- 7 - voldoet De nota decentralisatie bijzondere bijstand en de genoemde uitgangspunten hebben haar instemming. Mevrouw van Hoek wil nogmaals uitdrukkelijk in deze raad waardering uit spreken voor deze nota. Er is met zorgvuldigheid gestalte gegeven aan de grote beleidsruimte en -verantwoordelijkheid die de gemeente gekregen heeft met de ingang van deze wet. Het verlenen van bijstand op maat, waardoor mensen met geen of weinig mogelijkheden beter geholpen kunnen worden, spreekt haar fractie bijzonder aan. Vooral het uitstroom-arbeidsmarktbeleid spreekt spreekster bijzonder aan. De bijstand moet worden gebruikt als een springplank en niet als vang net. Wel moet men in verband met de open-eind-financiering alert zijn op ontwikkelingen en een tussentijdse rapportage is daarom ook zinvol. Wethouder van Geel dankt de raad voor de instemmende opmerkingen. In de richting van mevrouw Schalk merkt hij op, dat er vanaf 1 januari 1991 geen doeluitkering meer is die speciaal bestemd is voor bijzondere bij stand. Omdat die doeluitkering vervallen is en geworden is tot een normaal onderdeel van de gemeentelijke bijdrage die van het rijk verkregen wordt is er geen speciale pot voor dit soort gelden. Het college is van mening dat die pot er ook niet moet komen. Er is dus in de begroting niet terug te vinden hoe groot het bedrag van de doeluitkering is en daar wordt door het college dan ook niet naar gestreefd. Er kan in dit geval dan ook geen sprake zijn van onderbenutting. Er wordt gestreefd om op basis van ervaringen uit het verleden en op te bouwen ervaringen in de toekomst op den duur toch wel te komen tot een zo nauwkeurig mogelijke raming van gelden die nodig zijn voor de uitkeringen van de bijzondere bijstand. Tekorten of overschotten komen uit de algemene middelen, maar er ontstaat geen aparte pot in dit opzicht. In de toekomst zal er een bedrag begroot worden. De Staatssecretaris is van gedachten veranderd met betrekking tot het kwijt- scheldingsbeleid en dat biedt in de toekomst de mogelijkheid om een zo adequaat mogelijk beleid te kunnen voeren op basis van individuele gevallen en dat is ook het doel dat het college nastreeft. Voor wat betreft de te gebruiken financiën kan er regelmatig via de commissies een financieel overzicht van de uitgegeven middelen verstrekt worden. Hierin kan echter niet snel een lijn getrokken worden. Tot slot vraagt hij de raad om de gevolgen van de uitvoering van de nota niet per 1 januari 1992 maar per 1 december 1991 te laten ingaan omdat van wege de nieuwe nota de richtlijnen veranderd zijn ten aanzien van het ver lenen van bijstand. Er zijn thans een paar aanvragen in behandeling en als die voor 1 januari 1992 afgehandeld kunnen worden, dan is dat zowel voor de gemeente als voor de aanvrager voordelig. Mevrouw Schalk zegt, dat de raming voor de algemene uitkering voor 1992 is verhoogd met een bedrag van f. 83.220, Voor dit bedrag had zij het onbenutte gedeelte graag omgezet gezien in beleid sociale vernieuwing. Wethouder van Geel zegt, dat er op de begroting een bepaald bedrag staat, want het kost de gemeente geld. Het is alleen niet een door het rijk vast gesteld voorgeschreven bedrag, maar een door de gemeente vastgesteld bedrag. Dit bedrag staat voor allerlei posten op de begroting, maar geen van die posten zijn potten die, als ze niet opgemaakt worden, een fondsje vormen voor dat onderdeel. Als er geld over is, komt dit bij de algemene middelen. Er is dus duidelijk geen sprake van fondsvorming. De heer van der Hilst zegt ervoor te willen waken, dat een eventueel over schot niet in de algemene middelen terugstroomt, maar juist gereserveerd wordt voor sociale voorzieningen. De voorzitter zegt nogmaals, dat dit een verderstrekkend voorstel is. Mevrouw Schalk zegt, dat het ministerie dit juist vraagt te doen. Wethouder van Geel zegt, dat het beleid van het ministerie is om af te komen van de doeluitkeringen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1991 | | pagina 232