Voor wat betreft de 150 uren op jaarbasis en of dit op termijn voldoende is, kan niet in de toekomst worden gekeken. Het is gebaseerd op de ervaringen van het afgelopen jaar, maar er komt steeds meer uitgebreide en ingewikkelde regelgeving op het gebied van milieu, die bovendien steeds verfijnder wordt. Al deze regelgeving moet uitgevoerd en gehandhaafd worden, plaatse lijk gecontroleerd en omgezet in allerlei activiteiten en daarna weer in nadere regelgeving hier ter plaatse. Volgens hem dient er op langere termijn een keuze gemaakt te worden, oftewel uitbreiding van onze eigen milieudienst met extra mankracht, danwel het aangaan van een contract met de technische milieudienst Stadsgewest voor meer dan de nu voorgestelde 150 uren. Over twee jaar moet een definitieve keuze gemaakt worden, omdat die op dit moment nog niet te voorspellen is. Het werkprogramma, waar mevrouw Van Hoek om vraagt, is opgesteld en naar zijn mening niet te krap en niet te ruim. Het is een programma waarin voor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 20