- 2 -
1. Opening.
De voorzitter opent de vergadering met gebed.
2. Installatie van de heer Z.T. Verhulst tot gemeenteraadslid.
De voorzitter stelt, dat de heer Verhulst is toegelaten als gemeenteraadslid
in de raadsvergadering van 31 oktober 1991 en dat in de tussenliggende
periode geen bezwaren zijn ingekomen.
Hij verzoekt de heer Verhulst op te staan en leest de belofte van zuivering
voor, die als volgt luidt:
"Ik verklaar, dat ik, om tot lid van de raad te worden benoemd, directelijk
of indirectel ijk, aan geen personen, onder wat naam of voorwendsel ook,
enige giften of gaven beloofd of gegeven heb. Ik verklaar, dat ik om iets
hoegenaamd in deze betrekking te doen of te laten, van niemand hoegenaamd
enige beloften of geschenken aannemen zal, directelijk of indirectelijk.
De heer Verhulst zegt hierna: "Dat verklaar en beloof ik."
Daarna leest de voorzitter de ambtsbelofte voor:
"Ik beloof trouw aan de Grondwet en aan de wetten des Rijks en dat ik de
belangen der gemeente Prinsenbeek met al mijn vermogen zal voorstaan en
bevorderen
De heer Verhulst antwoordt hierop met: "Dat beloof ik."
De voorzitter wenst de heer Verhulst van harte geluk met deze benoeming en
heet hem van harte welkom in de raad en hoopt, dat hij zich in dat college
snel zal thuisvoelen.
3. Benoeming leden van de commissie openbare werken, sport- en recreatie
zaken en de commissie welzijn en milieu-aangelegenheden.
Bij acclamatie wordt besloten de heer Verhulst
te benoemen tot lid van de commissie openbare
werken c.a. en de heer Geuze tot lid van de
commissie welzijn c.a.
4. Vaststelling van de notulen van de raadsverRadering van 31 oktober 1991.
De heer Geuze verklaart het niet eens te zijn met de verslaglegging van de
laatste Klepel.
De voorzitter wijst de heer Geuze erop buiten de orde te zijn.
Naar aanleiding van de notulen merkt de heer Geuze verder op, dat op pagina
17, waar gesproken wordt over het opnemen van een p.m.-post, de wethouder
verwijst naar een soortgelijk raadsbesluit van waarschijnlijk 18 juni 1991
ten aanzien van het muziekonderwijs. Het lijkt daarbij of het alleen deze
p.m.-post betreft, wat niet het geval is. Hij wil de wethouder hier nog even
op attenderen.
Wethouder Oomen antwoordt, dat hij dit inderdaad in een iets bredere bewoor
ding heeft omschreven.
Zonder hoofdelijke stemming worden vervolgens
de notulen ongewijzigd vastgesteld.
5. Ingekomen stukken.
a. Gegevens liquiditeitspositie over de maand oktober 1991 (staat F1A).